Hoofdstuk 7: de psychologie van het zien Flashcards
(46 cards)
Fotoreceptoren
Gespecialiseerde cellen die reageren op licht
Hoornvlies
Transparant weefsel dat licht passief focust door zijn kromming
Iris
Ondoorzichtig, regelt de hoeveelheid licht die doorgelaten wordt, bevindt zich achter het hoornvlies
Pupil
Zwart centrum/gat in de iris. Door middel van spieren kan hij groter of kleiner worden om de hoeveelheid licht die de binnenkant van het oog binnenkomt te vergroten of te verkleinen
Lens
Past zich aan om het licht actief te richten
Netvlies
Membraan aan de achterkant van het oog, met daarin fotoreceptoren
Fovea
Focuspunt, de meest directe zichtlijn
Blinde vlek
Punt waar de oogzenuwen het oog verlaten, geen fotoreceptoren op deze plaats
Hoe kan je je focussen op een object?
Scherpstelling via de lens: als een voorwerp verder weg is, wordt de lens platter, als het voorwerp dicht bij het oog is, wordt de lens ronder
Waar zijn kegels in gespecialiseerd?
In detail en kleurenzicht
Waar zijn staafjes in gespecialiseerd?
Houden zich bezig met weinig licht en perifeer zicht
Kegels:
- Scherp gericht, hoge scherpte
- Kleurenzicht in fel licht
- elke kegel fotoreceptor is verbonden met slechts één bipolaire cel
- De kegels zijn dicht verspreid in de fovea
Staafjes
- Perifeer zicht, lage scherpte
- Meerdere staafjes zijn verbonden met 1 bipolaire cel
- Staafjes zijn veel gevoeliger voor licht dan kegeltjes, omdat zij kleine verschillen in licht moeten waarnemen
- Komen overal voor behalve in de fovea
Donkeradaptatie
De geleidelijke toename van de gevoeligheid bij het betreden van een donkere kamer. Gedurende deze tijd worden staafjes geregenereerd wat ong 25 minuten duurt
Lichtadaptatie
Kegeltjes worden gebruikt, staafjes worden inactief. Het duurt ongeveer 5 minuten (bijv bij het betreden van fel licht)
Transductie
- Het licht reist door het hoornvlies, de iris, de pupil, de lens en treft het netvlies
- De fotochemicaliën van staafjes en kegeltjes ondergaan structurele veranderingen wanneer ze door licht worden geraakt
- Bipolaire en ganglioncellen in het netvlies produceren een actiepotentiaal die door de oogzenuw loop
Waarom hebben we een blinde vlek?
We hebben neuronen die het oog op een of andere manier moeten verlaten en dat doen ze dan door samen te komen om de oogzenuw te vormen
Wat is het bereik van ons kleurensysteem (golflengte)?
400-700 nm
Trichromatische/jonge Helmholtz theorie
- Drie-primaire wet: deze natuurwet stelt dat elke kleur kan ontstaan door het proportioneel mengen van 3 verschillende golflengten van licht (rood, blauw, geel)
–> rood: lang, groen: gemiddeld, blauw: kort - Wet van complementariteit
–> deze wet stelt dat er paren van verschillende golflengten kunnen worden gevonden, die bij elkaar opgeteld wit licht kunnen vormen
Oppositieproces theorie
- 3 kleuren paren: rood-groen, blauw-geel, zwart-wit. Van deze kleurenparen kunnen we slechts 1 kleur tegelijk waarnemen.
- Na beelden - kijken naar groene kleur - zijn groene receptoren actief, treedt vermoeidheid op en bij kijken naar wit wordt groen geremd en wordt rood gezien
- De hersenen hebben een mechanisme dat kleur waarneemt op een continuüm van groen naar rood. Het verklaart kleurenwaarneming op neuraal niveau
Convergentie
Beide ogen op een object richten
Coördinatie
met beide ogen hetzelfde voorwerp volgen
Biologische paraatheid
Cellen verwachten input te ontvangen, waarbij synapsen worden gevormd en onderhouden wanneer een organisme soort specifieke ervaring heeft
Zintuigelijk informatie….
geeft aanwijzingen die worden geanalyseerd aan de hand van informatie/herinneringen die al in het geheugen zijn opgeslagen