IVGT Flashcards

1
Q

Bij een eroderende maagzweer in de dorsale wand van de maag kan aantasting van een nabijgelegen arterie een forse bloeding veroorzaken in de peritoneale holte. Dit betreft de:

A. arteria gastrica sinistra;
B. arteria lienalis
C. arteria hepatica propria.

A

B. arteria lienalis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Koolhydraten worden in het spijsverteringsstelsel afgebroken door verschillende enzymen. In de wand van het duodenum is dat voornamelijk het enzym:

A. amylase;
B. lactase.

A

B. lactase.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De ziekte van Hirschsprung wordt onder andere gekenmerkt door het ontbreken van ganglioncellen en enterische neuronen in de spierlaag van het distale rec- tum. Hoe werken de sfincters bij deze aandoening bij aandrang tot defecatie?

A. Geen relaxatie van interne en externe sfincter.
B. Geen relaxatie van interne sfincter, wel relaxatie van externe sfincter.
C. Geen relaxatie van externe sfincter, wel relaxatie van interne sfincter.

A

B. Geen relaxatie van interne sfincter, wel relaxatie van externe sfincter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Een man van 50 jaar heeft sinds zijn vakantie met de kleinkinderen in Kroatië last van diarree en perianale jeuk. Hij heeft sinds 3 weken ook driemaal per dag dunne ontlasting en vooral ‘s nachts last van de jeuk. Hij heeft geen bloed of slijm bij de ontlasting gezien maar wel een aantal keren kleine witte wormpjes. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak voor de klachten van deze patiënt?

A. Entamoeba histolytica (amoebiasis).
B. Enterobius vermicularis (oxyuriasis).
C. Enterotoxinevormende E. coli.
D. Giardia lamblia (giardiasis).

A

B. Enterobius vermicularis (oxyuriasis).

Meest voorkomende symptoom hiervan is anale jeuk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Carcinomen kunnen metastaseren naar de regionale lymfeklieren, die daarom in principe bij resectie van de tumor worden verwijderd. Voor carcinomen van de dikke darm geldt dat deze regionale lymfeklieren zich bevinden:

A. in het mesocolon;
B. in het omentum majus;
C. para-aortaal.

A

A. in het mesocolon;

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Campylobacter jejuni is wereldwijd één van de meest frequente bacteriële ver- wekkers van diarree. De meeste patiënten genezen spontaan, maar soms treedt een complicatie op. Welke van onderstaande complicaties komt in dat geval het meest frequent voor?

A. Chronisch dragerschap. 
B. Glomerulonefritis.
C. IJzergebrekanemie.
D. Maagulcus.
E. Reactieve arthritis.
A

E. Reactieve arthritis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bij veroudering nemen functies van het maag-darmkanaal af en treden veranderingen in de stofwisseling op. Hierdoor wordt de voedselinname minder adequaat gereguleerd. Dit wordt ook wel de fysiologische ‘anorexia of aging’ genoemd. In relatie hiermee kunnen vitaminetekorten ontstaan. Bij ouderen komt relatief vaak een tekort aan vitamine-B6 en vitamine-B12 voor. Wat is de belangrijkste oorzaak van dit vitamine-B-tekort? Dat is:

A. afname maagzuurproductie;
B. afname speekselproductie;
C. dunner worden van de mucosa van de dikke darm; D. verminderde peristaltiek van de dunne darm.

A

A. afname maagzuurproductie;

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Een 58-jarige man wordt vanwege buikpijn onderzocht op de spoedeisende hulp. Zijn voorgeschiedenis vermeldt recidiverende ulcera van het duodenum. Bij onderzoek van de buik zijn er verschijnselen van peritoneale prikkeling. De meest waarschijnlijke oorzaak hiervan bij deze man is:

A. bloeding uit een ulcus duodeni;
B. perforatie van het duodenum;
C. strictuur van het duodenum.

A

B. perforatie van het duodenum;

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Oesofagitis berust op een lokale ontstekingsreactie. Deze ontstekingsreactie wordt in de meeste gevallen veroorzaakt door een:

A. bacteriële infectie;
B. chemische irritatie;
C. schimmelinfectie.

A

B. chemische irritatie;

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Overmatig gebruik van een bepaald vitamine kan leiden tot de vorming van oxa- laatstenen. Voor welke vitamine geldt dit?

A. Vitamine A.
B. Vitamine B.
C. Vitamine C.
D. Vitamine D.

A

C. Vitamine C.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Het hormoon insuline speelt een rol bij het regelen van de glucoseconcentratie in het bloed. De invloed van insuline op het enzym glycogeensynthetase is:
A. stimulering;
B. remming.

A

A. stimulering;

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bij een 43-jarige man met een anuscarcinoom wil de huisarts de primaire klieren onderzoeken. Waar bevinden zich de primaire lymfeklieren van de huid in de anus?
A. Iliacaal.
B. Inguinaal.
C. Presacraal.

A

B. Inguinaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly