Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Sociale Psychologie > Hfdst 4 > Flashcards

Hfdst 4 Flashcards

1
Q

Lake Wobegon effect

A

De neiging om jezelf bovengemiddeld in te schalen op positieve eigenschappen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Know thyself in twee componenten

A
  1. Self-concept: Wat weten we over onszelf

2. Self-esteem: Hoe voelen we ons over onszelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Emotioneel coping

A

Verdediging tegen gevaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Probleem gefocused

A

aanval tegen gevaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Self-perceptie theorie

A

De theorie dat we inferenties uit onze persoonlijke karakteristieken maken, op basis van ons openlijke gedrag, wanneer interne cues zwak of dubbelzinnig zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Intrensieke motivatie

A

De motivatie die vanuit de persoon zelf komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Geen woorden maar daden,

A

Gedachten en gevoelens zeggen meer over wie wij zijn dan ons gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Social comparison theorie

A

De theorie dat mensen leren en evalueren van hun persoonlijke beschikkingen door zichzelf met andere te vergelijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Lepper, Green & Nisbett

A

Het experiment met de kinderen en de stiften

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

D. Smith 2007

A

Het inbeelden van gedrag kan leiden tot goed functioneren in de praktijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Charles H. Cooley 1902

A

Looking-glass self, de reactie van iemand anders heeft het meeste effect op iemand die nog in ontwikkeling is of vrij onzeker is. Bij de meeste volwassenen is het zelfbeeld meer afhankelijk van vergelijkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Contrast theorie, Leon Festinger 1954

A

Wanneer we onszelf vergelijken met iemand die extreem goed of slecht is, zien wij ons op de tegenovergestelde manier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Assimilatie effect

A

Wanneer er een vergelijking wordt gedaan met gemiddelde resultaten, dat ons eigen oordeel ook snel vergelijkbaar wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Observer effect - E.E. Jones & Richard Nisbett - Actor

A

Het idee dat mensen de neiging hebben om hun eigen keuzes en acties aan situationele factoren toe te schrijven en keuzes en acties van andere aan hun interne karakteristieken toe te schrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Het zelfvertrouwen vat samen

A

hoe we onze zelfkennis gebruiken om te navigeren in de sociale wereld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Zelf aspecten

A

Samenvattingen van een individu over het zelf in specifieke domeinen, rollen of activiteiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q
  1. Mensen zijn opzoek naar en gevoel van uniformiteit en consistentie over zichzelf. Deze coherentie wordt behaald door:
A

• Mensen kunnen een uniform en duurzaam gevoel van zichzelf ontwikkelen door het opmerken
van een aantal kern eigenschappen waarvan ze overtuigd zijn dat die hen uniek maken te midden
van andere mensen en consequent is in verschillende situaties. Deze persoonlijke
karakteristieken vormen het zelfschema. Mensen hebben de neiging om bewijs te zien voor deze
kern eigenschappen zelfs in de meest mondaine gedragingen, daarbij versterkt het hun gevoel
van een stabiel en uniek zelf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q
  1. Mensen zijn opzoek naar en gevoel van uniformiteit en consistentie over zichzelf. Deze coherentie wordt behaald door:
A

• Zelfcoherentie kan worden bereikt door op een bepaald moment alleen een subset van onze zelf
kennis en zelf-aspecten beschikbaar te maken. Verschillende aspecten zijn toegankelijk in
verschillende situaties, zodat je je zelden bewust zult zijn van mogelijke inconsistenties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q
  1. Mensen zijn opzoek naar en gevoel van uniformiteit en consistentie over zichzelf. Deze coherentie wordt behaald door:
A

• Zelfcoherentie kan worden gecreëerd en behouden door selectief geheugen. Als mensen
nadenken over hun verleden, reconstrueren ze een autobiografie of levens verhaal dat
verschillende zelfaspecten en karakteristieken integreert. Bijvoorbeeld iemand was vroeger
verlegen maar is nu extrovert, deze persoon gelooft waarschijnlijk dat hij of zij altijd al extrovert is
geweest. Deze strategie geeft de persoon een gevoel van eigenwaarde doordat het coherent
voelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Zelf-schema

A

Kerneigenschappen waarvan een persoon denkt dat deze hem of haar karakteristieken in verschillende situaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Individualistische culturen

