Hoofdstuk 9 normen en conformiteit Flashcards
Descriptive sociale norms
Overeenstemming op mentale representaties van wat een groep mensen denken, voelen of doen.
Injunctive social norms
Overeenstemming op mentale representaties van wat een groep mensen zou moeten denken, voelen of doen.
Conformity
De convergentie (toenadering naar één punt) van de gedachten, gevoelens of gedrag van individuen in de richting van een sociale norm.
Private conformity
Persoonlijke acceptatie van sociale normen.
Public conformity
Openlijk gedrag consistent met sociale normen die niet privé worden geaccepteerd.
False consensus effect
De neiging om de overeenstemming van anderen met je eigen meningen, kenmerken & gedragingen te overschatten.
Informational influence
Het proces waarbij groepsnormen persoonlijk worden geaccepteerd om beheersing van de werkelijkheid (mastery) te bereiken of te behouden.
Normative influence
Het proces waarbij groepsnormen persoonlijk worden geaccepteerd om verbondenheid en een gewaardeerde sociale identiteit te bereiken of te behouden.
Reference group
De mensen die geaccepteerd worden als een geschikte bron van informatie voor een oordeel omdat ze de attributen delen die relevant zijn voor dat oordeel.
Group polarization
Het proces waarbij de initiële gemiddelde positie van een groep extremer wordt na groepsinteractie.
Pluralistic ignorance
Doet zich voor wanneer iedereen zich publiekelijk conformeert aan een schijnbare norm die niemand in feite persoonlijk accepteert.
Groupthink
Term, bedacht door Irving Janis; groepsbesluitvorming die wordt belemmerd door de drang om consensus te bereiken, ongeacht hoe de consensus wordt gevormd.