module 13 Flashcards

1
Q

organisationeel cultuur

A

dynamisch systeem van regels betrokken bij attitudes, waarden, overtuigingen en normen die gedeeld worden onder de leden van een organisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

organisationeel klimaat

A

gedeelde perceptie van organisatorisch beleid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

1) organizational commitment
2) normative commitment
3) affectieve commitment

A

1) mate waarin een persoon toegewijd is met de organisatie
2) mate waarin iemand vast zit aan een organisatie door verplichtingen
3) de relatie die iemand heeft met een organisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

psychologische contracten

A

percepties van wederzijdse verplichtingen die bestaan tussen organisaties en hun leden, die verschillen tussen culturen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

social loafing

A

individuele productiviteit neemt af in grotere groepen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

social striving

A

individuele prestatie verbeterd in groepen (vooral in japan)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

het endowment effect

A

als je iets bezit, vind je dat het veel waard is. Het verhoogd de waarde van het product voor ons (vooral westerse cultuur)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

oligarchie

A

slechts een aantal mensen mogen een beslissing maken zonder dit af te stemmen met de rest

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

group think of team think

A

groupthink is de neiging om het met elkaar eens te zijn. Team think impliceert het aanmoedigen van uiteenlopende opvattingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Decision making: Equality vs. equity

A

equality: fairness op basis van gelijke behandeling
equity: fairness op basis van verschillende behoeftes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Decision making: distributive vs procedural justice

A

Distributive houdt in of mensen de uitkomsten als eerlijk zien en procedural justice houdt in of
de procedure eerlijk verlopen is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

stereotype man (agentic)

A

competitief, besluitvol, agressief, sociaal dominant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

stereotype vrouw (communal)

A

aardig, bedachtzaam, gevoelig naar anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

achtergrond diversiteit (invloed van diversiteit)

A

betere performance door creativiteit en taakconflict

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

leeftijdsdiversiteit (invloed van diversiteit)

A

meer conflict

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

gender diversiteit (invloed van diversiteit)

A

mixed resultaten. mannen doen het slecht als ze in de minderheid zijn

17
Q

two-factor approach in leadership
1) considerate people oriented
2)intiating structure-task oriented

A

1) gefocust op het welzijn van de werknemers
2) gefocust op prestatie en winst

18
Q

paternalistisch leiderschap

A

culturen die een combinatie van considerate people oriented en intiating structure-task oriented hebben