Leçon 9: Spécialisation en gériatrie Flashcards
1
Q
specialisatie in geriatrie
A
spécialisation en gériatrie
2
Q
een prik
een injectie
een inspuiting
A
une pîqure
une injection
3
Q
de behandeling
A
le traitement
4
Q
het geduld
A
la patience
5
Q
het nachthemd
de nachtjapon
A
la chemise de nuit
6
Q
het (dames) slipje
A
la culotte
7
Q
de zij
A
le côté
8
Q
de afstandsbediening
A
la télécommande
9
Q
de knop
A
la touche
10
Q
het kanaal
A
le poste
11
Q
een ding
A
une chose
12
Q
een hoofdkussen
A
un oreiller
13
Q
de nachttafel
A
la table de nuit
14
Q
naar huis gaan
A
rentrer
15
Q
omhoog doen
optrekken
A
relever
16
Q
laten zakken
A
baisser
17
Q
zich omdraaien
A
se tourner
18
Q
bewegen
A
bouger
19
Q
voelen
A
sentir
20
Q
drukken
A
appuyer
21
Q
aandoen
aansteken
A
allumer
22
Q
zorgen voor
A
s’occuper de
23
Q
rapprocher
A
dichterbij brengen
24
Q
gemakkelijk
A
facile
25
Q
erg
A
grave