GM Lijst I light Flashcards

1
Q

5-Hydroxytryptamine

A

serotonine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Abciximab

A

GPIIb/IIIa receptor antagonist

Anti-aggregatie middel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Acetylsalicylzuur (Aspirine)

A

Irreversibele COX-enzym inhibitor

antitrombotisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Adenosine

A

Adenosine receptoren (A1-A3)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ADP

A

P2Y12 agonist

activeert Bloedplaatjes aggregatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Allopurinol

A

Inhibitie van xanthine oxidase geeft minder vorming urinezuur

Gebruikt bij Jicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Amfetamine

A

Competitie NA (indirect werkende sympathicomimetica)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Alteplase

A

recombinant t-PA: activatie van plasminogeen naar plasmine - breekt fibrine af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Atenolol

A

β1 blokker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Atracurium

A

nicotinerge antagonist (competitief)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

ATP

A

P2X (ionenkanalen) en P2Y (G gekoppeld) agonist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Atropine

A

Muscarine antagonist (competitief)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Azathioprine

A

Inhibitie DNA synthese

Inhibitie van de novo synthese van purines: ↓ proliferatie van T en B-cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Bivalirudine

A

directe remmer van trombine - anti stolling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bromocriptine

A

Dopamine agonist - parkinson

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Carbachol

A

Muscarine + nicotine agonist - Bestand tegen AChE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Carbamazepine

A

Anti-epileptica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Celecoxib

A

Competitieve reversibele antagonist COX2 - Chronische pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Cetirizine

A

2de generatie H1 antagonist - allergische reactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Cimetidine

A

H2 antagonist - maagzuursecretie remming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Cinnarizine

A

1ste generatie competitieve H1 agonist - Reisziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Clonidine

A

α2 agonist - Hypertensie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Clopidogrel

A

Irreversibele P2Y12 antagonist (anti ADP) - anti aggregatie middel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Cocaïne

A

Inhibitie heropname NA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Colchicine

A

Acuut jichtaanval - microtubuli blok in neutrofielen

De werking van colchicine bij jicht berust op het remmen van de chemotaxis (aantrekking) van neutrofielen (een type witte bloedcel). Hierdoor kan de ontsteking die de klachten van jicht veroorzaakt zich niet ontwikkelen. Colchicine verhindert niet de eigenlijke oorzaak van jicht, namelijk de afzetting van urinezuurkristallen in het gewricht. De afzetting van deze kristallen kan verhinderd worden door het voorschrijven van allopurinol. Deze stof remt namelijk de aanmaak van urinezuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Corticosteroïden

A

intracellulaire receptoren - immunosuppressief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Cortisol

Hydrocortisone

A

stres respons

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Cyclosporine

A

Calcireunine remmer - Immunosuppresie - orgaantransplantatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Dabigatran

A

Competitieve remmer van actieve centrum trombine - Antistollingsmiddel - DOAC

30
Q

Dihydro-ergotamine

A

ergot alkaloid used to treat migraines

5-HT1B en 5-HT1D (partiele agonist), α

31
Q

Dipyridamol

A

Adenosine heropname inhibitie
Remming FDE –> ↑ cGMP –> minder Calcium wat ervoor zorgt dat BP tot rust wordt gebracht
- TIA

32
Q

Dobutamine

A

β1 agonist

Denk aan doBBBButamine

33
Q

Desipramine

A

Inhibitie heropname NA - Tricyclische antidepressiva

Desipramine is a very potent and relatively selective norepinephrine reuptake inhibitor

34
Q

Eptifibatide

A

Eptifibatide, is een plaatjesaggregatieremmer van de klasse glycoproteïne IIb / IIIa-remmers

35
Q

Efedrine

A

Competitie NA (indirect werkende sympathicomimetica)

Stimuleert het sympathische zenuwstelsel, zowel direct
(stimulatie van de α- en β-receptoren)
als indirect
(vrijzetting van noradrenaline).

Efedrine relaxeert gastro-intestinaal en bronchiaal glad spierweefsel en heeft een positief-inotrope, vasopressieve en centraal stimulerende werking.

36
Q

Ergometrine

A

5-HT1, α
medicijn dat wordt gebruikt om samentrekkingen van de baarmoeder te veroorzaken om zware vaginale bloedingen na de bevalling te behandelen.

EZELBRUG metrine - mater - moeder - baarmoeder

37
Q

Ergometrine

A

5-HT1, Alfa (adrenergic)
medicijn dat wordt gebruikt om samentrekkingen van de baarmoeder te veroorzaken om zware vaginale bloedingen na de bevalling te behandelen.

38
Q

Etanercept

A

Anticytokine tegen TNFa

39
Q

Fenylefrine

A

α1 agonist - sympathicomimeticum als vasoconstrictor gebruikt. Bij hypotensie tijdens anesthesie en als mydriaticum gebruikt

40
Q

Fysostigmine

A

Cholinesteraseremmer (indirecte parasympathicomimetica) -

Glaucoom

41
Q

Fenobarbital

A

barbturaat - anti epilepticum

42
Q

Heparine

A

Activatie van anti-trombine III - Anticoagulantia

43
Q

Hyoscine (scopolamine)

A

Muscarine antagonist (competitief) - wagenziekte

44
Q

Ibuprofen

A

Competitieve inhibitie COX1 en COX2 - korots en pijn

45
Q

Infliximab

A

Anticytokine tegen TNFa - DMARD

46
Q

Ipratropiumbromide

A

Muscarine antagonist - Astma, reflectaire bronchoconstrictie COPD

47
Q

Isoprenaline

A

β1, β2 agonisten, AV-geleidingsblok

48
Q

Leflunomide

A

Inhibitie van proliferatie en cytokineproductie door geactiveerde T-cellen

49
Q

Lithium

A

Lithium vermindert uw hevige stemmingswisselingen.
Gebruikt bij

depressie
clusterhoofdpijn
manie

50
Q

LMWH

A

Versterkt binding van Xa door ATIII - betere versie heparine met langere halfwaardetijd - Preventie DVT en longembolie

51
Q

Methotrexaat

A

Foliumzuur antagonist - DMARD

52
Q

Metoclopramide

A

5-HT4 agonist

DopamineR antagonist - Migraine, nausea

53
Q

Milrinone

A

It is a phosphodiesterase 3 inhibitor that works to increase the heart’s contractility and decrease pulmonary vascular resistance.

54
Q

Molsidomine

A

NO-donor - Angina pectoris

EZEl brug= mol - so DO -mine

DO NO

NO DO NOR EN

55
Q

Natriumcromoglycaat

A

Indirect werkende H1 antagonist - Profylactisch actief bij allergische reacties

56
Q

Neostigmine

A

Cholinesteraseremmer - Myasthenia Gravis

57
Q

PGF2α

A

Contractie uterus

58
Q

Rivaroxaban

A

Xa inhibitie - Antistollingsmiddel

59
Q

Salbutamol

A

β2 agonist - Astma (inhalatie)

60
Q

Salicylzuur

A

Reversibele inhibitie COX

61
Q

Sildenafil (Viagra)

A

Inhibitie FDE-V - ED

62
Q

Sirolimus

A

mTOR inh => IL-2 ↓

Sirolimus remt de T-cel activering door remming van de intracellulaire signaaloverdracht. Dit gebeurt door remming van ‘mammalian target of rapamycin’ (mTOR), een belangrijke kinase voor de progressie van de celcyclus. Het netto resultaat is remming van de lymfocytenactivatie, wat resulteert in immunosuppressie.

63
Q

Streptokinase

A

EZ dat klonters afbreekt (komt van bact streptococcus) lijkt op t-pa
- Activatie van plasminogeen

64
Q

Sumatriptan

A

5-HT1D agonist - Migraine

65
Q

Suxamethonium

A

nAChR- antagonist - spierverslapper

66
Q

Theofylline

A

A1 (adenosine) antagonist - COPD en Astma

67
Q

Tromboxaan A2

A

Stimuleert plaatjesaggregatie

68
Q

Tyramine

A

Competitie NA (indirect werkende sympathicomimetica) - lijkt op NA en komt voor in kazen

69
Q

Vitamine K

A

Gebruikt bij Overdosis OAC en nodig voor maken van stolllingsfactoren in de lever

70
Q

Warfarine

A

Vit K-reductase antagonist - voorkomt regeneratie vit K - Antistollingsmiddel

71
Q

Zafirlukast

A

Competitieve antagonist CysLT LTD4 en LTE4 - astma