Hoofdstuk 12 Flashcards
1
Q
On the way
A
Onderweg
2
Q
Means of Transport
A
Vervoermiddelen
3
Q
The way/ a road
A
de weg
4
Q
Schedule
A
Dienstregeling
5
Q
Guidance Counselor
A
Studieadviseur
6
Q
Only
A
alleen
7
Q
Why
A
waarom
8
Q
Staff
A
hulp
9
Q
Appointment
A
afspraak
10
Q
Various
A
verschillende
11
Q
All
A
allemal
12
Q
Interesting
A
Interessant
13
Q
To choose
A
kiezen
14
Q
Must
A
moeten
15
Q
Maybe
A
Misschien
16
Q
our
A
onze
17
Q
everything
A
alles
18
Q
Thanks for your quick response
A
Dank voor uw snelle reactie
19
Q
I can on thursday afternoon
A
Op donderdagmiddag kan ik
20
Q
Exactly
A
precies
21
Q
Kind regards
A
met vriendlijke groet
22
Q
Start emails with this
A
Beste
23
Q
Next
A
Volgende
24
Q
Until next week!
A
Tot volgende week
25
Below
Hieronder
26
Are you coming by car
kom je met de auto?
27
from/starting at
vanaf
28
Freeway
snelweg
29
The driection
de richting
30
City center
centrum
31
To follow
volgen
32
Road sign/ plate
een bord
33
From the north
vanuit het noorden
34
left
links
35
Right
rechts
36
Straight
Rechtdoor
37
Bus stop
bushalte
38
Public transport
openbaar vervoer/ O.V.
39
By Foot
te voet
40
About
ongeveer
41
in the direction of
richting
42
To get off ( a bus or train)
uitstappen
43
the same
dezelfde
44
When
Waneer
45
The plain
de vliegtuig
46
The Boat
de boot
47
The trainstation
het treinstation
48
The rails
het spoor
49
The parking spot/parking lot
de parkeerplaats
50
Bike parking
fiestenstalling
51
The airport
de vliegveld
52
To take ( like take the bus)
nemen
53
To grab(the train, the bus)
Pakken
54
Far
ver
55
Close by
dichtbij
56
A day out in the city
een dagje naar een stad
57
Lost
Verdwaald
58
How
Hoe
59
Fourth floor
vierde verdieping
60
Ground Floor
begane grond
61
The elevator
the lift
62
The stairs
de trap
63
Rail
het spoor
64
Parking lot
De parkeerplaats
65
bicycle parking/shed
de fietsenstalling
66
bus stop
de halte
67
Often
Vaak
68
generally, usually
Meestal
69
The stairs
de trap
70
the ground floor
de begane grond
71
Elevator
de lift
72
The first floor
de eerste verdieping
