Lecture 8 Flashcards

1
Q

Wat houdt het strategisch marketingcommunicatieplan in?

A
  1. Situatieanalyse
  2. Doelgroep
  3. Communicatiedoelstellingen
  4. (Budget)
  5. Creatieve strategie
  6. Kanalen (cf. mediaplanning)
  7. Evaluatie
  8. Controle
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat houdt 1. situatieanalyse in?

A
  • Volledig overzicht van de noden van het product en merk, binnen de competitieve omgeving
  • Omvat interne en externe analyse
  • Analyse van het product en branding
  • Analyse van de markt (concurrentie)
  • Macro-omgeving (politieke / wettelijke restricties, ethische bezorgdheden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe wordt de situatie analyse gedaan?

A
  • Interne analyse: branding
  • Interne en externe analyse : SWOT-analyse
  • COMMUNICATIE AUDIT: hoe werden vorige producten uitgezet en hoe zijn ze promoot?
  • COMMUNICATION CONTENT RESEARCH: creatieve ideeën genereren d.m.v. brainstormsessies met de target group in gedachten
  • THOUGHT STARTER LIST: lijst met alle voordelen van het product die belicht moet worden in de campagne, kan helpen bij de brainstormsessies
  • Consistentie met algemene marketingobjectieven van belang
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt 2. Doelgroep in?

A

Segmentering: consumenten indelen in een homogene groepen. Je verwacht dat alle mensen in dezelfde groep op dezelfde manier reageren. (schema op papier even koekeloeren)

–> Een effectieve segmentatie is meetbaar, haalbaar, groot genoeg en verschillend van elkaar.
Welke segmenten zijn interessant om te benaderen –> targeting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn voorbeelden van segmentering?

A
  • Op basis van demografische kenmerken (als leeftijd)
  • Op basis van persoonlijkheid (activity, interests, opinion)
  • Op basis van gebruikersstatus:
    -) Non-user: zal product nooit kopen
    -) potential user: moet overtuigd worden om product te gebruiken
    -) first time user: moet overtuigd worden om product frequent te gebruiken
    -) regular user: moet versterkt worden in de attitude
    -) ex-user: customer satisfaction research in de plaats van marketing communication (waarom gebruiken ze het niet meer)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat houdt 3. Targeting in?

A

Vijf basisstrategieën:
1. Concentratie op één segment
2. Selectieve specialisatie ( keuze uit een aantal segmenten)
3. Productspecialisatie (één product voor verschillende marktsegmenten)
4. Marketspecialisatie (één marktsegment voor verschillende producten)
5. Volledige markt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat houdt 4. communicatiedoelstellingen in?

A
  • Coverage: ‘ik wil dat iemand uit mijn doelgroep de komende week 3x mijn reclame ziet’
  • Process: ‘Ik wil dat iemand die mijn reclame gezien heeft, deze zich ook herinnerd’
  • Effectiveness: ‘Ik wil dat iemand die mijn reclame gezien heeft, ook echt het product aanschaft’
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn communicatie-objectieve en Gedragsobjectieven?

A

Communicatie-objectieven: gaat over de reclame boodschap
Gedragsobjectieven: wat doet mijn consument hiermee
(schema op blaadje)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn brand Recognition en brand recall?

A

Brand recognition: merk kunnen herkennen uit een lijst
Brand recall: merk kunnen herinneren in een open vraag (‘oh ja daar heb ik een advertentie van gezien’)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is DAGMAR? (9)

A

(hierarchy of effects model, 1e fase vervuld voordat je naar de volgende kan)
Beschrijving van negen verschillende objectieven/effecten
1. Category need stimuleren: een product nood, waarom heb je dit nodig?
2. Brand awareness: ben je bewust van het merk?
3. Brand knowledge / comprehension: ken je het merk en de belangrijke eigenschappen?
4. Brand attitude: heb je een (positieve) attitude naar het merk?
5. Purchase intention: heb je de intentie om het te kopen?
6. Purchase facilitation: weet je waar dat je het moet kopen?
7. Purchase : ga je het kopen / de aankoop
8. Satisfaction: ben je tevreden met het product?
9. Brand loyalty: zal je bij dit merk blijven voor een volgende aankoop?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn objectieven eisen:

