Opposites (P) Flashcards
0
Q
Positief
A
Negatief
1
Q
Pinnen
A
Contant betalen
2
Q
Prachtig
A
Lelijk
3
Q
Praktijk
A
Theorie
4
Q
Praten
A
Zwijgen
5
Q
Precies
A
Ongeveer
6
Q
Prins
A
Prinses
7
Q
Probleem
A
Oplossing