Chapter 7 Vocab Flashcards
The Butter
de boter
The cornlakes
de cornflakes
The Croissant
de croissant
The egg
het ei
The fruit
het fruit
The Chocolate Sprinkles
de hagelslag
The Honey
De honing
The Jam
de jam
The Cheese
de kaas
The cup of coffee
het kopje koffie
The milk
de melk
The pepper
de peper
The Orange Juice
het sinaasappelsap
The Sugar
de suiker
The Tea
de thee
The Meats
de vleeswaren
The Salt
het zout
Sweet
zoet
Bitter
bitter
Sour
Zuur
Salty
zout
Hey, too bad
He, jammer
Typical
typisch
homeland
vaderland
I find the buffet fantastic
Ik vind een buffet fantastisch!
How nice
wat lekker
And also the croissants are delicious
En ook nog croissantjes, heerlijk
I like that to
Die vind ik ook lekker
I do not like salt
Ik houd niet van zout
Hey thats gross
He bah, dat is vies
I dont like milk
ik lust geen melk
I think milk is gross
Ik vind melk vies
This egg is delicious
Dit eitje is heerlijk
Together
Samen
To call
bellen
Away
weg
talk together
praat samen
What time of the day do you want to eat?
op welk moment van de dag eet je dit?
and what is typical food in your home country
En wat is typisch eten in jouw vaderland?
at the breakfast table
aan de ontbijtafel
What typical Dutch food do you know?
welke typisch Nederlands eten ken je?
Orange Juice
het sinnasappelsap/ de versus jus/ jus de orange
hey, too bad
he, jammer
Awesome
Geweldig