Hoofdstuk 1 Flashcards
1
Q
Gedrag
A
Aangeleerd en aangeboren, op momenten observeerbare acties.
2
Q
Ruggenmerg
A
Zorgt voor de connecties tussen lichaam en brein, bevat zenuwvezels.
3
Q
Perifere zenuwstelsel (PZS)
A
Neuronen en zenuwprocessen die buiten het CZS plaatsvinden.
4
Q
Cerebrum
A
Forebrain, bewust gedrag, bestaat uit een linker en rechter hemisfeer.
5
Q
Hersenstam
A
onbewust gedrag
6
Q
Cerebellum
A
leren en coördinatie van beweging, kleine hersenen
7
Q
Neotenie
A
De jeugdige kenmerken van voorouders worden volwassen kenmerken bij nakomelingen.
8
Q
EQ (encefalisatiequotiënt)
A
Feitelijk hersengewicht/ verwacht hersengewicht (gebaseerd op lichaamsgewicht)