HC 6 - Fundamentele rechten Flashcards
Stauder v Stadt Ulm
Fundamentele rechten van de mens liggen in de algemene beginselen van het gemeenschapsrecht besloten, waarvan het hof de eerbiediging verzekert.
Internationale Handelsgesellschaft
1. Nationale grondrechtencatalogi kunnen geen afbreuk doen aan het Unierecht: de voorrang van het Unierecht geldt ook ten aanzien van nationale grondrechten; 2. Wel kunnen er met de nationale grondrechten overeenstemmende gemeenschapsrechten zijn. De eerbiediging van grondrechten vormt een bestanddeel van de algemene rechtsbeginselen van de Unie en kunnen dus wel voorzien in een toetsingskader voor rechtshandelingen van de Unie.
Nold
In de arresten Stauder (1969) en Nold Kohlen (1974) werd een rechtshandeling van de Commissie (verordening c.q. beschikking) getoetst op schending van fundamentele rechten. In het arrest Handelsgesellschaft (1970) werd een verordening van de Raad eveneens hierop getoetst.[5] Zodoende kwam de handhaving van grondrechten als beginsel al vroeg in beeld in arresten van het Hof. Een rechtshandeling van de Europese Unie kan dus worden getoetst op schending van fundamentele rechten.
Melloni
Al sinds het arrest Internationale Handelsgesellschaft is duidelijk dat het Europees recht ook voorrang heeft op de nationale constituties. 13 In het Melloni-arrest bevestigt het Hof van Justitie deze stand van zaken: artikel 53 Hv heeft niet tot gevolg dat de overlevering in het kader van een Europees Aanhoudingsbevel mag worden geweigerd op grond van een nationaal grondrecht, in casu het recht van verdachten om aanwezig te zijn bij hun proces
Akerberg Fransson
In het arrest Åkerberg Fransson lijkt het Hof een principiële keuze te hebben gemaakt voor de ruime benadering wat valt onder ‘het recht van de unie ten uitvoer brengen’. Daar val je al snel onder namelijk dus val je als snel onder het Handvest. Val je al onder bij ‘lidstaat je moet er voor zorgen dat .. ‘ namens EU
Egenberger
Tot nu toe heeft het Europees Hof van twee artikelen van het Handvest geoordeeld dat deze directe werking hebben. Namelijk art. 21 (non-discriminatie) zo volgde (impliciet) uit het Kücükdeveci-arrest uit 2010 (ECLI:EU:C:2010:21) en art. 47 (doeltreffende, onpartijdige en toegankelijke rechtspraak) zo volgde uit het recente Egenberger-arrest uit 2018 (ECLI:EU:C:2018:257).
Opinie 2/94 toetreding EG tot EVRM
Constitutionele grondslag ontbreekt om toe te treden tot EVRM. In its Opinion 2/94, however, the Court insisted that the Treaties lacked an appropriate legal basis for accession
Opinie 2/13
It eventually decided that the draft agreement was incompatible with the Treaties and developed a highly demanding reasoning rendering future accession quite a difficult task, as is subsequently set out in more detail.