dermato Flashcards
Wat komt er niet voor bij atrofische dermatose?
- atrofie dermis
- atrofie haarfollikel
- hyperkeratose
- hypopigmentatie
hypopigmentatie => HYPERpigmentatie
ichthyose
abnormale vorming epidermis = harder, dikker met kloven
- Kalf verliest veel vocht en is gevoelig aan secundaire infecties
- door: mutatie in genen
- hyper- en parakeratose
- gele kleur is NIET typisch
epidermolysis bullosa
bullae ontstaan na mild trauma door verlies structurele huidcomponenten
- Bullae ruptureren tot ulcera
- dermis komt vrij te liggen
- ontstaat door verlies aan structurele componenten huid
epitheliogenesis imperfecta
epitheel van huid of mondmucosa is landkaartvormig aanwezig -> onderliggende hyperemische dermis is zichtbaar
- geen epidermis
- vnl kop, ledematen en mucosa
- gevoelig voor secundaire infectie
hypotrichose
ontbreken van haar
- vaak gepaard met andere congenitale aandoeningen
- aangeboren of door virale intra-uteriene infecties
- thermoregulatie verstoord
collageen dysplasie
dermatosparaxie = huid is makkelijk scheurbaar + meer rekbaar, er ontstaan grote wonden die bijna niet bloeden -> collageen is dunner met meer dermale fibroblasten
- kan ook verworven zijn bij cushing
macule/patch
primair
papule
primair (klein verheven rode zone)
nodule
primair (niet-tumorale massa in dermis/subcutis)
cyste
primair (gevuld met keratine/vocht)
vesikel
primair (met vocht gevuld blaasje)
pustule
primair (accumulatie purulent materiaal = wit)
urticaria
primair (rode verheven zone)
comedo
primair (plug van keratine en talg)
roos
primair + secundair
korst
primair + secundair
alopecie
primair + secundair
erytheem
primair + secundair
hyperpigmentatie
primair + secundair
hypopigmentatie
primair + secundair
collarette
secundair (rode vlek omgeven door schilfers)
erosie
secundair (opengebarsten follikel -> rood en glanzend)
ulcers
secundair (bm aangetast)
excoration
secundair (lineaire barst)
fissuur
secundair (kloof tot in dermis)
litteken
secundair
lichenificatie
secundair (diffuus verdikte epidermis)
callus
secundair (dikke harde zone)
verschil orthokeratotisch en parakeratotisch
- orthokeratotisch: GEEN kernen str corneum = hyperkeratose
- parakeratotisch: WEL kernen in str corneum = parakeratose
acanthose
spinocellulaire laag is verdikt -> toename keratinocyten
psoriasiform
uitstulpingen vervloeien aan basis =breder
pseudocarcinomateus
in onderliggende dermis is chronisch proces gaande waardoor bovenliggende epithelia niet meer worden gestimuleerd -> epidermis uitlopers naar dermis toe
hoe zien apoptotische keratinocyten eruit?
kleine eosinofiel afgeronde cellen met pyknotische kern
dyskeratosis
abnormaal vroegtijdige en gestoorde keratinisatie van individuele cellen
hoe zien necrotische cellen eruit?
rond, verliezen intracellulair contact, matig vergroot, eosinofiel cytoplasma, pyknotische kernen
spongiose
opstapeling vocht tussen keratinocyten = intercellulair oedeem
hydropische degeneratie vs ballonerende degeneratie
hydropisch: intracellulair oedeem keratinocyten in str basale
ballonerend: intracellulair oedeem in spinocellulaire laag
acantholyse
loskomen keratinocyten in vesikel
hoe kunnen vesikels/bullae ontstaan?
- acantholyse
- epidermaal oedeem
- cellulaire degeneratie
- aantasting BM
- beschadiging intercellulaire verbindingen
pigment incontinentia
beschadiging van basaallaag waardoor melanine korrels uit melanocyten en/of keratinocyten worden opgenomen door macrofagen -> melanine in oppervlakkige laag dermis
perifolliculitis
ontsteking weefsel rond haarfollikel
- murale folliculitis: ontsteking in wand follikel
- luminale folliculitis: ontsteking treedt in lumen follikel
- furunculosis: openbreken haarfollikel
- bulbitis: haarbulbus aangetast door auto-immune aanval -> alopecie
- talgklieradenitis: inflammatie talgklier met alopecie en hyperketaose
furunculose
follikelwand ruptureert -> keratine komt vrij in dermis -> granulomateuze ontsteking
<-> furunculitis = ontsteking follikel
bulbitis
haarbulbus aangetast door auto-immuniteit => alopecea arreata
panniculitis oorzaken
ontsteking vetweefsel
- infectieus
- immuungemedieerd
- trauma
- vit E tekort
- pancreatitis -> geen goede vetvertering
callus/ligger
vorm van epidermale hyperplasie = hyperkeratose door neerliggen op harde vloer
- elleboog, hak, laterale teen, sternum
hygroma
holte in huid gevuld met vocht -> meestal sereus met beetje proteoglycanen
- niet afgelijnd door mesotheel, wel door bw
ligulcus
decubituswond = focale ulceratie van huid door focale ischemische necrose
- graad 1: epidermis intact -> rood
- graad 2: tot subcutis
- graad 3: tot in vetweefsel/fascie
- graad 4: tot aan botweefsel
intertrigo
