HC 7 - Proteomics I Flashcards
Hoorcollege 7
Zijn de meeste gebruikte proteomics technieken top-down of bottom-up?
Bottom-up
Welke eigenschap moet een eiwit hebben om de naam eiwit te krijgen?
De vouwing (tertiaire en evt quarternaire structuur)
Welke krachten zijn betrokken bij eiwitvouwing?
-H-brug
-Vanderwaals
-Hydrofobe kracht
-Zwavelbrug
Wat is het resultaat van interactie van verschillende gevouwen polypeptideketens?
Het verkrijgen van bijzondere eigenschappen
Enzymen (ook eiwitten) kunnen via interacties andere eiwitten bijzondere eigenschappen geven. Noem een voorbeeld.
Cofactoren, glycosylatie of andere modificaties
De lokalisatie van een eiwit kan via een extra laag van regulatie worden gecontroleerd. Welke?
De post-translationele modificaties (PTMs)
Noem voorbeelden van PTMs
-Acetylatie > histoneiwitten bv
-Methylatie > histoneiwitten bv
-Glycosylatie
-Fosforylatie
-Ubiquitinatie
Een eiwit wordt gecodeerd door een …
gen
Bij eukaryoten wordt een eiwit getransleerd vanaf … door de ….
mature mRNAs; de ribosomen
Hoe kunnen eukaryote eiwitten verder worden geprocesseerd?
Door proteases, of door andere enzymen die PTMs aanbrengen
Welke structuur moet een eiwit minimaal hebben voor haar functie?
de tertiaire structuur
Welke structuur moet een eiwit vormen in een eiwitcomplex?
Quarternaire structuur
Hoe noemen we het molecuul dat een eiwit nodig kan hebben voor het kunnen functioneren?
Een cofactor
Wat is het proteoom?
Alle gevouwen polypeptideketens die zijn gecodeerd door het genoom
Hoe ontstaat het proteoom?
vanuit het centrale dogma (translatie vanuit mature transcriptome door ribosomen)
Benoem de systems biology van het proteoom (interactie met de andere omics)
Regulatie van het metaboloom maar ook terugslaan op het transcriptoom.
Benoem de voordelen van proteomics tov transcriptomics (RNAseq en microarrays): correlatie argument
-de correlatie tussen een transcript en het eiwit is te klein (het is variabel per eiwit)
>vanwege de complexe regulatie (translatie en degradatie)
>eiwitten hebben gemiddeld een hogere halfwaardetijd dan transcripten, dus indien je iets over het eiwit wilt weten kun je die beter zelf bestuderen.
Is de degradatie van eiwitten verbonden qua regulatie met de aanmaak?
nee
Voordelen proteomics tov transcriptomics: identificatie argument
Alleen met proteomics kun je de modificaties van eiwitten bestuderen.
Alle voordelen proteomics
-Transcript levels en protein levels correleren onvolledig
-Detectie translationele regulatie: transcripten én eiwitten nodig
-Eiwitdegradatie is niet verbonden aan transcript levels
-PTMs zien niet verbonden aan transcripten
-Eiwitlokalisatie is niet verbonden aan transcripten
-Complexe eiwitformaties zijn niet verbonden aan transcripten
-Eiwitmaturatie is niet verbonden aan transcript levels
verschillende proteomics technieken
- Analytische scheiding van eiwitten
- functionele analyse eiwit
- eiwitstructuur analyse
- lokalisatie analyse
- eiwit detectie en identificatie
- Analystische scheiding van eiwitten
-Scheiding op grootte: SDS-PAGE/gel elektroforese
-Scheiding op lading en grootte: kolomchromatografie (bv negatief geladen Histimine residuen in een Ni-kolom
- Functionele analyse
-Colorimetrische essay
-Massaspectrometrie (effect van drugs op eiwit structuur en modificaties bekijken)
- eiwitstructuur analyse
-Cryo-EM
-NMR
-X-ray diffraction
-Protein X-linking
-Computional structure prediction > schatting van hoe de structuur verandert in bepaalde conditie
- Lokalisatie
-Fluorescentie microscopie
>Spatial proteomics met coupes
-Per compartiment een massaspec (identificatie per regio)
Nadeel van fluorescentie microscopie voor lokalisatie
Je kunt maximaal 1 eiwit tegelijk meten, en er zijn veel verschillende constructen en dus antilichamen nodig