A 
Definitie van the self -  Uniek individu, gescheiden van
de sociale context
De structuur van the self - Unitair en stabiel, constant in
situaties en relaties
Belangrijke kenmerken - Intern, de persoonlijke zelf
(capaciteiten, gedachten,
gevoelens, eigenschappen)
Belangrijke taken - Uniek zijn
Jezelf uitdrukken
Je eigen doelen promoten
Direct zijn (zeggen waar je aan
denkt)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Collectivisitische culturen

A

Definitie van the self - Verbonden met anderen in een netwerk van sociale rollen en relaties
De structuur van the self - Vloeiend en variabel, veranderend van de ene situatie of relatie naar de andere
Belangrijke kenmerken - Extern, publieke self (statussen, rollen en relaties)
Belangrijke taken - Behoren tot..
Erbij horen
Correct handelen
Groepsdoelen bevorderen
Indirect zijn (gedachten van andere lezen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Self-enhancing bias

A

Zelfverbeterings bias - Elke neiging om informatie over het zelf te verzamlen of te interpreteren op een manier die leidt tot overdreven positieve evaluaties. Deze bevindingen reflecteren dat wij ernaar verlangen om onszelf in een positief licht te zien

24
Q

Self-complexity

A

Deomvang waarin iemaand meerdere diverse selfaspecten bezit

25
Q

Self-evaualtion theorie - Abraham Tesser 1988

A

Een theorie die de uitkomende condities laat zien waarin mensen hun zelfvertrouwen in stand houden of willen laten lijden gebaseerd op sociale vergelijkingen tot dichtbij staande of veraf staande anderen

26
Q

Self-evaluation maintance

A

Een theorie die de voorwaarden schetst waaronder het zelfwaardering van mensen zal worden
verhoogt of verlaagt op basis van sociale vergelijkingen met nabije of verre anderen

27
Q

De twee hoofdredenen van zelfverbetering

A

• Sommige acties die zichzelf verbeteren lijken gericht op daadwerkelijke zelfverbetering, een
weerspiegeling van het succesvolle gebruik van het zelf om ons gedrag adaptief te sturen.
• En een hoge zelfwaardering kan een belangrijke hulpbron zijn die ons beschermt tegen stress en
bedreigingen voor het zelf.

28
Q

Zelf-regulatie

A

Inspanningen om eigen gedrag te controleren die op één lijn staan met de interne of externe standaarden

29
Q

Zelfwaardering en zelfverbetering in culturele context

A

Zelfkritiek is een natuurlijke manier om de waarde van het zelf te verhogen in
collectivistische culturen, zoals zelfverbetering dat is in individualistische culturen
Beide zijn waarde verhogend

30
Q

Zelfkennis dient

A

als een kader voor het waarnemen van andere mensen en het verwerken van sociale informatie in het algemeen

31
Q

Het zelfconcept vertelt

A

ons welke type sociale informatie belangrijk is voor ons,het dient als een organisatorisch raamwerk voor het waarnemen en herinneren van informatie over mensen in het algemeen

32
Q

Componenten van emotie –>

A

gebeutenis –> beoordeling –> 1. gedragdsconsequenties

  1. Subjectief gevoel
  2. Lichamelijke reactie
33
Q

David Havas etc 2010

A

Onderzoek botox, voorlezen verhalen en erkennen emoties

34
Q

Self-expression

A

Het motief voor het kiezen van gedrag welke bedoeld is om het zelf-concept te reflecteren en uit te dragen

35
Q

Self-presentation

A

Het motief voor de keuze van gedrag om een gewenste indruk van het ‘zelf’ te creëren bij anderen. Bekende valkuilen zijn arrogant of overdreven gevonden worden

36
Q

Hoge zelfmonitoring

A

Gedrag aanpassen aan situaties en het gedrag aanpassen aan het publiek

37
Q

Lage zelfmonitoring

A

Gedrag laten zien welke het eigen zelfbeeld reflecteert

38
Q

E.E. Jones, Brenner & Knight 1990

A

Gesimuleerd gesprek, waarbij het gevoel hoge zelfmonitoring bijdroeg aan een hogere waarde van situatie gericht handelen dan aan trouw blijven aan henzelf

