Fysiologie Flashcards

1
Q

Wat is de enterische zenuwstelsel?

A

Het is een deel van de autonomische zenuwstelsel en bevindt zich in de wand van de tractus digestivus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de twee plexi van de enterische zenuwstelsel?

A

De myenterische plexus

De submucosae plexus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat voor zenuwvezels hebben de twee plexi van de enterische zenuwstelsel?

A

De myenterische plexus -> parasympathische en sympathische vezels.
De submucosae plexus -> alleen parasympathische vezels.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat doet de EUS?

A

Die opent tijdens slikken en voorkomt het verplaatsen van lucht naar de maag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat doet de LES?

A

Voorkomt terugstromen van maagzuur de oesofagus in.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de 2 taken van de maag?

A

Doden van micro-organismen.

Verteren van voedsel zodat het in de dunne darm opgenomen wordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat stimuleert de maagzuursecretie?

A

N. vagus
Histamine
Gastrine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke cellen produceren histamine en gastrine?

A

Antrale cellen in de maag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welk twee duodenale hormonen remmen maagzuurproductie?

A

Secretine

Cholecystokinine (CCK)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat heeft invloed op maagontlediging?

A

Duodenale osmoreceptoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat produceert de maag?

A

Histamine
Gastrine
Pepsinogeen
Intrinsic factor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat absorbeert de maag?

A

Water
Alcohol
Cafeine
Medicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke voedingsstoffen worden met behulp van enzymen in pancreasesecreet en gal afgebroken?

A

Eiwitten
Koolhydraten
Vetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

IJzer wordt waar geabsorbeerd?

A

In de duodenum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar wordt magnesium geabsorbeerd?

A

In de jejunum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waar worden vit. B12 en galzouten geabsorbeerd?

A

In de ileum

17
Q

Wat veegt de dunnen darm schoon tussen maaltijden in?

A

Migerende motor complex (MMC)

18
Q

Wat doet de MMC met onverteerd voedsel en waarom?

A

Het stuwt het richting de dikke darm om bacterieel overgroei te voorkomen

19
Q

Wat wordt het meest geabsorbeerd in de colon?

20
Q

Wat doet de flora van de dikke darm?

A

Metabolisme van vezels
Productie van vitamine K
Bescherming tegen een invasie van pathogene micro-organismen

21
Q

Detoxificatie en eliminatie waarvan gebeurt in de lever?

A

Ammoniak
Bilirubine
Medicatie
Toxische stoffen

22
Q

Welke vitamines en minerale worden opgeslagen in de lever?

A

Vitamine: A, D, B9, B12 en K
Mineralen: IJzer en Koper

23
Q

Welke glucosemethabolismen gebeuren in de lever?

A

Synthese van glucose
Synthese van glycogeen
Afbraak van glycogeen

24
Q

Welke circulerende eiwitten worden uit aminozuren gesynthetiseerd in de lever?

A
Albumine
Transporteiwitten
Acute-fase eiwitten
Stollingsfactoren
Complementfactoren
25
Wat is de bijproduct van de synthese, transport en excretie van vetzuren dat door de lever gebeurt?
De excretie van cholesterol
26
Wat is de primaire functie van de galblaas?
Het opslaan van gal
27
Waardoor knijpt de galblaas samen?
Het uitscheiden van CCK
28
Wat doen alfacellen in de pancreas?
Produceren glucagon (serum glucose gaat omhoog)
29
Wat doen betacellen in de pancreas?
Produceren insuline (serum glucose gaat omlaag)
30
Wat doen delta cellen in de pancreas?
Produceren somatostatine (regulatie hormoonsecretie van alfa- en betacellen)
31
Wat doen gamma cellen in de pancreas?
Produceren pancreatische polypeptiden (verminderd de secretie van pancreas enzymen)
32
Via welke receptoren zorgt bij een hoge bloedglucoseconcentratie voor uitscheiding van insuline?
GLUT-2 receptoren
33
Welke verteringsenzymen worden via de exocriene acinuscellen gescheiden?
Trypsine Amylase Lipase Protease
34
Waarom mogen verteringsenzymen pas in de duodenum actief worden? In welke vorm worden de enzymen uitgescheiden?
Om autodigestie te voorkomen | Ze worden in hun inactieve vorm (pro-enzym vorm) uitgescheiden
35
Onder invloed van welke hormoon secreteren ductuscellen water en bicarbonaat uit om maag sappen te neutraliseren?
Cholecystokinine (CCK)