Probleem 6 Flashcards

1
Q

Wat is de absolute competentie van de bestuursrechter?

A

Art. 8:6 lid 1 Awb
Het gaar over het type gerecht dat de zaak behandelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is algemene bestuursrechtspraak?

A

Beroep wordt ingediend bij de rechtbank

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is bijzondere bestuursrechtspraak?

A

Een bestuursrechter anders dan de rechtbank is bevoegd het geschil te behandelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de relatieve competentie van de bestuursrechter?

A

Dit moet alleen worden behandeld als de algemene bestuursrechter bevoegd is om van het geschil kennis te nemen.

Dit geeft geografisch weer welk arrondissement de zaak moet behandelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe wordt de relatieve competentie van de bestuursrechter bepaald?

A

1) Art. 8:7 lid 1 Awb: plaats van de zetel van het bestuursorgaan die het besluit heeft genomen
2) Art. 8:7 lid 2 Awb: woonplaats van de indiener

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het stappenplan voor bevoegdheid bestuursrechter in eerste aanleg?

A

(1) Vereisten art. 8:1 Alb
a. Belanghebbende art. 1:2 Awb
b. Besluit art. 1:3 Awb

(2) Absolute competentie
Staat regeling in bijlage 2?
Ja–> Bijzondere bestuursrechter bevoegd
Nee–> Algemene bestuursrechter bevoegd

(3) Relatieve competentie (alleen voor algemene bestuursrechter)
a. Uitzonderingsituatie H3 bijlag 2?
Ja–> art. 8:7 Awb is niet van toepassing
Nee–> volgende stap
b. Is het besluit genomen door provincie, gemeente of waterschap?
Ja–> art. 8:7 lid 1 Awb
Nee–> art. 8:7 lid 1 Awb

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de stappen van de procedure in eerste aanleg?

A

1) Indienen beroepschrift
2) Betalen griffierecht
3) Vooronderzoek
4) Zitting
5) Dictum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Stap 1: Indienen beroepschrift

A

Art. 6:4 lid 3 Awb
Instellen van beroep gebeurt door het indienen van beroepschrift bij de rechter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Stap 2: Betalen griffierecht

A

Art. 8:41 lid 1 Awb
Van de indiener wordt griffierecht geheven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Stap 3: Vooronderzoek

A

Onderzoek naar de zaak voor de zitting

  • Art. 8:42 Awb Bestuursorgaan stuurt de stukken en verweerschrift naar de rechter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Stap 3: Vooronderzoek –> wat is de rol van de rechter?

A

Actieve rol: actief zoeken naar de materiele waarheid achter het geschil. De rechter heeft hiervoor een aantal discretionaire bevoegdheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Stap 3: Vooronderzoek –> wie begrenst de omvang van het geding en wat zijn de begrenzingen?

A

In beginsel bepalen de partijen de omvang van het geding.

Begrenzingen voor de rechter:
1) Beroep bij de rechter het besluit op het bezwaar betreft.
2) Art. 8:69 lid 1 Awb: rechter doet uitspraak op grondslag van het beroepschrift, overgelegde stukken, verhandelde tijdens het vooronderzoek en onderzoek ter zitting.
3) Eiser die het beroep heeft ingesteld mag niet in een slechtere positie beladen dan waarin hij zou hebben verkeerd als hij geen beroep zou hebben ingesteld —-> verbod op reformatie in peius

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Stap 4: Zitting

A

Hierbij kunnen vragen gesteld worden en eventueel nieuwe stukken worden ingediend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Stap 4: Zitting –> het indienen van nieuwe stukken

A

Art. 8:58 Awb
Tot tien dagen voor de zitting kunnen nadere stukken worden ingediend. Zelfs voor tien dagen kan de rechter kiezen om de stukken er niet bij te betrekken, tenzij er aannemelijk wordt gemaakt dat ze deze niet eerder konden verstrekken.

Als deze later worden ingediend moet er worden gekeken of de goede procesorde zich hier tegen verzet.
- Procesbelang wederpartij
- Reden voor late indiening
- Kunnen de stukken een ander licht werpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Stap 4: Zitting –> het indienen van nieuwe beroepsgronden

A

Er is geen rechtsregel die verbiedt dat na afloop van het indienen van beroepsgronden gestelde termijn alsnog nieuwe gronden worden ingediend. Dit wordt wel beperkt door de goede procesorde.
- Kan goede behandeling nog geschieden gelet op het stadium waarin de beroepsprocedure zich bevindt. Dit hangt van hoeveell nader onderzoek nodig is.
- Kan de wederpartij hierop gemotiveerd reageren?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Stap 5: Dictum –> Wanneer wordt de uitspraak gedaan?

A

Na sluiting der zitting (Art. 8:65 lid 1 Awb) gaat de termijn van zes weken lopen waarin uitspraak moet worden gedaan.
Ingeval van bijzondere omstandigheden kan dit ten hoogste met zes weken worden verlengd (art. 8:66 Awb)

Mondeling kan dit direct, maar ten hoogste na een week (art. 8:67 Awb).

17
Q

Stap 5: Dictum –> Welke soort uitspraken kunnen er worden gedaan

A

Art. 8:70 Awb
1. Onbevoegdverklaring rechter
2. Niet-ontvankelijkverklaring van het beroep
3. Ongegrondverklaring beroep
4. Gegrondverklaring beroep

18
Q

Wat is onbevoegd verklaring van de rechter?

A

Indien hij volgens de wet niet bevoegd is om een oordeel te geven. Op grond van art. 8:71 Awb moet hij vermelden waar de burger wel naartoe moet

19
Q

Wat is niet-ontvankelijkverklaring van het beroep

A

Het is bij de bevoegde rechters ingediend, maar deze mag om bijzondere redenen geen inhoudelijk oordeel geven.

20
Q

Ambtshalve aanvulling van rechtsgronden en feiten

A

Welke rechtsgronden mag of moet de rechter toepassen om tot beslechting van het geschil te komen

21
Q

Hoe zit hoger beroep in elkaar?

A

Dezelfde procedure regels als beroep met kleine verschillen zoals bijvoorbeeld de hoogte van griffierecht

22
Q

Wat zijn functies van hoger beroep?

A
  • Herkansingsmogelijkheid
  • Controlemogelijkheid
  • Waarborgen rechtseenheid
23
Q
A