Sporttraumatologie Flashcards
Wat zijn de basisanatomische verschillen kind en adolescent?
- articulair kraakbeen dikker
- groeischijven (weker dan bot): blessuregevoelig
- apophyse: blessuregevoelig
- groeispurt: blessuregevoelig
Welke letsels komen voor bij immature atleten?
- groeigebonden
- overbelastingsletsels
- acute trauma
Tarsale coalitie: wie?wat?aanpak?
Bij late tieners, contactsporten
vergroeiing voetwortelbeentjes (door initieel trauma of overbelasting) wat vage last geeft en verminderde mobiliteit achtervoet (neiging tot platvoeten, meer pijn bij inversie, verminderde varus hiel in teenstand)
RX/CT/MR, zooltherapie, ev. chirurgie
Osgood-Schlatter: wie? wat? aanpak?
8-16j
Apophysitis, osteochondrose/tractieletsel TT > bilaterale pijn TT, meer bij lopen/springen
RX, echo (fractuur groeikern), symptomatisch behandelen
Stretching Qceps vermijden, geen NSAID’s
Patellapeestendinopathie
Minder frequent bij kinderen
Denk aan reuma en verborgen infectiehaard (gebit, sinussen, schimmelnagel…)
Sinding Larsen Johansson: wat? symptomen? aanpak
Patellapeestractielaesie/apopphysitis patellae
Geeft pijn onderpool patella, meer bij springen/trappen
Symptomatische aanpak
Osteochondritis dissecans knie: wie?wat?symptomen?Therapie?
30% bilateraal, jongens>meisjes, piek <12j
Avasculaire necrose subchondraal bot door microtraumata of eenmalig macrotrauma
Aspecifieke pijn, blokkering/doorzakking, rotatiebeweging
<12j conservatief beleid, >20j heelkunde
Wilson test
knie 90°, interne rotatie tibia, trage extensie knie, pijn bij extensie rond 30° flexie, pijn verdwijnt bij externe rotatie knie > Osteochondritis dissecans
Plica synovialis: oorzaken? symptomen? kliniek?aanpak?
O:tieners, na stomp trauma/pivoteringstrauma, repetitieve knie flexie/extensie (roeien, zwemmen (fietsen))
S: pijn patella 1cm mediaal, klikkend gevoel, uitgelokt door trappen/squatten
K: Painful arc 30-60°, mediaal van patella boven gewrichtspleet
A: stop uitlokking, ijs, cortisoneinfiltratie, ev. artroscopie
Mondor Disease
=posttraumatische tromboflebitis (v. thoracica lateralis, v. thoracoepigastrica)
verdwijnt spontaan na 6w
Bornholm’s disease
=Devil’s grip, pleurodynie
spasme intercostale en diafragmamusculatuur na infectie
prodromi 1-10d, scherpe pijn lat thorax en hypochondrium
Paget von Schrötter syndroom
inspanningstrombose v. subclavia
RF: weinig slaap, dehydratatie
Arteriële endofibrose
vooral bij fietsers/roeiers, a. iliaca externa
Normale duplex, geeft claudicatioklachten bij supramax inspanning
Best kort na pijn angioMR
R/vitB1 en B6, chirugie
ACNES
neurovasc vaatbundel T7-12
Corneairritatie: O?S?D?R?
O: vv (zand, kledij, nagel)
S: fotofobie, pijn, zanderig gevoel
D: fluoresceine, co <24u
R: topische AB??, pijnstilling, steriele zalven
Brandwonden oog
R/systemische analgetica, topische corticoïden
chemisch: kalk
Hyphema:R?complicaties?
R/activiteiten beperken, halfzittend slapen, topische cortisone en antifibrinolyticum
Complic: glaucoom, recidief, ijzerneerslag cornea
Therapie bloemkooloor
- ijs
- aspiratie bloed (bij mislukking open drainage)
- 24u sportverbod +5-7d drukverband
Zwemmersoor: O?R/?
