HC3 Cluster C persoonlijkheidsstoornissen en assessment Flashcards
Cluster C persoonlijkheidsstoornissen
- vermijdende persoonlijkheidsstoornis
- afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
- obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
Vermijdende persoonlijkheidsstoornis
Wordt voornamelijk gekenmerkt door sociale inhibitie, gevoelens van ontoereikendheid, overgevoeligheid voor negatieve evaluatie en afkeuring van anderen
Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
Wordt voornamelijk gekenmerkt door onderdanig en aanhankelijk gedrag, overmatige behoefte om verzorgd te worden door anderen die dicht bij hen staan
Obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
Wordt voornamelijk gekenmerkt door preoccupatie met ordelijheid, controle en perfectionisme
Kernkarakteristieken cluster C
Overmatig bezorgd en angstig zijn over hoe ze bestaan en overleven in de wereld en wat d ewereld over hen denkt
Prevalentie cluster C stoornissen
Vermijdend: 1.5%
Afhankelijk 0.8% (vaker bij vrouwen)
OCD: 3.2% (vaker bij mannen)
Gemeenschappelijke factoren cluster C
- afhankelijke PS vertoont overlap met paniekstoornis/agorafobie
- vermijdende PS vertoont overlap met sociale fobie
- angsstoornissen delen significante genetische variantie met het persoonlijkheidskenmerk neuroticisme wat sterk gerelateerd is aan cluster C persoonlijksheidsstoornissen
DSM-5 voor vermijdende persoonlijkheidsstoornis
Een pervasief patroon van sociale inhibitie, gevoelens van ontoereikendheid en overgevoeligheid voor negatieve evaluaties beginnend op de vroege volwassenheid en aanwezig in verschillende contexten, zoals aangegeven door 4 (of meer) van de volgende criteria: zie volgende slide
4+ criteria vermijdende persoonlijkheidsstoornis
- Vermijdt beroepsactiviteiten die significant interpersoonlijk contact met zich meebrengen, uit angst voor kritiek, afkeuring of afwijzing
- Is niet bereid om met mensen om te gaan tenzij hij/zij zeker weet dat hij/zij aardig gevonden wordt
- Is terughoudend in intieme relaties uit angst om beschaamd of belachelijk gemaakt te worden
- Houdt zich bezig met kritiek of afwijzing in sociale situaties
- Is geremd/inhiberend in nieuwe interpersoonlijke situaties vanwege gevoelens van ontoereikendheid
- Ziet zichzelf als sociaal onbekwaam, persoonlijk onaantrekkelijk, of inferieur aan anderen
- Is ongeweoon terughoudend om persoonlijke risico’s te nemen of nieuwe activiteit te ondernemen, omdat ze gênant kunnen zijn
DSM-5 voor afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
Een pervasieve en buitensporige behoefte om verzorgd te worden die leidt tot
onderdanig en klevend gedrag en angsten van scheiding, beginnend in de vroege
volwassenheid en aanwezig in verschillende contexten, zoals aangegeven door vijf
(of meer) van de volgende criteria: zie volgende slide
5+ criteria afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
- Heeft moeite met dagelijkse beslissingen te nemen zonder een buitensporige hoeveelheid van advies en geruststelling van anderen
- Heeft anderen nodig om verantwoordelijkheid te nemen voor de meest belangrijke aspecten van zijn/haar leven
- heeft moeite het oneens te zijn met anderen uit angst voor verlies van steun of goedkeuring. Let op: realistische angsten voor vergelding vallen hier niet onder
- Heeft moeite om projecten op te zetten of dingen zelf te doen (eerder door een gebrek aan zelfvertrouwen in oordeel of vaardigheden dan door een gebrek aan motivatie of energie)
- Doet buitensporig veel moeite om zorg en steun van anderen te krijgen, tot op het punt van vrijwillig dingen te doen die onaangenaam zijn
- Voelt zich ongemakkelijk of hulpeloos als hij/zij alleen is vanwege overdreven angsten om niet in staat te zijn voor zichzelf te kunnen zorgen
- Zoekt dringend een andere relatie als bron van zorg en steun wanneer een hechte relatie eindigt
- Is onrealistisch bezig met angsten om voor zichzelf te moeten zorgen
DSM-5 voor obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
Een pervasief patroon van preoccupatie met ordelijkheid, perfectionisme, en mentale en interpersoonlijke controle, ten koste van flecibiliteit, openheid en eficiëntie, beginnend in de vroege volwassenheid en aanwezigheid is verschillende contexten, zoals aangegeven door vier (of meer) van de volgende criteria
4+ criteria obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
- is zodanig gepreoccupeerd met details, regels, lijsten, orde, organisatie of schema’s dat het belangrijkste deel van de activiteit verloren gaat
- Vertoont perfectionisme dat de voltooiing van taken in de weg staat (bijv. is niet in staat een project te voltooien, omdat niet aan zijn/haar eigen te strenge normen wordt voldaan)
- is overmatig toegewijd aan werk en productiviteit met uitsluiting van vrijetijdsbesteding en vriendschappen (niet te verklaren door een duidelijke economische noodzaak)
- overgevoelig, nauwgezet en onflexibel is in zaken van moraal, ethiek of waarden (niet verklaard door culturele of religieuze identificatie)
- is niet in staat om versleten of waardeloze zelfs wanneer ze geen sentimentele waarde meer hebben
- aarzelt om taken te delegeren of met anderen samen te werken tenzij zij zich precies aan zijn/haar manier van doen onderwerpen
- hanteert een gierige bestedingsstijl tegenover zichzelf en anderen; geld wordt gezien als iets dat moet worden bewaard voor toekomstige rampen
- toont starheid en koppigheid
Etiologie: gen-omgevingsinteractiemodel
Hedendags, geïntegreerd biopsychosocial model
- kern psychologische/cognitief component
- genetische aanleg
Kern psychologische/cognitief component
- cluster C
Zelfconcept hebben van:
- afhankelijke PS: ineffectief en zwak zijn en anderen nodig hebben om gelukkig te zijn
- vermijdende PS: minderwaardig zijn en anderen vermijden die kritisch zijn
- Obsessieve-compulsieve PS: verantwoordelijk, aansprakelijk, kieskeurig zijn
Genetische aanleg
- cluster C
Voor angst- en schadevermijding, en afhankelijkheidsgerelateerde factoren + vroeg (traumatisch) leren (verwaarlozing, negatieve opvoeding en hechtingservaringen en (geslachtsgebonden) socialisatie. Socialisatie bevordert passiviteit, inschikkelijkhied en aanpassing bij meisjes meer dan bij jongens
Cognitieve model
- cluster C
Persoonlijkheidsstoornissen worden geconceptualiseerd als openlijke uitdrukkingen van onderliggende disfunctionele overtuigingen en schema’s, die dergelijke individuen kwetsbaar maken voor negatieve levenservaringen. iemands interpretatie van de gebeurtenis veroorzaak emotionele distress en leidt tot difunctie bij personen met PS niet de gebeurtenis zelf
- schema’s
Schema’s
Representaties van de betekenis van het gedrag en de bedoelingen van anderen, de wereld en het zelf
- verstoringen in aandacht
- verstoringen in interpretatie
- verstoringen in geheugen
Verstoringen in aandacht
Attentional bias is het proces waarbij de aandacht wordt gericht op stimuli die overeenkomen met onderliggende schema’s. Cluster C individuen hebben een aandachtsvoorkeur voor bedreiginen en aan bedregingsgerelateerde stimuli
Verstoring in interpretatie
Interpretatiebias wordt gekenmerkt door interpretatie van informatie op een typische manier congruent met het onderliggende schema. Dit is gevonden voor vermijdende en afhankelijke PS, maar nog niet voor OCPD
Verstoring in geheugen
