Experimenteel week 6 Flashcards

HC 4 + Responsie - Bayes Tutorial

1
Q

Wat zijn de vier aannames van ANOVA? (HC)

A

1: Scores van personen op afhankelijke variabele zijn onderling afhankelijk ???? of onafhankelijk?
2: Geen uitbijters
3: Binnen elke groep zijn scores afhankelijke variabele normaal verdeeld
4: Varianties van scores op afhankelijke variabele zijn gelijk in elke groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat houdt de aanname ‘Onafhankelijkheid’ in? (HC)

A

Er moet niet een bepaalde relatie zijn in de scores op de afhankelijke variabele tussen je proefpersonen. Belangrijk om Random Factor mee te nemen!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt de aanname ‘geen uitbijters’ in? (HC)

A

Uitbijter is extreem hoge/lage score van afhankelijke variabele tov andere scores in de groep waartoe een persoon behoort. Vaak zijn alle scores buiten 1,5 IQR uitbijters. Ze kunnen je gemiddelde erg beïnvloeden. Belangrijk om te pre registreren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt de aanname ‘Normaliteit’ in? (HC)

A

Normaal verdeeld. Rechts- en linksscheef kan voorkomen. Ze moeten substantieel zijn voordat ze negatieve invloed hebben op betrouwbaarheid van ANOVA. Vertrouw je het niet? -> andere statistiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat houdt de aanname ‘homoscedasticiteit’ in? (HC)

A

Betekent dat varianties van scores in elke groep (ongeveer) hetzelfde is. Richtlijn: als de groepen qua grootte niet meer dan een factor 4 van elkaar verschillen, mogen de varianties een factor 10 van elkaar verschillen voordat schending een grote invloed heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly