kind met overgewicht & obesitas Flashcards
1
Q
prevalentie overgewicht
A
- prevelentie
- 2j = 11%
- 1/5 vlaamse kinderen
- 16% overgewicht
- 5% obesitas
- jongens = meisjes - gevolg
- voorspeller voor obesitas volwassene leeftijd
- 83% indien overgewicht op 10-15j
- leidt tot secundaire problemen vb: hartfalen
2
Q
definitie overgewicht
A
- overgewicht
- lichaamsgewicht > normaal voor bepaalde lichaamslengte
- stijging vetmassa of spieren, bot & water
- in parktijk vaak ander gebruikt = lichte mate van obesitas of risico op
- BMI > 25 - obesitas
- abnormale/buitensporige vetopstapeling
- schadeling lichamelijk & mentale gezondheid
- chronische aandoening = langdurige ondersteuning nodig
- BMI > 30
3
Q
oorzaken
A
- oorzaken
- onevenwicht energiebalans = energie-inname > verbruik
- voedingsgewoonten & activiteit
- voornamelijkste aangrijpingspunt therapie maar ook aanpak omgeving - risicofactoren
- complexe interactie
- in kaart brengen voor goede therapie
- betrekken van ouder = ook bewust maken van deze factoren
4
Q
risicofactoren
A
- niet-modificeerbare risicofacotoren
- zorgen voor vatbaarheid maar zijn geen verklaring
- niet de oorzaak van toename laatste jaren
- genetisch
- biologisch = zwangerschapdiabetes & geboortegewicht - modificeerbare risicofactoren
- zorgt voor effectieve uitting
- pyschologisch = stress & gepest worden
- sociaal-cultureel
- vroegtijde adipeuze rebound = verhoogd gewicht tussen 5-7j
- economisch
- levenstijl
5
Q
genetische & levensstijl risicofactoren
A
- genetisch
- voorkomen bij ouder = overlap van alle risicofactoren
–> belangerijskte risicofactor
- ziektes & endocriene aandoeningen
- ook medicatie = corticoïd, antidepressiva & anti-epileptica - levenstijl risicofactoren
- verveling = minder bewegen & grijpen naar ongezonde voeding
- langdurige beeldschermactiviteiten
- langdurig zitten = “het nieuwe roken”
- te weinig beweging
- te weinig slaap = houd verband met beweging & inname snelle suikers
6
Q
socio-economische risicofactoren
A
- sociaal-cultureel
- pasen
- sint-niklaas
- ramadam - economisch
- fast-food is goedkoper
- opgroeien in omgeving met hoog inkomen = 50% minder kans op overgewicht
7
Q
gevolgen
A
- algemeen
- GGR gewichtsgerelateerde gezondheids risico’s
- zorgen voor vicieuze cirkel - comorbiditeit
- secundaire problemen
- pyschologische problemen
- slaapstoornissen
- orthopedische klachten
- verminderd uithoudingsvermogen
- ademhalingsklachten
- verhoogd risico op kanker - motoriek
- grotere absolute kracht
- minder vaardig = grove & fijne motoriek
–> minder opzoek naar activiteiten
8
Q
comorbiditeiten
A
- cardiovasculaire aandoeningen
- arteriele hypertensie
- linker ventriculaire hypertrofie - metabole complicaties
- te hoge cholesterol
- diabetes type II - orthopedische klachten
- X & O benen
- hyper/hypolordose
- pes plano
9
Q
diagnostiek & onderzoek
A
- personen
- peuters = kind & gezin
- lage school = CLB-arts
- huis/kinder arts - onderzoek
- anamnese = risicofactoren
- klinisch onderzoek = bloeddruk, bloedonderzoek, …
- BMI berekenen
- GGR bepalen - bijkomend onderzoek
- enkel indien onderliggende pathologie vermoed wordt
- endocriene oorzaak
- psychomotore achterstand
- gecompliceerde obesitas = respi, ortho, cardio, … problemen
10
Q
BMI
A
- body mass index
- volwassene = obesitas indien 30+
- tot 18j = afh van leeftijd & geslacht
–> groeicurve
- opvolgen door arts - nadelen BMI
- trage evolutie = andere indicators die sneller veranderen voor motivatie
- geen rekening spiermassa & beenlengte
- geen rekening distributie vetweefsel
–> abdominaal vetrespositie = grotere negatieve invloed op gezondheid
- geen rekening etnische achtergrond
11
Q
BRI
A
- buikomtrek meten
- in stand
- tussen onderste rib & cirsta = smalste deel buik
- op einde van normale expiratie - body rounded index meting
- schatting houd rekening met lengte, buikomvang & heupomtrek
- echter nog onderzoek nodig vooraleer vervangen BMI - voordelen BRI
- betere correlatie metabole gezondheid & cardiovasculair risico
- voorspelling diabetes
- beter beeld van lichaamsvorm & vetdistributie
12
Q
EOSS-P
A
- edmonton obesity staging system for pediatrics
- classficiatie systeem van gezondheidsrisico
- graad van obesitas
- stadium 0-3 - criteria = 4M