Geheugenbias is een cognitieve bias die oftewel het herinneren van een herinnering verminderen of verbeteren. Deze geheugenvertekeningen tonen aan dat herinnering niet worden opgeslagen als exacte replica’s van de werkelijheid. Ervaringen die in overeenstemming zijn met een bepaald scham worden vermoedelijk opgeslagen en teruggehaald in het korte en lange termij geheugen, in vergelijking met ervaringen die in tegenspraak zijn met het schema
Beeld van zelf en anderen bij Vermijdende PS
Zelf: kwetsbaar voor depreciation en afwijzing, sociaal onbekwaam en incompetent
Anderen: Kritisch, vernederend en superieur
Belangrijkste strategie: situaties vermijden waar kritiek kan voorkomen. Onaangename gevoelens of gedachten vermijden
Beeld van zelf en anderen bij Afhankelijke PS
Zelf: zwak, behoeftig, hulpeloos en incompetent
Anderen: geïdealiseerd, verzorgend, ondersteunend en competent
Belangrijkste strategie: Ontwikkel afhankelijke relaties
Beeld van zelf en anderen bij passief-agressieve PS
Zelf: zelfvoorzienend, kwetsbaar voor controle en verstoring
Anderen: opdringerig, veeleisend, storend, controlerend en overheersend
Belangrijkste strategie: Passief verzet. Oppervlakkige odnerdanigheid en regels ontwijken/omzeilen
Beeld van zelf en anderen Obsessief-compulsieve PS
Zelf: verantwoordelijk, aansprakelijk, kieskeurig en competent
Anderen: onverantwoordelijk, casual, incompetent en zelfingenomen
Belangrijke strategie: regels toepassen. perfectionisme en evalueren/controleren
Maladaptieve compenserende gedragingen voor cluster C schema’s
Afhankelijke PS: Hechting, hulp zoeken en vastklampen
Vermijdende PS: vermijding, onassertiviteit en vermijdend denken
Obsessief-compulsieve PS: Perfectionisme en controle
Cluster C en interpersoonlijk geweld
80% van afhankelijke en 12% van vermijdende PS hebben kans op interpersoonlijk geweld
- Afhankelijk in gewelddadige relaties
- afhankelijk gewelddadig familielid
- vermijdend en OCPD plegen geweld
- vermijdend gedetineerde vermoord vrouw
- OCPD mannen hebben intiem partner geweld
Karakteristieken van afhnakelijke persoonlijkheidsstoornis
- cognitief: perceptie van zichzelf als machteloos, ineffectief en hulpeloos
- affectief: neiging om angstig te worden wanneer het nodig is om autonoom/zelfstandig te functioneren, om zo zorg te verkrijgen van anderen
- motiverend: duidelijke behoefte aan ondersteuning, begeleiding en goedkeuring
- gedragsmatig: neiging om hulp en geruststelling te zoeken en toe te geven aan anderen in interpesoonlijke interacties
Epidemiologie afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
- prevalentie in algemene populatie: 1-2%
- prevalentie in poliklinische setting: 0-10%
- prevalentie in intramurale setting (= zorg binnen de muren, zoals verpleeghuis): 5-15%
- vrouwen hebben 40% meer kans op de diagnose dan mannen, dit komt door de socialisatie en de formulering van de criteria
Comorbiditeit Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
- stemmings- en angststoornissen
- andere cluster C persoonlijheidsstoornis
- Cluster A en Cluster B persoonlijkheidsstoornis (vooral borderline en theatrale persoonlijkheidsstoornis)
- eetstoornissen
- middelenmisbruik
- somatisatie stoornissen
Verschil borderline en afhankelijke PS
- borderline reageert met woede, zelfmoorddreigingen, zelfbeschadiging, veeleisende en emotionele leegte op verlating
- afhnakelijke PS reageert met toenemende onderdanigheid en aanhankelijheid, en is dringen op zoek naar een vervangende relatie om zorgt en ondersteuning te vinden
Personen met afhankelijke PS
- worden gekenmerkt door een hoge trait anxiety
- reageren met verhoogde angst bij interpersoonlijke conflicten
- hoge mate van afhankelijkheid
- hoge afhankelijkheid geassocieerd met strenge, controlerende en inconsistente opvoeding
- hoge geagiteerde angst om fouten te maken
- hoge comorbiditeit met paniekstoornis, sociale fobie en obsessieve compulsieve stoornis
- hoog risico op zelfmoordgedachten/pogingen