mannelijk Flashcards

1
Q

welke cryptorchidie paard?

A

abdominaal links
inguinaal rechts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke cryptorchidie hond?

A

rechts inguinaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn gevolgen van bilaterale cryptorchidie?

A
  • onvruchtbaar
  • gedragsveranderingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

testis hypoplasie

A

daling epitheel van ductuli testis
- aangeboren, maar gediagnosticeerd na puberteit
- kan met cryptorchidie voorkomen
- minder sertolicellen en spermatocyten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

spermatocoele

A

stapeling spermatiden in ductuli van epididymis door obstructie -> kan ruptureren: sperma granuloom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

gevolgen testis torsie

A
  • acute abdominale pijn
  • hemorragische infarcering
  • necrose testes en epididymis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

komt orchitis of epididymitis vaker voor?

A

epididymitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welke soorten orchitis bestaan er?

A
  • interstitieel
  • intratubulair
  • necrotiserend
  • granulomateus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

periorchitis

A

ontsteking van holte tussen testikel en scrotum -> vaak ten gevolge van uitbreiding peritonitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

ascenderende of hematogene infecties belangrijk voor epididymitis?

A

ascenderend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe ziet epidydimitis eruit?

A
  • altijd spermagranulomen
  • oedeem -> epididymis groter
  • abcessen
  • fibrose en adhesie tunica vaginalis
  • sperma-stenen: mineralisatie spermatozoa
  • atrofie testis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

funiculitis

A

ontsteking zaadstreng
- meestal door infectie vanuit penis of bij castraties -> verdikking ductus deferens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

prostaatcysten

A

cysten in de prostaat gevuld met urine of prostaat secreet
- vaak met prostaat hyperplasie
- druk op rectum -> tenesmus
- kan congenitaal zijn
- prostaat stenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

paraprostaatcysten

A

cysten die zich BUITEN de prostaat bevinden
- kunnen afsnoeren van prostaat
- bruin troebelige vloeistof <-> prostaatcysten: urine/prostaat secreet
- botvorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

bij welke dieren prostaat hyperplasie

A

niet-gecastreerde honden door hormonen inbalans -> oplossing: castreren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

gevolgen prostaat hyperplasie

A
  • vaak cysten secundair
  • GEEN predispositie voor prostaat carcinoma
  • druk op rectum: constipatie
17
Q

squameuze metaplasie prostaat + oorzaken

A

normale glandulaire weefsel in de prostaat verandert in plaveiselcelachtig weefsel

oorzaken:
- sertoli cel tumor
- oestrogenen
- ZEA: oestorgenen

18
Q

prostatitis

A

ontsteking prostaat
- door hyperplasie prostaat
1) diffuus necro-hemorragisch
2) chronisch: zones van hyperplasie en metaplasie klier epitheel

19
Q

persisterend frenulum

A

frenulum zit tussen preputium en penis => uitschachten niet mogelijk (erfelijk)

20
Q

phimosis

A

vernauwd preputium waardoor penis niet kan worden uitgeschacht
- congenitaal -> tijdens puberteit diagnose
- verworven: bindweefsel retractie door chronische ontsteking

21
Q

paraphimosis

A

voorhuid blijft achter eikel vastzitten en kan niet worden teruggeschoven omdat preputium te strak zit -> na uitschachten niet meer inschachten

22
Q

hypospadias

A

urine opening zit ventraal van penis
- kans op secundaire infecties en myasis
- onvruchtbaar

23
Q

balanoposthitis -> verschil suppuratief en ulceratief

A

kleine ulceratieve letsels op preputium en glans penis door herpes virus of E. coli
- suppuratief: E. coli -> door ophoping smegma, trauma, vreemd voorwerp, lekkage urine in preputium
- ulceratief: herpes

24
Q

verschil: phalitis, balanitis, posthitis

A

ontsteking van…
phalitis: penis
balanitis: glans penis
posthitis: preputium

25
Q

coïtaal exantema

A

genitale herpes

26
Q

Welke bewering over spermagranulomen is niet correct?
- Het kan voortkomen uit een bacteriële infectie
- Het ontstaat vnl uit spermatocoeles
- Het ontstaat vnl in de testis
- Het is macroscopisch waarneembaar

A

het ontstaat vnl in testis => FOUT: epidydimis

27
Q

wat is correct?
- Paraphimosis is retractie niet meer mogelijk
- Squameuze metaplasie kan veroorzaakt worden door een Leydigceltumor
- Prostaathyperplasie komt vooral voor bij dekstieren

A

paraphimosis is retractie niet meer mogelijk
<-> sertolicel. tumor
<-> prostaat hyperplasie bij gecastreerde reuen

28
Q

testis atrofie: wat is fout?
Komt meestal voor bij oudere dieren
Histologisch zien we soms mineralisatie van de tubulus seminifere
Infecties en vascularisatie stoornissen zijn mogelijke oorzaken
Er is een toename van het aantal leydigcellen om de verloren ruimte door het collaberen van de tubulus seminifere te compenseren

A

Er is een toename van het aantal leydigcellen om de verloren ruimte door het collaberen van de tubulus seminifere te compenseren

29
Q

Bij welke diersoort ontstaat er, op oudere leeftijd, vaak prostaat hyperplasie?
Intacte reu
Gecastreerde kat
Hengst
Gecastreerde reu

A

intacte reu

30
Q

wat is juist?
Prostaathyperplasie wordt hormonaal bepaald/aangestuurd
Funiculitis is een ontsteking van de tubuli seminiferi
Balanopositis is ontsteking van het preputium
Phymosis betekent dat er geen retractie is van de penis

A

Prostaathyperplasie wordt hormonaal bepaald/aangestuurd

31
Q

Welk type orchitis kan worden veroorzaakt door bv brucellose en vertoont histologisch gebieden met fibrose en inflammatie?
A. Interstitiel orchitis
B. Intratubulaire
C. necrotiserend
D. Granulomateus

A

c. necrotiserend

32
Q

Welk antwoord, in verband met cryptorchidie is juist?
A. Het komt enkel unilateraal voor.
B. Bij de reu komt die vooral inguinaal en aan de linker testis
C. Bij de hengst komt het vooral unilateraal inguinaal aan de rechter testis voor
D. Bij de hengst komt het vooral unilateraal, abdominaal aan de rechter testis voor

A

C. Bij de hengst komt het vooral unilateraal inguinaal aan de rechter testis voor