O: Bacterie/schimmel, aantasting beschermflora, grampositieven vervangen door gramnegatieven en fungi
R/ AB, cortisone, opletten met oordruppels, 3% boorzuur of 5% hibitane met isopropylalcohol, pijnstillers, NSAID
Instructie zwemmers tegen otitis
- Oren drogen na zwemmen/oorplug
- geen wattenstokken
- geen zeep in oren
- aluminiumsubacetaat om ph te neutraliseren
- babyolie ter protectie
Aanpak anterieure epistaxis
- Ijs
- 1’ dichtknijpen
- zilvernitraatstick/elektrocauterisatiepen, soms compressie met stelpende watten
Aanpak posterieure epistaxis
- Hoofdelevatie, pakking watten, neuskatheter (niet snuiten <24u), co na 2-3 d (uitsluiten septumhematoom) Ernstige: - 10-15' wattenstaaf - inpakken petroleumjelly en joodgaas - stop fysieke activiteiten - co na 2 weken
Gevaar posterieure epistaxis
Sinusitis, otitis media, verstopte eustachiusbuis, druknecrose nasale mucosa
4 zaken om eerst uit te sluiten bij urgentie
1) Hypoxie
2) Spanningspneumothorax
3) Tamponade
4) Ernstige hypovolemie
ATMIST
Age, Time, Mechanisme of injury, Injuries, vital Signs, Treatment given
AMPLE
Allergie, Medications, Past medical history, Last meal, Events surrouning injury
Canadian CT head rule
- GCS<15 (2u na trauma)
- Skullfraactuur
- Schedelbasisfractuur
- 2 of meer braken
- > 65j
- Amnesie 30’ of meer
- Gevaarlijk mechanisme
> of biomarker S-100 beta
Epiduraal hematoom
a. meningea media (vaak tgv os temporale #)
Zelden >60j, 2 episodes bewusteloosheid
DD triggerpoints gluteus max. en medius
Glut max: heupflexie beperkt door pijn
Glut med: adductie beperkt door pijn
Innervatie m. gluteus medius
Inferieur tak n. gluteus sup (L4-L5-S1)
Kehr sign
gerefereerde pijn via n. phrenicus (schouderpijn), vaak miltruptuur
Triad of death
- Hypothermie
- Acidose
- Coagulopathie
Tijdens welke gooifase ontstaan de meeste schouderletsels?
- Arm cocking
- Arm deceleration
Welke spieren zijn de glenohumerale endoratoren?
- Pectoralis Major
- Latissimus dorsi
- Subscapularis
ER at risk vanaf
> 130°
Sulcus sign
Bij trekken aan arm, naar beneden, is er subluxatie te induceren thv SA-ruimte
SICK scapula
(Burkhart)
Scapulaire malpositie, loslaten Inferomediale rand scapula, Coracoïd pijn, malpositie en scapulaire dysKinesie, (dropschouder)
Dead arm syndroom
pijn en ongemak bij gooien, minder snelheid. Typisch op einde late cocking en overgang acceleration (plots doodvallen schouder)
Type 2 SLAP laesion
KO SLAP 2
- Drukgevoelige bicepsgoot
- Speed’s test
- O’Brien
- Jobe relocation test
Controle ganse keten
N. Suprascapularispathologie
Radix C5-6, door tractie(hypothese)
- Suprascapulaire notch > SS, IS
- Spinoglenoidale notch > IS
Revalidatievolgorde schouderletsel tennis
1) Stabilisatie scapula (SA, UT)
2) Positionering arm (deltoid)
3) stabilisatie humeruskop (RC)
Fases bovenhandse strekworp
Wind up, stride, arm cocking, arm acceleration, arm deceleration
Pathologische schouderROM
> 5° verschil
Pathologische spierkracht schouder
> 10% verschil
In welke fases meeste blessures bij tennis?
Cocking, acceleration
Welke pathologie vooral bij hamerslingeren?
Schouderluxatie
Welke pathologie vooral bij discuswerpen?
RC pathologie
Wat is het vetpercentage normale vrouw?
20-25%
Wat is het vepercentage vrouwelijke topsporter?
<17%
Waarom vrouwen vaker VKB scheuren?
- Valgusmaneuver (onvoldoende absorptie kracht door spieren)
- Quadricepsdominantie
- Vaak 1-benige landing
- Zwaartepunt naar lateraal
Female athlete triad (RED-S)
Minder energiebeschikbaarheid, osteoporose, menstruele ontregeling