Extra Info Flashcards

1
Q

Waar is het woord hormonen van afgeleid

A

Het is afgeleid van ‘hormare’ en betekent in werking zetten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat doen hormonen

A

Processen in werking zetten.

Bij nagenoeg alle functies, in nagenoeg alle cellen en weefsels in je lichaam.
Activeren en remmen van processen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Noem 4 centrale hormonen

A

Cortisol
Insuline
Melatonine
Schildklierhormoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem 3 grdlachtshormoneb

A

Oestrogeen
Progesteron
Testosteron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem 4 neurotransmitters

A

Serotonine
Dopamine
Acetylcholine
GABA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke hormonen zijn betrokken bij acute of kortdurende stress?

A

Adrenaline

Noradrenaline

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welk hormoon in ons lichaam is betrokken bij lange termijn stress?

A

Cortisol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Als er stress is in het lichaam krijgt onze bijnier de opdracht via de hypothalamus de opdracht om de stress in goede banen te leiden. Via welke hormonen en neurotransmitters gebeurt dit?

A

Adrenaline en Noradrenaline (acuut / kort)
Cortisol (lange termijn)
Aldosteron (vochthuishouding)
Testosteron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke 4 hormonen hebben invloed op de bloedsuikerspiegel?

A

Insuline
Glucqgon
Adrenaline
Cortisol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly