HC3 Normale ontwikkeling van rekenen (deel 1) Flashcards

1
Q

Wat is rekenen?

A

Actief handelen: zowel manipulerend als mentaal
Informatieverwerking: inkomende prikkels analyseren, vergelijken met geheugen, verwerken,…
Probleemoplossend proces: rekenopdracht = probleemstelling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Fasen in de rekenontwikkeling

A
  1. Voorbereidend rekenen - ontluikende gecijferdheid
  2. Aanvankelijk rekenen - beginnende gecijferdheid
  3. Voortgezet rekenen - gevorderde gecijferdheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Voorbereidend rekenen (fases)

A

Fase 1

  • 0-3 jaar (peuter)
  • Voorbereidend rekenen in ruime zin

Fase 2

  • 3-6 jaar (kleuter)
  • Voorbereidend rekenen in enge zin
  • Eindfase = getalbegrip
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Belang voorbereidend rekenen

A
  • Alle vaardigheden ontwikkelen gelijktijdig
  • Zwakke ontluikende gecijferdheid en beperkte voorbereidende rekenvaardigheden –> risico dyscalculie
  • Uitval op meerdere aspecten –> Verhoogd risico
  • PREVENTIE!
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Getalbegrip

A

Besef dat een getal meerdere betekenissen en functies kan hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Aspecten getalbegrip

A

Kardinaal aspect (aanduiding aantal): hoeveelheid
Ordinaal aspect (telgetal): volgorde
Meetaspect (meetgetal): meten
Rekenaspect (rekengetal): bewerken
Coderingsaspect (getal als naam of label): benoemen
Relationeel aspect (verband tussen verschillende getallen): vergelijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ontluikende gecijferdheid 1ste fase: peuter Vaardigheden

A

Getaldiscriminatie
Subiteren
Geheugen gerelateerd
Taal gerelateerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Ontluikende gecijferdheid 2de fase: kleuter Vaardigheden

A
Conservatie
Correspondentie
Classificatie
Seriatie
Bijkomende voorbereidende kernvaardigheden: postpiagetiaans
Rekentaal: ervaring --> woorden
Maatbegrip
Tellen
Getalbegrip
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Getaldiscriminatie

A
  • Hoeveelheid van objecten inschatten en vergelijken
  • Concept ‘groter dan’ en ‘kleiner dan’ is beheerst zonder taal
  • SFON: Spontaneous focusing on numbers
  • Subiteren: snel beoordelen getallen tot 4
  • Vergelijken van hoeveelheden
  • Bewerkingen en relaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Vergelijken van hoeveelheden: 2 cognitieve systemen

A

Object file: kleine hoeveelheden (<4): exacte representatie
- vergelijken van kleine hoeveelheden

ANS Approximate number system: schattend systeem voor grotere hoeveelheden (>3)

  • Telwoorden leren doet hier beroep op
  • Ratio afhankelijk: hoe groter hoe eenvoudiger
  • Schattend vergelijken bij grote hoeveelheden (groep 10-15 bolletjes vergelijken)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Subiteren

A

Mogelijkheid om in een oogwenk het aantal van een kleine hoeveelheid voorwerpen te herkennen en correct te benoemen, zonder te tellen

Moeilijker vanaf 4

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Geheugen gerelateerd

A

Korte termijn geheugen STM = werkgeheugen

  • denken, redeneren
  • tijdelijk
  • 5-7 elementen

Langetermijngeheugen LTM = onbepert –> rekenfeiten
Bij sommige kinderen problemen in KTG of LTG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Taal gerelateerd

A

Om te tellen en rekenen gebruiken we woorden, andere taken zijn niet-taalgebonden maar visuo-spatieel
Ruimtelijke oriëntatietaken zijn niet taalgebonden –> Kan je ook oplossen met een taalprobleem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Stadia van ontwikkeling binnen 2de fase: kleuter

A

Anarithmische fase (2j): het kind gebruikt enkele telwoorden zonder betekenis
Eerste rekenrijpheid (3j)
Pre-aritmische fase (4j)
Tweede rekenrijpheid (5j)
Arithmische fase of Derde rekenrijpheid (8j)

Fasen worden ingedeeld op basis van de vaardigheid in tellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Piaget (1950): Cognitieve ontwikkelingspsychologie

4 voorbereidende rekenvaardigheden

A

Psychologische voorbereidende rekenvaardigheden

  • Conservatie
  • Correspondentie

Voorbereidende kernvaardigheden

  • Classificatie (figuratief / non-figuratief / inclusie)
  • Seriatie (paarsgewijs / zoekend / transitief)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Conservatie

A

Logisch doorzien van misleiding in de waarneming onafhankelijk van de verschijningsvorm
–> Het blijft zo, het blijft gelijk

Bv. in welk glas zit het meeste water?
–> Kind neemt hoge dunne glas omdat dit groter is

17
Q

Correspondentie

A

1 op 1 relatie, koppeling paarsgewijs onafhankelijkheid van verschijningsvorm

  • hoeveelheidsvergelijkingen
  • gebeurt al voor het tellen dus staat er los van
  • beheerst op 5 jaar voor hoeveelheden
  • elk getallabel komt overeen met één element in de telrij
  • is dus niet hetzelfde als tellen, tellen bouwt hier hier op voort
18
Q

Classificatie

A

Verzamelingen maken door te groeperen op basis van 1 of meer eigenschappen

  • beheerst op 6 jaar voor hoeveelheden
  • kardinale getallen liggen in het verlengde van classificatie, benoemen
  • figuratieve, non-figuratieve en inclusie van klassen
19
Q

Soorten verzamelingen classificatie

A

Figuratieve: elementen groeperen om uiteindelijk 1 figuur samen te stellen (bv. lege)
–> Groeperen op basis van figuur

Non-figuratieve (horizontaal) Groeperen op basis van overeenkomstige eigenschappen
–> Groeperen op basis van 1 kenmerk

Inclusie van klassen: (verticaal) Een hoofdklasse kan verder onderverdeeld worden of weer samengesteld worden + Inzicht in splitsingen
–> Groeperen op basis van 2 of meer kenmerken

20
Q

Seriatie

A

= Rangschikken van elementen op basis van 1 of meerdere kenmerken
Fasen:
- Paarsgewijs denken: 2 elementen
- Empirisch zoeken: via gissen en missen, meer dan 2 elementen
- Transitief denken: een reeks ordenen

Noodzakelijk om te komen tot ordinaal getalbegrip
Beheerst op 5 jaar
Alles op volgorde zetten op basis van kenmerken

21
Q

Bijkomende voorbereidende kernvaardigheden: postpiagetaans

A

Translatie: hoeveelheid / getalwoord / arabisch getal

  • Inzicht in hoeveelheid
  • Transcodering
22
Q

Maatbegrip (relativiteit)

A

= Hoeveelheid is afhankelijk van de maat

Getal is relatief
Kardinaal aspect - ordinaal aspect - meetaspect - rekenaspect - coderingsaspect - relationele aspect

23
Q

Tellen

A

Procedurele fasen
Procedurele kennis
Conceptuele principes

24
Q

Procedurele fasen Tellen

A

Eerste rekenrijpheid: 3 jaar: Akoestisch tellen zonder juiste startpunt en volgorde: getalrij memoriseren en reproduceren ‘als 1 geheel’

Pre-arithmatische fase:

  • 4 jaar: Asynchroon tellen: dubbeltellen en overslaan
  • 4,5 jaar: Synchroon tellen: ordenend of structurerend via de 1 -1 relatie

Tweede rekenrijpheid: 5 jaar:
- Resultatief tellen: Adequaat tellen tot je de hoeveelheid kent

Derde rekenrijpheid: Arithmische fase: +8j:
- Verkort tellen: per 2, 3, … tellen

25
Q

Procedurele kennis

A

Akoestisch tellen:
- De Ketting: getalwoorden als niet te onderscheiden woorden

Asychroon en Synchroon en resultatief tellen:

  • Niet-opdeelbare lijst: getalwoorden als onderscheiden woorden; enkel starten van 1
  • Deelbare ketting: getalrij opzeggen met opgegeven benedengrens
  • Telketting: getalrij opzeggen met opgegeven beneden- en bovengrens

Verkort tellen:
- Tweerichtingketting: ook terugtellen, ook per twee tellen

26
Q

Conceptuele principes

BELANGRIJKE

A

1-1 correpondentie principe
- elk voorwerp 1 keer tellen

Stabiele volgorde van woorden gebruiken

Volgorde van tellen is irrelevant
- maakt niet uit waar je begint te tellen om eindhoeveelheid te bepalen

Abstractie van het getelde
- ook heterogene groepen tellen (bepaalde eigenschappen negeren)

Kardinaliteit: resultatief
- het laatste telwoord geeft de eindhoeveelheid

27
Q

Getalbegrip

A
Tellen
1-1 relatie
volgorde tellen is niet van belang
getal opgevat als resultaat
elk getal functie van hoofdgetal
elk getal geeft orde aan