39
Q

Tory Higgens 1987 - The ideal en ought self

A

De persoon die wel graag zouden willen zijn, de persoon die we zouden moeten zijn

40
Q

Regulatoire focus theorie

A

De theorie waarin mensen promotie of preventie focus hebben afhankelijk daarvan wordt de ideal-ought-self overweging gemaakt

41
Q

Self-affirmation - Zelfbevestiging

A

Het verhogen of high-lighten van een persoonlijk gevoel of persoonlijke integriteit

42
Q

Yaacov Trope & Ayelet Fischbach 2000

A

• We kunnen onszelf straf geven of beloningen om ons aan onze doelen te houden.
• We kunnen ook proberen om te denken aan de gedragingen die bijdragen aan onze lange termijn
doelen op bijzonder positieve manieren, door ze te linken aan onze centrale waarden (zoals
fit/gezond zijn)
Deze tweede strategie heeft tot gevolg dat die acties (op dieet zijn of studeren) worden omgezet in
dingen waarvan we denken dat we ze zouden moeten doen in dingen die we willen doen.
• We kunnen ook proberen om verleidingen in meer abstracte manieren te zien, welke de
onverenigbaarheid met onze centrale waarden benadrukt.

43
Q

Schmeichel & Vohs 2009

A

Experiment zelfcontrole studenten, waarbij aangetoond werd dat de groep studenten die in de eerdere proef al zelfbeheersing moesten toepassen een lagere tolerantie had van zelfcontrole voor de tweede proef

44
Q

Gevolg zelfbewustzijntheorie

A

Het focussen van de aandacht op het zelf, maakt dat de afstand tussen ons huidige zelf en ons ideale zelf groot kan zijn en dat is de reden dat zelfbewustzijn vaak onplezierig is

45
Q

Self-Awareness - zelfbewustzijn

A

Wanneer onze actuele zelf niet matcht met onze ideal of ought, leidt dit tot motivatie van persoonlijke doelen. Deze vallen alleen niet altijd positief uit

46
Q

Bedreigingen voor het welzijn van het zelf

A

De meest schadelijke bedreigingen zijn die, die we als oncontroleerbaar beoordelen

47
Q

Aangeleerde hulpeloosheid

A

Terugkomende negatieve ervaringen, door het gevoel van gebrek van controle

48
Q

Aanklampen van het zelfconcept in 3 uitgangspunten

A
  • Effecten op gedachten
  • Effecten op emoties
  • Effecten op acties
49
Q

Terror management theorie

A

De theorie die laat weten dat individuen altijd bewust zijn van hun eigen mortaliteit en daar ook naar handelen. Positief of negatief

50
Q

Tend and befriend

A

Een manier om met emotioneel stress om te gaan is door iemands zelf, verwanten en andere mensen
te koesteren en door het creëren en behouden van een sociaal netwerk door verbondenheid met
anderen. Vrouwen maken hier meer gebruik van dan anderen

51
Q

Problem-focused coping

A

direct omgaan met bedreigingen of stressoren, vaak door de situatie opnieuw te beoordelen of door
de dreiging direct te verwijderen

52
Q

Zelfhandicapping

A

Opzoek gaan naar een excuus voor een slechte performance, of door je eigen voorkomen te saboteren

53
Q

Zij die meer innerlijke doelen nastreven

A

hebben een over het algemeen groter gevoel van tevredenheid

54
Q

Uitpraten is meer emotionele coping

A

Excuses maken is meer probleem gerichte coping

55
Q

Contrafactueel denken

A

gedachten
over hoe een uitkomst anders zou zijn uitgepakt. Hoewel focussen op deze ‘wat als’ gedachten ons
over het algemeen alleen maar “slecht” laat voelen, kan het ook functioneel zijn. Door te bedenken
hoe het beter had gekund, kunnen we in de toekomst deze tactiek toepassen of de situatie vermijden.
Hierdoor verbetert ons gevoel over de uitkomst en is de kans groot dat de uitkomst in toekomstige
situaties beter zal zijn

56
Q

Zelfwaardering kan ook dienen als bron voor coping

A

minder emotioneel, minder fysieke reacties. Geen gevoel van sociale uitsluiting

57
Q

Mensen met weinig zelfwaardering

A

Lijken te berusten in permanente overstromingscondities

Sociale Psychologie (11 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions