HC 5 Flashcards

1
Q

Optimal allocation

A

Hoe je beschikbare middelen het beste kunt gebruiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Economisch aspect

A

Een gedeelte van het probleem heeft te maken met (optimale) toewijzing van schaarse middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Division of labour

A

Het splitten van een gehele taak in kleine componenten die afzonderlijk uitgevoerd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Economics of specialization

A

Specialiseren in de afzonderlijke componenten van division of labour

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Instituties

A

Geschreven en ongeschreven regels en wetten die door de samenleving zijn opgesteld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Institutional comparative advantages

A

Als de omgeving verandert, moeten instituties ook veranderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Neoklassieke economie

A

Rationele spelers streven alleen hun eigen belang na, organisatie wordt bestuurd door 1 rationale actor met
enkel winstmaximalisatie als doel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Transitive

A

De voorkeursvolgordes van goederen die de consument overweegt aan te schaffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Utility

A

De tevredenheid die consumenten krijgen van het hebben van goederen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Budget line

A

De lijn die de bereidheid van betalen weergeeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Homo economicus

A

Rationele beslisser die alleen in eigen behoeften geïnteresseerd is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welvaart

A

De situatie die van productiviteit afhankelijk is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Contingent claims contract

A

Afspraken worden gemaakt en vastgelegd over de kwaliteit en prijzen van de goederen afhankelijk van de kwaliteit die geleverd gaat worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Compleet contract

A

Alle mogelijke toekomstige voorvallen worden ingedekt met de vastgelegde afspraken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Incompleet contract

A

Niet alle mogelijke toekomstige voorvallen worden ingedekt met de vastgelegde afspraken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Price-taker zijn

A

Geen invloed hebben op de prijs

17
Q

Sufficient statistic

A

Samenstelling van alle benodigde informatie

18
Q

Marktfalen

A

De optimale welvaart wordt niet bereikt

19
Q

Informatie symmetrie

A

Alle partijen beschikken allemaal over dezelfde informatie

20
Q

Informatie asymmetrie

A

De betrokken partijen hebben niet allemaal dezelfde informatie

21
Q

Adverse selection

A

Informatieprobleem waarbij de ene actor meer informatie bezit dan de andere actor

22
Q

Signalling

A

Indirecte wijze van bewijs tonen dat de waarheid wordt gesproken

23
Q

Screening

A

Strategie om de ander te verleiden om zelf te kiezen uit meerdere opties en ze daardoor de waarde van hun informatie te laten onthullen

24
Q

Risico pooling

A

Risicoverdeling

25
Q

Risico redistributie

A

Manier van handelen waarbij door andere activiteiten wordt gezorgd voor verkleining van risico’s

26
Q

Morzal hazard

A

Informatieprobleem waarbij een actor ander gedrag gaat vertonen nadat het contract is afgesloten

27
Q

Paradox of information

A

Het toekennen van waarde aan informatie kan alleen door het vrijgeven van informatie

28
Q

Sharing economy

A

Het is mogelijk om goederen en kennis te delen met anderen