interventie 2: op niveau R Flashcards
1
Q
op R niveau: gedragstherapie
A
Opérante technieken
- toename gewenst gedrag
- afname ongewenst gedrag
2
Q
toename gedrag
A
- bekrachtiging
- reward value: mate van gevolg/ bekrachtiging
- soorten bekrachtigend: tastbare, activiteiten, feedback, tokens (symbolisch)
- bekrachtigingschema= eerst continu, dan thinking (intermitterende bekrachtiging
- shaping vs chaining;
shaping= stukjes van één gedrag
chaining= macrostukjes van gedrag
3
Q
afname gedrag
A
- extinctie
- bestraffing
- positieve en negatieve bestraffing (bvb time out)
4
Q
CGT op R niveau
A
- gedragsactivatie
- copingsvaardigheidstraining
- overcorrectie: meer dan schadeherstel > ook iets extra doen
- voordelen; snel, voor gevaarlijk gedrag, totaal suppressie gedrag
- nadelen: negatieve emoties en vermijding
> wnr dan wel gebruiken: wnr niks anders werkt, weinig controle, schadelijke gedrag
> hoe goed straffen: speculeren van target gedrag, minst krachtige straf, gradueel opbouwen, contigent (timing)
5
Q
gedragsactivatie
A
- eerst energie vereist dan zelfbekrachtigens
- vroeger generiek en globaal: plezierig activiteit, nu idiosyncratisch: plezierig en zinvol
6
Q
copingsvaardigheden
A
- transdiagnostisch concept: gemeenschappelijke ondergrond > wortels aanpakken
- stressactivatie: subjectieve voorspellers van slechte emotionele respons,
> stresshantering: reactie op stressbron - coping: probleemgerichtcoping: probleemzeef aanpakken
- emotieregulatie: adaptaties of maladaptatief
- nuancering: vermijden, remuneren, onderdrukken
- flexibiliteit: adaptaties inzien flexibel
7
Q
Modal model
A
situatie > aandacht> beoordeling > respons
- situatie: deze triggered emoties
- persoon geeft veel of weinig aandacht aan situatie
- beoordeling ervan: betekenisgeving
- gevpelens, fysio en gedrag als reactie
> > verandering van aandacht richten op zintuigen , cognitieve herbeoordeling en respons expressie of onderdrukken
versterkt of verminderd emoties