- metabool = comorbiditeit
- mechanisch = slaapapneu & gewrichtspijn
- mentaal = psychologisch & stoornissen (eet of ontwikkeling)
- milieu = context - gevolg graad
- ernst van comorbiditeit
- andere indicatie voor therapie
- 0-1 = opvolging door dokter
- 2-3 = opvolging in PMOC pediatrisch multidisciplinair obesitas centrum
13
Q
GGR
A
- gewichtsgelateerde gezondheisrisico’s
- 4 niveau’s
- onderverdeling afh van BMI & risicofactoren - niveau’s
- overgewicht = licht verhoogd risico
- obesitas graad I = matig verhoogd
- obesitas graad II = sterk verhoogd
- obesitas graad III = extreem verhoogd
- ook aanwezigheid risicofactor/comorbiditeit = stijging in niveau
14
Q
interventie
A
- KNGF-richtlijnen
- multidisciplinarie GLI gecombineerde leefstijlinterventie
- dieet-bewegen-gedrag = gedragsverandering voor lange termijn effect
- gezinsinterventie
- verminderderen sedentair gedrag voorop
- toename fysieke activiteiten pas secundair - evidentie
- grootste voordeel = reductie sedentari gedrag + verhogen fysieke activiteit
- geen focus op BMI maar activiteit
- interventie over lange termijn = 2j
- gedrag van gezin & omgeving aanpakken
15
Q
rol van kinsitherapie
A
- informatie verzamen
- anamnese
- inspectie
- klinisch onderzoek - SMART-doelen
- interventie
- educatie
- advies
- beweegprogramma
16
Q
aandachtspunten anmanese van kine
A
- voedingsgewoontes
- aantal & hoeveelheid
- plaats
- inhoud
- snacks - fysieke activiteit
- vragenlijst = nederlandse norm gezond bewegen
- sedentarie activiteiten
- hobby’s & sport
- onderliggende problematiek vb: DCD - socio-economisch
- afkomst & scool
- algemeen gedraag
- zelfbeeld
- psychosociale & omgevingsfactoren
17
Q
baseline metingen voor kind met overgewicht
A
- buikomtrek
- motorische ontwikkeling
- M-ABC = 3-16j
- BOT-2 = 4-21j
- mogelijke onderliggende problemen opsporen = aanvraag meer beurten - inspanningsvermogen
- 6MWT
- gemodificieerde 10 shuttle run test
–> maximale test waarbij vaak te vroeg wordt opgegeven - spierkracht
- handknijpkracht ≈ totale spiermassa
–> vanaf 5j genormeerd
- vertesprong = explosief beenkracht 12-16j
- functionele spierkracht testen = 30sec herhalingsmaximum
18
Q
vragenlijsten voor baseline metingen
A
- beweeggedrag
- nederlanse norm gezond bewegen
- beweegrichtlijnentest = vanaf 4j
- PAQ-C physical activity questionnaire for children = inschatten FA doorheen schooldag & weekend met 10vragen - QoL
- TACQOL
- KIDSCREEN - BREQ-2
- behavioural regulation exercise questionnaire
- motivatie voor fysieke training
19
Q
kinesitherapeutische interventie
A
- algemene doelen
- toename FA & fysieke fitheid
- afname sedentair gedrag
- aanpassing voedingsgewoonten - richtlijnen
- beeldscherm activiteiten onder 2u per dag & 14u per week
- grootste deel van de dag licht fysiek actief
- 60min matig tot hoog fysiek actief per dag
–> meer is beter
- 3 dagen per week hoog intensief oefenen voor grote spiergroepen - beweegprogramma
- warming-up & cooling-down
- belang van hoeveelheid boven intensiteit
- oefeningen voor fysieke fitheid = an/aëroob & spierkracht
20
Q
aandachtspunten van beweegprogramma
A
- modaliteiten
- 2j
- 1e jaar = intensief & doelgericht
- 2e jaar = behoud van resultaten door gedrags verandering
- 45-60min 2x per week
- matig tot hoog intens = meer dan 140BPM - lange termijn = belang behoud fun
- aansluitend bij interesses
- variatie
- individueel afwisselen met groepstraining - zelfredzaamheid
- ABC model van deci-ryan
- bijhouden van activiteit vb: beweegdagboek
- veel babbelen & coachen om thuistherapie aan te moedigen
21
Q
advies als kineistherapeut
A
- hobby
- sportclub
- jeugdbeweging - huiswerk oefeningen
- omgeving aanpassen
- automatisch dagelijks bewegen verhogen
- meer buiten spelen
- naar school fietsen
- zoveel mogelijk trappen gebruiken
22
Q
educatie als kinesitherapeut
A
- energie verbruik
- 60-70% basaal energie vebruik
- 15-20% verteren van voeding
- 20-25% energie tijdens bewegen = dit aanpakken - belang van bewegen
- uitlegen welke gevolgen dit heeft
- geeft kinderen eigen reden om te bewegen - belang van slaap
- eetgedrag
- kennis aan ouders meegeven zonder schuldgevoel
- vooral domein van dietist
- gezond & gevareerd
- water, fruit & groenten rkijgen voorkeur