Havo3 Woordjes H1 H2 Flashcards
1
Q
Conventioneel
A
Gebruikelijk
2
Q
Delicatesse
A
Bijzondere lekkernij
3
Q
Evenredig
A
In dezelfde verhouding
4
Q
Gebaat zijn bij
A
Voordeel hebben van
5
Q
Gepaard gaan met
A
Samen gaan met
6
Q
Innovatief
A
Vernieuwend
7
Q
Manipulatie
A
Stiekeme beïnvloeding
8
Q
Pas klaar
A
Kant en klaar, direct geschikt
9
Q
Proteïne
A
Eiwit
10
Q
Textuur
A
Uitwendige structuur
11
Q
Afweging
A
de keuze nadat je de voor- en nadelen van iets met elkaar hebt vergeleken
12
Q
Controversieel
A
Omstreden