lokale dermatitis thv huidvlooien -> epidermis wordt hyperplastische en spongiotisch met pustules en pigmentincontinentie
injectieplaats reactie
vreemde voorwerpreacties -> lymfocyten rondom caseus necrotisch materiaal
pyotraumatische dermatitis
hot-spot = erythemateuze exsudatieve plaques door reglematig krabben
psychogene huidbeschadiging
door voortdurend likken en bijten op dezelfde plaats ontstaat lekdermatitis -> huid verlies haren, wordt dikker en hyperpigmentatie
Likdermatitis ontstaat typisch bij huidallergie
vrieswonde
cellyse door invriezen en vasculaire schade met anoxie/ischemie
initieel spongiose en necrose van epidermis -> epidermis komt los
brandwonden
- door droge hitte -> verkoling = zwart
- door vochtige hitte -> eiwitcoagulatie = wit
- erytheem + oedeem, geen necrose
- coagulatienecrose keratinocyten met bullae tot diep in folliculair weefsel
- coagulatienecrose epidermis - dermis - adnexa met littekenvorming -> niet pijnlijk
- coagulatienecrose van huid - subcutis - onderliggend weefsel
elektrocutie/verblikseming
- lineaire coagulatienecrose
- ‘gekookte’ organen
- gras in mond
- verschroeide haren
solar dermatitis
zonnebrand van dunbehaarde en niet-gepigmenteerde zones
acuut: hyperemie, chronisch: korstige haarloze letsels -> ev. squameus cel carcinoma
solar elastosis - solar keratosis
elastosis = veel elastine door veranderingen fibroblasten
keratotis = epidermale hyperplasie -> plaque op huid
fotosensibiliserende dermatitis
zuurstofradicalen zullen schade aan DNA, eiwitten, celmembranen veroorzaken.
Primair: opname fotosensitiserende stoffen en congenitale porfyrie.
Secundair: chronische leverschade waardoor phylloerythrine niet gemetaboliseerd wordt.
-> erytheem, oedeem, vesikels, pruritus, exsudatie en uitgebreide necrose
welke is secundair?
Lichenificatie – fissuren – litteken – macula
Papule – vesikel – plaque – comedonen
Callus – ulceratie – litteken – fissuren
Vesikel – cyste – lichenificatie – litteken
Callus – ulceratie – litteken – fissuren
Acute perivasculaire dermatitis wordt niet gekenmerkt door:
Hyperemie
Endotheel hypertrofie
Wandstelling rode bloedcellen
Oedeem
wandstelling rbc
Welke stelling over intra-epidermale vesiculaire dermatitis is fout?
- Pemphigus vulgaris vindt men vooral thv de muil en mucocutane regio en zorgt typisch voor ulcererende letsels
- Pemphigus vulgaris is een aandoening die de desmogleine 3 aantast. Deze bevindt zich tussen de basaalmembraan en basale laag waardoor delen van de huid volledig loskomen te zitten
- Pemphigus foliaceus komt frequenter voor zeker thv de neus, kop en kan dan veralgemenen
- Pemphigus foliaceus is een aandoening die desmogleine 1 aantast. Deze bevindt zich subcorneaal en vormt hierdoor dan ook subcorneale vesikels door het loslaten van de cornea van de huid
Pemphigus vulgaris is een aandoening die de desmogleine 3 aantast. Deze bevindt zich tussen de basaalmembraan en basale laag waardoor delen van de huid volledig loskomen te zitten
Welke stelling over atrofische dermatose is fout?
- We zien geen inflammatoir patroon.
- Het is een frequent voorkomende aandoening, waarbij we microscopisch o.a. folliculaire atrofie en epidermale atrofie zijn. Deze moeten beide aanwezig zijn zodat we van atrofische dermatose kunnen spreken.
- Het is vaak endocrien gemedieerd. We zien het bij o.a. cushing. Hierbij kunnen we calcinosus cutis (verkalking van collageen in de cutis) zien.
- Het is vaak endocrien gemedieerd. We zien het bij o.a. hypothyroïdie, waarbij de epidermis niet atrofisch is.
Het is een frequent voorkomende aandoening, waarbij we microscopisch o.a. folliculaire atrofie en epidermale atrofie zijn. Deze moeten beide aanwezig zijn zodat we van atrofische dermatose kunnen spreken.
welke stelling is juist?
I. Fotosensitiserende dermatitis kan primair ontstaan door een lever insufficiëntie.
II. Fotosensitiserende dermatitis kan primair ontstaan door congenitale porfyrie.
III. Bij fotosensitiserende dermatitis wordt phylloerythrine in de pens omgezet tot chlorofyl bij het rund.
Fotosensitiserende dermatitis kan primair ontstaan door congenitale porfyrie.
welk huidletsel kan zowel primair als secundair zijn?
Schilfers
Vesikels
Macula
Papel
schilfers
Fluctuerend letsel op de elleboog hond met vocht gevulde massa wat is waarschijnlijk diagnose
Hygroma
Likdermatitis
Callus
Doorlig ulcer
hygroma
hond met wit amorfe letsel op de huid met rode rand welk type van brandwond
type 1
Type 2
Type 3
Type 4
type 3
Wat past niet in het rijtje bij vlooienallergie dermatitis:Hyperkeratose – caudale rug, dij en buik – hyperkeratose – talgklieratrofie – lichenificatie – eytheem - papulae
A. Papulae
B. Talgklieratrofie
C. Lichenificatie
D. Hyperkeratose
B. Talgklieratrofie