A
  • Goed geformuleerde communicatiedoelen
  • Passen bij het bedrijf en hun marketingobjectieven (algemeen)
  • Zijn relevant (m.b.t. geïdentificeerde bedreigingen en oppertunities in SWOT)
  • Zijn passend bij de doelgroepen (meerdere doelgroepen = andere objectieven)
  • Zijn SMART:
  • Meetbaar
  • Te begrijpen
  • Duidelijk qua timing
  • Opgedeeld in subdoelen (indien nodig)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat houdt 4. creatieve strategie en kanalen (mediaplanning) in?

A

Creatieve strategie:
- Wat is de boodschap (denk aan de Unique Selling Proposition / USP)
- Hoe breng ik de boodschap over (denk aan situatieanalyse en segmentering)
- Welk type product heb ik (high/low involvement)
- Welke reclamevorm

Mediaplanning:
Gebaseerd op het strategische marketingcommunicatieplan stellen we een planning op van de te gebruiken kanalen:
- Bedenk aan de hand van je situatieanalyse en segmentering waar de doelgroep het meeste tijd doorbrengt en waar je ze goed kan bereiken en welke media je moet ‘kopen’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de objectieven van mediaplanning?

A
  • Frequentie (wear-in / wear out): hoevaak ga je de advertentie laten zien? Te vaak laten zien = wear out effect, mensen raken verveeld / geïrriteerd van je advertentie. Je wil juist in wear-in zitten, mensen hebben het dan genoeg gezien om ervoor open te staan maar niet teveel.
  • Bereik
  • Continuïteit (continue of in waves)
  • Kostprijs (hoeveel geef je uit, ‘cost per Thousand’)
    –> meetbaar, concreet , realistisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke soorten media zijn er?

A

-Owned: via eigen kanalen iets promoten, je hoeft dan geen mediaruimte te kopen
- Paid: mediaruimte kopen, reclameblokken / promotie
- Earned: wanneer andere partijen praten over je merk, aanbevelingen van anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat houdt 5. evaluatie en controle in?

A
  • Pre-test
  • Potentiële variabelen:
  • Qualitative internal pretesting
  • Direct opinion
  • Post-testing:
  • Advertising campaign evaluation research
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
  • Pre-test:
A

Nagaan dat juiste doelen bereikt worden + geen ongewenste effecten (vb. pepsine blikje met cola cape)

17
Q
  • Potentiële variabelen:
A
  • optimale frequentie van blootstelling
  • Selectie van correcte stimuli
  • Recall / recognition
18
Q
  • Qualitative internal pretesting
A

(checklist voorbeeldvragen)
- Is de advertentie aantrekkelijk?
- trekt de advertentie de aandacht (stopping power)
- Is de boodschap consistent met de briefing?
- Is er een voordeel duidelijk?
- Is het merk duidelijk vermeld?

19
Q
  • Direct opinion
A

kan in combinatie met een experimenteel design:
-duidelijkheid
-opgeroepen gevoelens
-attitude ten aanzien van het merk / de boodschap / het product, is er aankoopintentie?
(vb. likert schalen, semantische differentiaal)

20
Q
  • Post-testing:
A

hoe effectief is de reclame boodschap geweest?
-recall / Recognition test
- direct opinion
–> maar moeilijk om effect van één enkele boodschap te meten

21
Q
  • Advertising campaign evaluation research
A

Wat is er bereikt met de campagne
- Spontaan merkbewustzijn / geholpen merkbewustzijn
- Correcte toekenning van eigenschappen van het merk
- Winst / groei in verkoop
- Trail rate / adoption

22
Q

Online campagnes key performance indicators:

A
  • Comments, likes en click-through rates –> gezien als belangrijke instrumenten, maar geven zij het volledige beeld?
  • Stickiness: tijd doorgebracht op website
  • Conversion rate: hoeveel klanten effectief kopen
  • Retention rate; hoeveel klanten op regelmatige basis kopen