Ondernemend leiderschap (hoofdstuk 11) Flashcards

1
Q

Begrippen van ondernemend leiderschap

A
  • Ondernemer
  • Ondernemen
  • Onderneming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ondernemen als competentie

A
  • Nemen van initiatief
  • Van betekenis willen zijn
  • Het in gang zetten van vernieuwing
  • Persoonlijk leiderschap
  • Vertonen van creativiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Karakteristieken van een ondernemend leider

A
  • Gedreven in hun professie
  • Betrokkenheid bij het realiseren van eigen doelen en organisatiedoelen
  • Optimistisch
  • Enthousiasmerend
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Gunstige situatie voor ondernemend leiderschap

A
  • Ruimte door het management
  • Personeelsbeleid
  • Missie en strategie
  • Vaststellen van doelen en denken in opbrengsten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Aantal zaken voor leidinggeven aan ondernemende leiders

A
  • Niet te snel oordelen over initiatieven
  • Voorwaarden scheppen (tijd en faciliteiten, belemmeringen weghalen)
  • Zich niet direct met alles bemoeien
  • Vertrouwen geven
  • Initiatieven steunen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

De vier fasen bij het uitwerken van ideeën van de ondernemende leider (Giffort Pinchot)

A
  • Initiatieffase
  • Netwerkfase
  • Uitprobeerfase
  • Formele fase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Het creëren van een ondernemende cultuur

A
  • Regels en procedures zijn niet bij voorbaat onaantastbaar
  • Mensen willen leren en onderzoeken
  • Beloningen stimuleren minder dat het werken aan een samen vastgesteld doel
  • Creëer ruimte in agenda’s
  • Niet te snel oordelen vanuit bekende kaders
  • Moedig het ontwikkelen van nieuwe ideeën aan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly