Digestie Flashcards
Route door het lichaam
Doorslikken, keel, slokdarm, maag, dunne darm (duodenum, jejunum, ileum), cecum, dikke darm, rectum
Embryologie mondholte
Oerdarm, stomodeum
Cavum Oris, bucaal/ labiaal
gehele mondholte, tussen tanden en wangen / tussen tanden en lippen
Epitheel mondholte
deels gekeratiniseerd, meerlagig, plaveiselepitheel
Innervatie van lippen
Nervus facialis (parasympatisch)
Mechanische papillae
Filiformis, Conicae, Marginales
Sensorische/ smaak papillae
Fungiformes, Vallatae, Foliate
EORTH /FORTH
odontoclasten breken deel van tanden af, cementoclasten gaan enorm veel cement afzetten
Homodont gebitselementen
gelijk van vorm
Heterodont gebitselementen
verschillend van vorm en functie
Snijtanden
Incisivi
Hoektanden
Canini
Ware kiezen
Molare
Ware kiezen
Molares
Valse kiezen
Premolares
Carnivoren vorm en functie gebit
prooi grijpen en vasthouden, vlees afscheuren
vorm = secodont (knipkiezen)
Omnivoren vorm en functie gebit
malen en scheuren
vorm is heterodont, bunodont (knobbelkiezen)
Herbivoren vorm en functie gebit
Snijden en heel veel malen
vorm = heterodont, selenodont (halvemaanvormig)
Herbivoren (paard) vorm en functie gebit
snijden en heel veel malen
vorm = heterodont, lophodont (grillige ribbels), soms hengstentand en/of wolfskies
Brachydont
Korte kroon, lange wortel
Hypsodont
Lange kroon, korte wortel
Anelodont
Gelimiteerde groei (paard/rund tot 8 jaar)
Elodont
blijvende groei, vooral bij knagers
Positie kaakgewricht carnivoren / herkauwers
Carnivoren: verlengde van kiezenrijen
Herkauwers: gewricht meer dorsaal (malen)
Kieuwboog 1 (bot, spieren, zenuw, kieuwzakje, kieuwgroeve)
Boven en onderkaak, jukboog, slaapbeen, gehoorbeentjes
Kauwspieren, tong
Nervus trigeminus
Middenoor, buis van Eustachius
Uitwendige gehoorgang
Kieuwboog 2 (bot, spieren, zenuw, kieuwzakje)
Gehoorbeentjes, tongbeen
Mimische musculatuur, tongwortel
Nervus facialis
Keelamandelen
Kieuwboog 3 (bot, spieren, zenuw, kieuwzakje)
Tongbeen
Tongwortel
Nervus glossopharyngeus
Bijschildklier, thymus
Kieuwboog 4 (bot, spieren, zenuw, kieuwzakje)
Larynx, epiglottis
Larynxmusculatuur, keelsnoerders, tongwortel
Nervus vagus (nervus laryngeus recurrens)
Bijschildklier
Ziektebeeld cornage
Stembandverlamming, bijna altijd linker stemband, door beschadiging aan linker nervus laryngeus recurrens. (kan erfelijk zijn)
Eindlocatie thymus
Varken & herkauwer: cervicaal en thoracaal
Paard: thoracaal, klein deel cervicaal
Carnivoren: thoracaal
Schildklier (ontstaan en positie)
ontstaat uit bodem van pharynx (foramen cecum), migreert naar het craniale eind van trachea, onder de larynx
Spieren vrijwillige slikbeweging
Mylohyoideus, Styloglossus, Hyoglossus
Begrenzing viscerale ruimte
Lateraal: m. sternocephalicus
Ventraal: m. sternohyoideus
Ventraal: m. sternothyroideus
Structuren in viscerale ruimte
Larynx (bespiering), epiglottis, trachea, slokdarm, truncus vagosympaticus, vena jugularis externa, arteria carotis communis, schilklier
Motiliteit
actieve beweging met als doel mengen en voortbewegen
Peristaltiek
contractiepatroon dat voorstuwing van de maagdarminhoud langs de GI tractus veroorzaakt