Hoofdstuk 2 onderzoeksvragen stellen en beantwoorden Flashcards
Scientific theory
Een verklaring die voldoet aan drie vereisten: het gaat om constructen; het
beschrijft causale relaties; en het is algemeen van opzet, hoewel het bereik
van algemeenheid verschilt voor verschillende theorieën.
Constructs
Abstracte en algemene concepten die in theorieën worden gebruikt en die
niet direct waarneembaar zijn.
Interventions
Praktische stappen om het gedrag van mensen te veranderen of sociale problemen op te lossen.
Construct validity
De mate waarin de onafhankelijke variabelen die in onderzoek worden gebruikt, overeenkomen met de theoretische constructies die worden onderzocht.
Independent variable
Een concrete manipulatie of meting van een construct waarvan wordt gedacht dat het andere constructen veroorzaakt.
Dependent variable
Een concrete meting van een construct waarvan wordt gedacht dat het een effect is van andere constructen.
Social desirability respons bias
De neiging van mensen om te handelen op een manier die anderen volgens hen zullen accepteren en goedkeuren.
Self-report measures
Metingen gebaseerd op het bevragen van gedachten, gevoelens of gedragingen van het individu.
Observational measures
Metingen gebaseerd op het direct bekijken en opnemen van het gedrag van mensen, inclusief online gedrag.
Archival measures
Metingen gebaseerd op het onderzoeken van sporen van gedrag uit het verleden.
Performance measures
Metingen die van deelnemers vragen om een taak zo goed mogelijk uit te voeren.
Physiological measures
Metingen op basis van een bepaald fysiologisch proces zoals hartslag of spierbewegingen.
EEG
Metingen die elektrische signalen op de hoofdhuid gebruiken om op een nauwkeurige manier te detecteren welke specifieke neurale gebeurtenissen er plaats vinden.
fMRI
Meet indirect de activerings-niveau van specifieke hersengebieden.
Internal validity
De mate waarin kan worden geconcludeerd dat veranderingen in de onafhankelijke variabele daadwerkelijk veranderingen in de afhankelijke variabele hebben veroorzaakt in een onderzoek.
Research design
Een plan dat aangeeft hoe deelnemers voor een onderzoek worden geselecteerd en behandeld.
Non-experimental research design
Een onderzoeksdesign waarin zowel de onafhankelijke als afhankelijke variabelen worden gemeten.
Experimental research design
Een onderzoeksdesign waarin onderzoekers willekeurig deelnemers toewijzen aan verschillende groepen en een of meer onafhankelijke variabelen manipuleren.
Random assignment
De procedure om deelnemers toe te wijzen aan verschillende experimentele groepen, zodat elke deelnemers exact evenveel kans heeft om in een bepaalde groep te komen.
Manipulate
Opzettelijk variëren van een factor als de onafhankelijke variabele in een experimenteel onderzoeksdesign.
Confederate
Een onderzoeksassistent die een specifieke rol speelt in het onderzoek, zoals zich voordoen als een gewone andere deelnemer.
External validity
De mate waarin onderzoeksresultaten kunnen worden gegeneraliseerd naar andere mensen, tijden en omgevingen.
Individualist cultures
De culturen waarin mensen zichzelf met name afgescheiden van andere mensen en zichzelf definiëren in termen van hun uniekheid.
Collectivist cultures
De culturen waarin mensen de neiging hebben zichzelf te beschouwen als verbonden met anderen en zichzelf te definiëren in termen van hun relaties met anderen.
Demand characteristics
Signalen in een onderzoeksomgeving die deelnemers ertoe brengen conclusies te trekken over wat onderzoekers verwachten of wensen en die daarom een vertekend beeld geven van hoe de deelnemers handelen.
field research
Onderzoek dat buiten het laboratorium plaatsvindt.
Replication
Het uitvoeren van nieuwe studies in een poging om bewijs te leveren voor dezelfde theoretische voorspelde relaties gevonden in eerder onderzoek.
Meta-analysis
Een systematische techniek om studies over een bepaald onderwerp te lokaliseren en hun resultaten samen te vatten.
Informed consent
Vrijwillig gegeven toestemming door een persoon die heeft besloten deel te nemen aan een onderzoek nadat hem was verteld wat zijn deelname zal inhouden.
Deception
De deelnemers niet op de hoogte brengen of hen actief misleiden over bepaalde aspecten van het onderzoek.
Debriefing
Het informeren van de deelnemers van een onderzoek - zo wel mogelijk na de voltooiing van hun deelname aan het onderzoek - over de doeleinden, procedures en wetenschappelijke waarde van het onderzoek, en bespreken van eventuele vragen die deelnemers hebben.