Hoorcollege 7 Flashcards
3 functies van speeksel
verteringsenzymen
bescherming, lubricatie en buffer
hormonen voor regulatie darmactiviteiten
3 fase
cefale fase
gastrische fase
intestinale fase
cefale fase
voorbereiden op voedsel
feedforward via nervus vagus naar speekselklieren en de maag
100% aanmaak van het speeksel
gastrische fase
voedsel bevind zich in de maag
intestinale fase
voedsel bevind zich in de darmen
2 soorten cellen en functies voor speekselproductie
acinaire cellen –> isotoon vloeistof maken
ductus cellen –> hypotoon speeksel maken
ductus cellen functie
resorberen Na+ en Cl-, uitscheiden van HCO3- en K+
secretiesnelheid ductus cellen effect
hoe hoger de secretiesnelheid, hoe isotoner het speeksel blijft, omdat er minder tijd is om Na+ en Cl- te resorberen
Regulatie speeksel productie
autonome zenuwstelsel, 100% cefale fase
Regulatie speeksel afgifte
sympaticus, maar vooral parasympaticus stimuleren afgifte.
Sympathicus excitatoire, nier perse inhibitatoir
Samenstelling speeksel (3 componenten)
mucines
enzymen
ionen
functie mucines speeksel
zacht maken van voedsel
functie enzymen speeksel
lysozyme –> antibacterieel effect
vertering
functie ionen speeksel
pH regulatie, vooral door aanwezigheid van buffers
Cellen voor maagsapsecretie/productie (6)
slijmnapcellen, parietaalcellen, ECL-cellen, hoofdcellen, D-cellen, G-cellen
slijmnapcellen
mucus en HCO3-
parietaalcellen
HCl
ECL-cellen
histamine
hoofdcellen
pepsinogeen/pepsine in de maag
D-cellen
somatostatine
G-cellen
gastrine
belangrijkste component maagsap
HCl (en H20)
proces in parietaalcel
opname van H20 en CO2 uit het bloed om HCO3- en H+ te maken. H+ gaat naar het lumen, Cl- gaat tegenover HCO3- naar het lumen, H20 volgt de gradiënt en K+ gaat via de ATP pomp telkens in een cirkel. H+ en Cl- vormen HCl-
functie HCl
denaturatie van eiwitten
toegankelijk maken voor pepsine
onschadelijk maken van micro-organismen
regulatie maagsapsecretie
neuraal
endocrien
paracrien
Neurale regulatie maagsapsecretie
ENS –> stimulatie
parasympaticus, n. vagus (Ach) –> stimulatie
Endocriene regulatie maagsapsecretie
gastrine –> stimulatie
Paracrien
Histamine –> stimulatie
Somatostatine –> remming
2 typen gastrine
G17 –> in de maag gemaakt , kleine halvewaardetijd
G34 –> in het duodenum gemaakt, halvewaardetijd 40 minuten
Maagsapsecretie cefale fase
via zintuigelijke stimuli
De Ach van N. vagus activeert de parietale cellen en G-cellen. De Ach en gastrine stimuleren de ECL-cellen. Deze produceren histamine, welke ook de pariëtaal cellen verder stimuleren.
Maagsapsecretie gastrische fase
via het vagovagale reflex wordt het ENS gestimuleert. Ook de aanwezigheid van nutriënten stimuleert de G-cellen. De Ach en gastrine stimuleren weer de ECL-cellen. Ook de aanwezigheid van aminozuren en peptiden stimuleren de G-cellen.
Maagsapsecretie intestinale fase
de aminozuren en peptide in de chymus in de darm stimuleren de G-cellen. De aminozuren en peptiden in het bloed stimuleren direct de pariëtale cellen.
Enterogastronen
stofjes ter voorkoming van maag- en duodenumzweren, stimuleren D-cellen
Feedback mechanisme te veel H+
Bij te veel H+ wordt de D-cel geactiveerd. Deze gaat stomatostatine produceren. Dit stofje remt de G-cel en ECL-cel, waardoor de gastrine en histamine dalen.
Receptor voor Ach
M3
Receptor voor gastrine
CCKb
Receptor voor histamine
H2
Receptor voor somatostatine
ST2
Receptoren op G-cel (2)
M3, ST2
Receptoren op ECL-cel (3)
M3, CCKb, ST2
Receptoren op D-cel (1)
CCKb
Receptoren op pariëtaal cel (4)
M3, CCkb, H2, ST2
S-cellen
secretine
afgifte door lage pH in duodenum
Secretine
Remt maagzuursecretie en maaglediging
stimulatie HCO3- secretie
K-cellen
GIP
afgifte bij koolhydraten en vetzuren in duodenum
GIP
remmen zuursecretie + lediging maag
I-cellen
CCK
afgifte bij vetten en eiwitten in duodenum
CCK
remmen zuursecretie en lediging maag
stimulatie acinaire cel pancreas en galblaas contractie