h3 seksueel onderzoek Flashcards
onderzoek varieert
hoe seksualiteit wordt gemeten, kwantitatief of kwalitatief (grote vs kleine groep), lab of veld, natuurlijk gedrag of manipuleren
niet-experimenteel
om gedachten, gevoelens en gedrag in kaart te brengen. geen manipulaties. geen causaal verband alleen correlaties. methoden: vragenlijsten, gedragsmetingen, case reports, impliciete meting, biologische meting
vragenlijsten/ self-reports
vaakst voor meten seksualiteit. papier, interviews, online. Kinsey reports: niet vragen doet u dit maar hoe vaak -> hogere uitkomsten. wel sampling issues. vooral bekend door seks interviews. filmden elkaar soms tijdens seksuele activiteiten.
gedragsmeting
eye-tracking. directe observatie (masters and johnson)
impliciete meting
bij vragenlijsten kan je niet eerlijk zijn, dus meten zonder dat mensen dit zelf kunnen beinvloeden: meet hoe iemand iets associeert tussen twee concepten, reactietijd wordt gemeten, snellere reactie is meer geassocieerd (racisme test)
directe observaties
masters en johnson. seksuele respons cyclus. hoe lichaam reageert op seksuele stimulatie. geinteriewd na seksuele activiteit. Moser: SM-feest: hoe mensen zich hier gedragen
biologische meting
vaginale photoplethysmograph: opwinding meten. pupil vergroting. fMRI: bloed doorstroom hersenen.
experimentele studie
manipuleren. kijken of verandering onafhankelijke variabele effect heeft op afhankelijke variabele. mogen geen confounds zijn en participanten moeten random toegewezen worden aan conditie. enige manier causaal verband onderzoeken.
kwalitatieve methode
onderzoek dmv woorden ipv cijfers. interviews, focus groep, media content analyse: welke woorden komen vaker voor. hypotheses genereren ipv toetsen. interbeoordelaarsbetrouwbaarheid belangrijk
sampling
steekproef moet goede afspiegeling zijn populatie. stappen: 1. populatie identificeren. 2. methode om sample te verkrijgen. 3. mensen in sample vragen om mee te doen
random sample
elk persoon in populatie heeft even grote kans om deel uit te maken van sample
probability sample
elk persoon in populatie heeft een bekende kans om deel te nemen. iedereen weerspiegelen. populatie meer mannen dan vrouwen -> in steekproef ook
convenience sample
iedereen die vandaag bij huisarts komt, geen goede afspiegeling. voorhanden
snowball sampling
steekproef waar je moeilijk aan komt, mensen vragen of ze mensen kennen die bij populatie passen en mee willen doen.
bias: probleem van refusal/ nonresponse
sommige mensen doen niet mee aan seks vragenlijst.