H6 zwangerschap

Question 1

wat gebeurt er bij ovulatie

Answer 1

eitje komt vrij uit ovarium in lichaamsholte. baarmoederhals scheidt slijm uit dat gangen doorspoelt -> voorbereiding komst sperma-> zwemt 1 inch per uur (2,5 cm)

Question 2

conceptie

Answer 2

buitenste derde deel eileider. eitje omgeven door zona pellucida. sperma rond eitje en scheidt enzym hyaluronidase af -> lost zona pellucida op -> binnendringen

Question 3

kans zwangerschap vergroten

Answer 3

elke dag 400 microgram foliumzuur, vaccinaties bijhouden, genetisch testen, gezond pre-zwangerschap gewicht, bloedsuiker onder controle, geen drugs alcohol en tabak, getimede gemeenschap -> rond ovulatie of binnen 5 dagen. sperma kan 5 dagen overleven en eitje 12 tot 24 uur na ovulatie bevrucht worden. 2 tot 3 keer seks in 6 dagen van maximale vruchtbaarheid. best vrouw plat op rug.

Question 4

anticonceptie

Answer 4

voorkomen ovulatie: anticonceptiepil
voorkomen bevruchting: condoom, mannelijke sterilisatie, vrouwelijke sterilisatie
voorkomen innesteling: IUD koper en hormoon

Question 5

zygote

Answer 5

bevrucht eitje. celdeling 36 uur na bevruchting. door eileider in baarmoeder -> nestelen baarmoederwand

Question 6

eerste 8 weken zwangerschap

Answer 6

embryonale fase. cellen differentiëren in lagen: ectoderm (zenuwstelsel en huid), endoderm (spijsvertering en ademhaling), mesoderm (spieren en skelet). hoofd eerder dan lichaam.

Question 7

vanaf week 9 zwangerschap

Answer 7

foetus

Question 8

fysiologische verandering zwangerschap

Answer 8

groei baby en baarmoeder, toename hart-minuut-volume, verminderde vaatweerstand, toename plasmavolume in bloed. toename GFR, verminderd plasma eiwit. veranderde stollingsfactoren, toename rode bloedcellen. toename tidal volume, adem minuut volume, afname dode ruimte longen. anabolische metabolisme, gastroparese. definitieve borstontwikkeling.

Question 9

placenta

Answer 9

massa weefsel wat embryo omvat in vroege ontwikkeling en zorgt voor groei

Question 10

navelstreng

Answer 10

gevormd in 5e week en zorgt voor voedingstoffen bij foetus

Question 11

amniotic fluid

Answer 11

hierdoor houdt foetus constante temperatuur, ook stootkussen.

Question 12

couvade syndroom

Answer 12

vader ervaart zwangerschapssymptomen zoals slecht spijsvertering, gastritis, misselijkheid, veranderingen in eetlust en hoofdpijn. trauma bij bevalling

Question 13

pseudodocyesis

Answer 13

schijnzwangerschap. vrouw gelooft dat ze zwanger is en heeft symptomen

Question 14

zwangerschaps-geinduceerde hypertensie. preeclampsia. eclampsia

Answer 14

verhoogde bloeddruk. verhoogde bloeddruk samen met gegeneraliseerde edema en proteinuria (eiwitten in urine). verhoogde bloeddruk, stuiptrekkingen, mogelijke coma en dood

Question 15

vroeggeboorte

Answer 15

cognitieve en motorische verslechtering kinderen 5 jaar geboren tussen de 22 en 32 weken. latere preterm: meer angst, depressie en aandachtsproblemen. 32-36 weken: grotere kans na 16e opgenomen worden voor psychotische stoornissen

Question 16

eerste fase bevalling

Answer 16

samentrekkingen zorgen voor effacement (dunner worden) en dilation van baarmoederhals. later eerste fase: weeën vaker en intenser 5-8 cm ontsluiting. transitie fase: weeën erg sterk, ontsluiting tussen 8 en 10 cm, toenemende pijn. kan 2 tot 24 uur duren.

Question 17

tweede fase bevalling

Answer 17

volledige ontsluiting. als niet genoeg ruimte: episiotomy: snee in perineum.

Question 18

derde fase bevalling

Answer 18

placenta komt los van wand baarmoeder -> nageboorte.

Question 19

pijnstilling bij bevalling

Answer 19

sinds 1853 Queen Victoria beviel met chloroform.