Hoofdstuk 2 Flashcards

1
Q

Integratie

A

Groei door overname binnen bedrijfskolom. Er zijn 3 vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Verticaal achterwaartse integratie

A

De onderneming neemt een voorafgaande schakel in de bedrijfskolom over.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Verticaal achterwaartse integratie

A

De onderneming neemt en erop volgende schakel over.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Horizontale integratie

A

De onderneming neemt een branchegenoot over.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Differentiatie

A

Afstoten van een organisatie of een deel ervan. Tegenovergestelde van integratie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Voorwaartste afstoting

A

De onderneming stoot een erop volgende schakel af.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Achterwaartste afstoting

A

De onderneming stoot een voorafgaande schakel af.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Marktpenetratie

A

Op een bestaande markt met een bestaand product.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Productontwikkeling

A

Op een bestaande markt met een nieuw product.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Marktontwikkeling

A

Op een nieuwe markt met een bestaand product.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Diversificatie

A

Op een nieuwe markt met een nieuw product.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly