hoofdstuk 7 (niet af LOL) Flashcards

1
Q

fototransductie

A

lichtprikkels omzet in neuronale signalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

waar gebeurt fototransductie

A

in de retina

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

twee types fotoreceptoren

A
  1. staafjes
  2. kegeltjes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

staafjes functie

A

De staafjes nemen lichtintensiteitsverschillen waar en spelen voornamelijk een rol bij lage lichtintensiteit (schemering) en om beweging in het visuele veld waar te nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

kegeltjes functie

A

De kegeltjes staan in voor het zien van kleuren bij hoge lichtintensiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

3 functionele dele retina

A
  1. het buitenste segment, gespecialiseerd in fototransductie,
  2. het binnenste segment dat het cellichaam bevat,
  3. het synaptische uiteinde, dat contact maakt met de targetcellen (de bipolaire cellen).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

3 soorten kegeltjes

A
  1. S-kegeltjes zijn gevoelig voor korte golflengtes (420 nm, blauw),
  2. M-kegeltjes voor middellange golflengtes (530 nm, groen),
  3. L-kegeltjes voor lange golflengtes (560 nm, rood).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly