Hoofdstuk 8 Bivariate correlational research Flashcards
statistische significantie?
hoe waarschijnlijk is het om deze correlatie in onze steekproef te observeren als de correlatie in de populatie nul is. dit heet ook wel de nulhypothese.
p-waarde
de kans om de correlatie in de steekproef te observeren als de correlatie in de populatie nul is.
wanneer is de p-waarde laag genoeg om te zeggen dat de correlatie in de populatie nul is.
- de conventie in psychologie en veel andere velden is p < .05
- > als er minder dan 5% kans is om een correlatie te observeren dan verwerpen we de aanname dat de correlatiein de populatie 0 is.
- > we concluderen dat onze observatie statistisch significant is
construct validiteit?
Hoe goed is elke variabele gemeten? bevat het een of meer sleutelgedragingen die het construct meten.
statistische validiteit?
hoe goed ondersteunt de data de conclusie? zijn 5 vragen voor.
waar hangt statistische validiteit vanaf?
- effectgroote = hoe hoger de correlatie in de steekproef, hoe lager de p-waarde. grotere effect size staat accuratere voorspellingen toe en is meestal belangrijker.
- steekproefgrootte = hoe groter de steekproef, hoe lager de p-waarde
- uitschieters
- beperking van het bereik = niet volledige weergeven van scores
voorwaarden voor causaliteit?
associatie, temporal precedence, interne validiteit
associatie
voorwaarde causaliteit
er moet een verband/correlatie zijn tussen de oorzaak & het gevolg
temporal precedence
voorwaarden causaliteit
de oorzaak moet voor het gevolg plaats gevonden hebben
interne validiteit
voorwaarden causaliteit
plausibele alternatieve verklaringen voor het verband moeten uitgesloten worden
manier om causaliteit vast te stellen?
een echt gecontroleerd experiment doet waarin de onafhankelijke variabele gemanipuleerd wordt
T-toets
statistische methode om te zien of het verschil met het gemiddelde statistisch significant is.
directionaliteitsprobleem?
probleem dat men niet weet welke variabele eerst kwam
moderator?
wanneer de waarden van twee variabelen veranderen door de invloed van een andere variabele. bijvoorbeeld leeftijd, geslacht of locatie
derde variabele probleem
de mogelijkheid van een derde variabele die een onderzoek kan beïnvloeden.