Hoorcollege 5: Relatieontwikkeling Flashcards
Uncertainty Reduction Theory (URT)
Mensen proberen altijd impressies van elkaar te vormen
→ dit zorgt voor begrip van de wereld.
→ Attribution theory: Ieder mens is wetenschapper en heeft ideeën over hoe anderen zijn
→ Door - Stereotypen:
- Heuristieken
- Thin slices: we vormen heel snel een impressie
- Brunswikian lens model: beschrijft hoe we op basis van achtergelaten
cues (bijv. hoe iemands bureau of kamer er uit ziet een indruk vormen)
- tactieken / theorieën om de wereld iets minder complex te maken
→ Ook door communicatie
URT assumpties
A. In initiële interacties… → ALTIJD onzekerheid over de ander
→ Mensen kunnen niet goed tegen onzekerheid.
→ Daarom willen we graag een indruk vormen van anderen.
→ Dat doen we met behulp van interpersoonlijke interactie.
→ Om zo onzekerheid te verminderen en voorspelbaarheid te vergroten
URT introductie
Ieder mens is gemotiveerd om te voorspellen en verklaren wat er in een eerste ontmoeting gebeurt
A. Voorspellen, prediction: eigen gedrag en dat van de ander
B. Verklaren, explenation: de betekenis van gedrag in een relatie
→ twee subprocessen van onzekerheidsverminderig.
URT fases
A. Entry phase: Eerste ontmoeting tussen onbekenden vaste normen voor
interactie vb. praten over luchtige dingen: weer, studie
B. Personal phase: begint na herhaalde interacties.
1. toename van emotionele betrokkenheid & spontaniteit
2. Aftasten van hoe de persoon is: attitudes, interesses
→ als gevolg van self-disclosure
C. Exit phase: beslissing om door te gaan of niet
URT axioma’s
(nog niet bewezen)
A. Axoma: waarheden gebaseerd op logica of theorie / beweringen die (nog) niet bewezen zijn.
1. Mogen niet: theorie inconsistent zijn, uit andere axioma’s zijn afgeleid.
2. Een verzameling axioma’s is een verzameling beweringen of veronderstellingen die de basis vormen van een theorie.
3. Elk axioma geeft een relatie weer tussen onzekerheid, centrale concept
URT strategieën
Doel: informatie winnen
A. Passief:
1. Reactivity searching: observatie
2. Disinhibition searching: observatie van natuurlijk gedrag
B. Actief: Anderen bevragen
C. Interctief: self-disclosure, vragen stellen
D. Extractive: iemand even googlelen :)
→ Oude theorie, wel goed toe te passen online.
Online stellen mensen meer vragen, intiemere relatie, moet omdat je anders
geen indruk kan vormen.
URT toevoegingen
A. Onzekerheid wordt groter als…
1. Je iets van de ander wil → POV: predicted outcome value
2. Je toekomstige interacties verwacht → anticipated future interaction
3. De ander non-normatief (= onvoorspelbaar) gedrag vertoont (cf. EVT)
gevolg?
B. Cultuur: Low- vs. high context-cultures / Uncertainty avoidance
C. Sociale Media: URT kan op CMC toegepast worden. Extractive strategy:
googlen
D. POV theory: Predicted Outcome Value theory
1. URT: gaat uit van de wil onzekerheid te verminderen en om relatie
aan te gaan→ MAAR Hangt af van interactiepartner+ eigen
verwachtingen
2. POV gaat uit van maximalisatie van own relational outcomes (wat je zelf uit de interactie haalt)
a) Belang van predicted outcomes bij eerste interacties
vb. een relatie met iemand willen belangrijker dan hoe iemand
zich zal gedragen
URT conclusie
A. In initiële interacties willen mensen onzekerheid reduceren…
→ Door middel van interpersoonlijke communicatie
→ Leidt tot interpersoonlijke aantrekking.
Gebruik van drie soorten strategieën: Actief, Passief, Interactief, (Extractive)
- URT ook toepasbaar op gevorderde relaties? (+ uncertainty acceptance) (=
nee! (kritiekpunt))
- Is onzekerheid altijd slecht? (= grootste kritiekpunt op deze theorie)
Social Penetration Theory (SPT)
- Beschrijft hoe twee mensen elkaar leren kennen… en een relatie met elkaar vormen.
- Relaties verlopen volgens een gradueel en voorspelbaar proces:
Van minder intiem (superficial) → naar intiem (social penetration)
Met self-disclosure als centraal mechanisme - Deze theorie stopt bij het punt van een stabiele relatie.
SPT self-disclosure
onthullen van info over jezelf, kern van relatieontwikkelng door:
1. Strategische onthullingen, gepland
2. Non-strategische onthullingen, ongepland
3. Reprociteit.
B. Self-disclosure, kwetsbaarheid en vertrouwen zijn sterk gerelateerd in
relatieontwikkeling
C. In twee dimensies:
1. Breedte: hoeveelheid
2. Diepte: intimiteit
→ Als relaties ontwikkelnde, wordt de breedte en diepte groter.
SPT persoonlijkheid
ui model als metafoor voor aspecten en
lagen van persoonlijkheid.
A. Buitenste: publieke laag
B. Centraal: centrale aspecten, te kennen door
self-disclosure.
SPT fases: Fase 1 Oriëntatie
Fase 1: Oriëntatie
- Initiële fase van de interactie
- Weinig intiem, van smal naar breed
- Disclosure van publieke zelf
- Vaste normen voor interactie
- Sociaal gewenst gedrag
- Communicatie is oppervlakkig, clichématig
SPT fases: Fase 2 Exploratory Affectie Exchange
Fase 2: Exploratory Affectie Exchange
- Ontdekkingsfase
- Intimiteit: steeds breder, en op sommige aspecten dieper
- Start van onthulling centrale laag, enkele aspecten persoonlijkheid
- Meer non-verbale communicatie, soms aanraking
- Communicatie is meer spontaan door gevoel van vertrouwen en veiligheid
- Gedeelde communicatiepatronen zijn vaak nog cultureel (“hallo allemaal,
wat fijn dat je er bent”)
- Gevaar voor te veel diepgang
- Voorbeelden: kennissen, collega’s, studiegenoten
SPT fases: Fase 3 Affective Exchange
Fase 3: Affective Exchange
- Vriendschaps- & relatiefase
- Intimiteit: brede en diepe onthulling
- Doordringen tot diepe lagen persoonlijkheid: ‘je echte zelf’
- Communicatie is spontaan door toegenomen vertrouwen en veiligheid
- Persoonlijk idioom (‘liefie’, ‘poekie’)
- Zowel positieve als negatieve communicatie (ruzies, onenigheid) mogelijk
- Nog niet zoveel aandacht voor relatiegeschiedenis en -toekomst
Goede vrienden, korte tot middellange relaties, familie
SPT fases: Fase 4 Stable Exchange
Fase 4: Stable Exchange
- Bereikt in langdurige relatie
- Intimiteit: brede en diepe onthulling
- Doordringen tot diepste lagen persoonlijkheid: ‘schaamte, wensen’
- Partners kunnen elkaars gedrag en wensen ook voorspellen
- Communicatie is open en spontaan
- Communicatie is synchronized: partners vullen elkaar aan
- Dyadic uniqueness: partners ontwikkelen onderscheidende patronen zoal
humor, sarcasme
- Weinig relaties bereiken dit stadium