H13/14/15/16 Stress, uitval, ergonomie, veiligheid, werk- rusttijden, nieuwe vormen van werken Flashcards
Stress
Fysieke, sociale of geestelijke spanning die de mens beïnvloed
Stress binnen arbeids- en organisatiegedrag
Stress ontstaat wanneer de eisen en verwachtingen die aan iemand worden gesteld in een situatie, niet in balans zijn met de mogelijkheden en reserves die iemand heeft, om aan deze eisen en verwachtingen te voldoen
Stressoren
Bronnen of factoren die stress veroozaken
Stressreacties
De gevolgen van stress die iemand ondervindt op zowel korte als lange termijn
Copingstijl (actief en passief)
De manier waarom iemand met de gebeurtenissen omgaat. Passieve coping stijl is van belang als er een bepaalde mate van machteloosheid erkend dient te worden voordat er over gegaan kan worden op actieve coping.
Rolconflicten. Intrazender, interzender, interrol, persoon-rol
Intrazender: Verschillende verwachtingen vanuit één ander (én snel én goed)
Interzender: Verschillende verwachtingen en eisen vanuit meerdere personen
Interrol: moeilijk verenigbare verwachtingen vanuit meerdere rollen
Persoon-rol: enerzijds de behoeften/verwachtingen vanuit de persoon tegenover de behoeften/verwachtingen vanuit de omgeving
Stress beïnvloed mensen op drie manieren:
fysiologisch, emotioneel, gedragsmatig
Perceptiegericht copingedrag
Het veranderen van de manier waarop men tegen de stressor aankijkt. (‘misschien is het ook niet zo belangrijk’)
Emotiegericht copinggedrag
Het beïnvloeden van de negatieve gevoelens die de stressor oproept. Niet aan denken, problem wegdrinken.
Type A en type B persoonlijkheden
Type A; constant gevoel van te weinig tijd, gehaast, gejaagd, sterke concurrentiedrang. Meer gezondheidsklachten.
Type B; tegenvoeter van type A. Heeft vrede met zijn situatie. Minder ongeduldig. Geen sterkte concurrentiedrang.
Beleid
Een plan vaan aanpak die de manier waarop iets geregeld en geleid dient te worden, helder uiteengezet. Beleid maakt de gedeelde waarden, missie en visie van de organisatie tastbaar en werkbaar door doelstellingen samen te voegen. Hieruit volgt een beleidsplan.
Ergonomie
Wetenschappelijke benadering van de werkomstandigheden in relatie tot de fysiologische, psychosociale en gedragsmatige capaciteiten van de werknemer.
Cognitieve ergonomie
Het bestuderen van mentale processen in de interactie tussen mens en systeem, zoals geheugen, denken, perceptie en motorische reacties (mentale werkbelasting, beslissingen nemen, interactie tussen mens en computer, stress, training)
Organisatie-ergonomie
Is gericht op het optimaal inrichten van sociotechnische systemen ,zoals structuren en processen van organisaties.
Mens-machinesysteem
Ergonomen vatten een taak op als een systeem met drie elementen; de mens, de apparatuur, de taakomgeving.