HC. 10. 2 mammacarcinoom - diagnostiek en pathologie Flashcards
wanneer wordt er gedacht aan een erfelijke vorm van borstkanker?
- bij familiair voorkomen van het mammacarcinoom
- bij jonge leeftijd bij diagnose
- meerdere keren een mammacarcinoom bij dezelfde persoon
- man met borstkanker
- combinaties van soorten kanker
met welke klachten presenteert iemand met borstkanker zich?
- een palpabele afwijking
- ingetrokken tepel
- ontstoken borstweefsel
- primair alleen pijn
hoe vind aanvullende diagnostiek plaats?
als eerste altijd een mammografie
daarna wellicht een echografie van de mamma en/of oksel
en vervolgens kan nog evt cytologische punctie en histologisch biopt.
wat zijn indicaties voor een MRI-scan bij mammacarcinoom?
- bij screening van hoogrisicopatienten
- bij diagnostische discrepantie tussen de verschillende onderzoeken
- bij een lobulair mammacarcinoom
- bij een wens tot borstsparende operatie
wat is de TNM-classificatie van het mammacarcinoom?
T:
Tis: in situ
T1: < 2 cm
T2: 2-5 cm
T3: > 5 cm
T4: ingroei in ander orgaan
N:
No: geen aangedane lymfeklieren
N1: bewegelijke, pathologische regionale lymfeklieren
N2: gefixeerde regionale lymfeklier
N3: ipsilaterale lymfeklier
M:
M0: geen metastasen op afstand
M1: wel metastasen op afstand
wat zijn de voor- en nadelen van een cytologische punctie?
voordelen: snelle resultaten en weinig invasief onderzoek
Nadelen: lage sensitiviteit en specitiviteit
–> de uitslag is dus onzeker en er moet alsnog een histologisch biopt worden gevonden
wat is het voordeel en nadeel van een histologisch biopt?
voordeel: vaker een classificerende diagnose
Nadeel: de uitslag duurt enkele werkdagen