H23 evolutie en doelen va, straffen en de huidige strafprakrijken in BE en W landen Flashcards

1
Q

wat is een straf?

A

sancties zijn het centraal middel van het strafrecht

Misdaad: criminele straffen opsluiting en hechtenis (gevang >5j)

Wanbedrijf: correctionele straffen (gevang van 8d - 5j +geldboete vanaf 26 en werkstraf vanaf 46u)

overtreding: politiestraffen (geldboetes van 1-25 + werkstraffen van 20-45u + gevang 1-7D)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

doelen van bestraffing

absolute theorie: straffen omdat
relatieve theorie: straffen opdat

A

abs:
- dader is schuldig, straf is verdiend
- redtributie en vergelding

oorsprong: oog om oog, tand om tand

rel: specifieke preventie: afschrikking ter voorkoming van recedive
algemene preventie: afschrikking van anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom kan een gevangenis straf vaak doelen niet bereiken?

A
  • afschrikking en resocialisatie van daders zijn moeilijk te bereiken
  • uitschakeling wordt alleen punctueel bereikt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

huidige belgische strafpraktijk

A
-Hoofdstraffen
Geldboetes
Vrijheidsstraf
Elektronisch toezicht
Werkstraf
Probatie
-Bijkomende straffen, bv.
Verbeurdverklaring van goederen
Bekendmaking van de uitspraak
Beroepsverbod
Terbeschikkingstelling

-Internering is geen straf, maar veiligheidsmaatregel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  1. belangrijke ontwikkelingen inW strafrechtelijk beleid
A
  1. instrumentalisering en molarisering van strafrecht
  2. risicojustitie: proactivering en risocomanagement
  3. responsabilisering en bestuur op afstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

instrumentalisering

A

*Instrumentalisering:
normatieve visie op recht wordt vervangen door economische logica

  • Niet meer ‘schuld en boete’ primeren, wel ‘voeren van
    beleid’ en rationalisering
  • Managementprincipes worden toegepast op justitiële
    organisaties

Tegenstrijdige tendensen: instrumentaliering wel verbonden aan de opkomst van het veiligheidsbeleid en public-private policing model

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

moralisering

A

Moralisering:
vermaatschappelijking van recht&raquo_space; punitief populisme

  • Recht moet inspelen op ‘onrust in samenleving’ (gevaar,
    onveiligheid, …)
  • Leidt tot strenger strafrecht: meer gevangenissen,
    strengere straffen,…
  • Nadruk op uitschakeling van de daders en vermindering
    van rehabilitatie-programma’s
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

risicojustitie

A
  • wet onderzoek
  • voorspellen van CT en recidivekansen
  • ontwikkelen van methodes om risico’s in te perken
  • organiseren van interventies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

responsabilisering

A

grotere rol voor niet strafrechtelijke instellingen

Bestuur op afstand met nieuwe arbeidsverdeling
Beleidslijnen uitzetten: overheid
Precisering en uitvoering beleid: private netwerken
Eindcontrole - toezichthouder: overheid
Gevaren van bestuur op afstand
Bedoelingen van beleid kunnen ondermijnd worden door uitvoerende instanties
Gevaar voor commerciële belangen private sector
Trend verbonden aan het veiligheidsbeleid en public-private policing model

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly