KC 3 Flashcards

Periglaciale landvormen

1
Q

Landvormen / landschappen die zijn gevormd tijdens een ijstijd, maar niet?

A

Niet onder invloed van landijs.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Periglaciale landschappen komen voornamelijk uit het?

A

Weichselien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Dekzand

A

Paraboolduin\Gordeldekzand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Desert pavement

A

“Keienvloer”
Ontstaan door een laag met stenen erin die steeds mee inslingt waardoor de stenen een laag vormen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Pingo

A

Ijslens
Meertje / Dobbe
Uddelermeer (Garderen) is een bekende in Nederland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Cryoturbatie

A

Vorstvervormingen. Doormiddel van bevriezen en ontdooien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ijswig
Vorstwig

A

Puntig vormige veranderingen in het profiel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Patterned ground

A

Patterned ground features (stone circles, sorted polygons) (krimpen en scheuren van de grond)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Allerød bodem

A

?
Er zit een bruine horizontale laag in.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Periglaciale landschappen:

A

Dekzand
Desert pavement
Fluvioglaciale afzettingen
Permafrost
Cryoturbatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly