Middelenverslaving Flashcards
Wat zijn de veranderingen in de adolescentie die te maken hebben met middelengebruik?
- Minder tijd doorgebracht met ouders: toename in autonomie en onafhankelijkheid, meer tijd met vrienden doorgebracht
- hormonale veranderingen, waardoor gevoeliger voor sociale prikkels
- ontwikkeling van de hersenen
Wat is het vier-fasen model bij middelengebruik?
- experimenteren
- veelvuldig/ongecontroleerd gebruik
- misbruik
- verslaving
Determinanten risicovol gedrag
middelengerelateerde factoren: - ander middelengebruik - attitude t.o.v. middelengebruik - beschikbaarheid van middelen Intrapersoonlijke factoren: - erfelijke aanleg - impulsiviteit, spanningsbehoefte - psychopathologie Interpersoonlijke factoren: - omgaan met deviante peers - familie-invloeden/opvoeding
DSM-5 verslaving
- verlies van controle
- meer/langer gebruik dan de bedoeling was
- aanhoudende wens om gebruik te minderen
- veel tijd besteden aan verkijgen, gebruiken, herstellen
- craving/trek - beperkingen sociaal gebbied
- niet aan verplichtingen voldoen
- gebruik ondanks sociale problemen
- belangrijke bezigheden opgeven voor gebruik - risicovol gebruik
- herhaaldelijk gebruik in fysiek gevaarlijke situaties
- continueren van gebruik ondanks gezondheidsproblemen - farmocologische effecten
- tolerantie
- onthoudingsverschijnselen
overeenkomsten middelen en gokverslaving
- fenotype
- hersengebieden die geactiveerd worden
- genetische factoren
- risicofactoren
pathologisch gokken
- verlies van controle
- beperkingen op sociaal gebied
- farmocologische gevolgen
- specifieke criteria (na verlies proberen terug te winnen, liegen over gokken, rekent op anderen voor schuld, gokken om problemen te vermijden)
het gataway model
het gebruik van lichte middelen gaat vooraf aan gebruik van zware middelen
comorbiditeit verslavingsstoornissen
- cannabis: antisociaal en crimineel gedrag
- middelengebruik: gedragsstoornissen en depressie, ADHD, bipolaire stoornis, angststoornis, suïcidaliteit
Waarom is de diagnostiek van verslavingsstoornissen complex?
- beloop is geleidelijk
- neiging problemen te ontkennen
- problemen met meerdere middelen
- comorbiditeit
Prevalentie verslaving
- alcoholmisbruik: 8.8%
- alcoholonafhankelijkheid: 3.3%
- cannabis: 13-18%
- gok/internetverslaving: 3%
Welke behandelingen zijn effectief voor middelenverslaving?
- CGT
- multidimensionale familie therapie (psycho educatie, multiverhogende interventies, CGT, aandacht voor problemen op verschillende levensgebieden)
wat is de breinontwikkeling in de adolescentie (middelenverslaving)?
- rijp en sensitief motivationeel/emotie systeem
- onrijp controle systeem
- > intense emoties/stemmingswisselingen, sensation seeking/riskant gedrag
Sensation seeking
- opzoeken van nieuwe en belonende ervaringen
- sterke reactie op nieuwe en belonende ervaringen
- lagere inschatting van risico’s
verslaafd raken - neuro-adaptatie
- sensitisatie: eerder denken en verlangen naar drug
- down-regulatie: meer van middel nodig hebben
duale procesmodel middelenverslaving
- impulsieve processen (emoties, korte termijn)
- reflectieve processen (executieve functies, lange termijn)