Taalredactie Flashcards
positiewerkwoord
een eenvoudig werkwoord dat verwijst naar de 3 basishoudingen van de mens
causatief
een werkwoord dat aangeeft dat men iets doet of laat gebeuren
progressiefconstructie
een constructie die een aan de gang zijnde handeling uitdrukt en die bestaat uit ‘liggen/zitten/staan + te + infinitief’
idiomatische correct
beantwoordend aan wat taaleigen is
suffix
een achtervoegsel
plaatsingswerkwoord
het causatief van een positiewerkwoord, het duidt aan waar iets geplaats wordt (leggen/stellen/zetten)
vanaf het allereerste begin
ab ovo
toekomstig
in spe
met een schone lei beginnen
tabula rasa
interne tegenspraak
contradictio in terminis
dat is/dat wil zeggen
id est
vooraan voor een publiek lesgeven/zonder interactie
ex cathedra
in zijn geheel/volledig
in extenso
in dat geval
in casu
achteraf beschouwd
a posteriori