Eva 02.06 hete 5 Flashcards
(102 cards)
1
Q
refuse request
A
verzoek weigeren
2
Q
to complain
A
klagen
3
Q
to judge
A
beoordelen
4
Q
to translate
A
vertalen
5
Q
to describe
A
omschrijven
6
Q
single words
A
losse woorden
7
Q
conversation
A
gesprek
8
Q
listener
A
luisteraar
9
Q
let them know
A
laten weten
10
Q
to make a proposal
A
voorstel doen
11
Q
to promise something
A
iets beloven
12
Q
test
A
toets
13
Q
to underline
A
onderstreep
14
Q
incidentatlly / mellékesen
A
overigens
15
Q
not a big deal anyway
A
overigens niet erg
16
Q
to apply
A
toepassen
17
Q
to add
A
toevoegen
18
Q
to succeed
A
slagen
19
Q
terms / feltételek
A
termen
20
Q
to repeat
A
herhalen
21
Q
topic
A
onderwerp
22
Q
pronoun / névmás
A
voornaamwoord
23
Q
article
A
lidwoord
24
Q
difficult
A
lastig
25
exciting
spannend
26
relaxation
ontspanning
27
relaxing / pihentető
ontspannend
28
to relax
ontspannen
29
asterix / csillagocska
sterretje
30
nowadays
tegenwoordig
31
present simple
de tegenwoordige tijd
32
to describe
beschrijven
33
to register
inschrijven
34
to enrol / beiratkozni
inschrijven
35
finally (2)
eindelijk, ten slotte
36
thereafter
vervolgens
37
further
verder
38
in addition
daarnaast
39
moreover
bovendien
40
the corresponding exercise / a megfelelő gyakorlat
de bijbehorende oefening
41
change (fn)
wisselgeld
42
device
apparaat
43
largely, mostly / nagymértékben
grotendeels (2)
44
sound
klank
45
to grow up
opgroeien
46
meaningful
zinvol
47
at the same time
tegelijk
48
low
laag
49
empty
leeg
50
boring
saai
51
lazy
lui
52
verzoek weigeren
refuse request
53
klagen
to complain
54
beoordelen
to judge
55
vertalen
to translate
56
omschrijven
to describe
57
losse woorden
single words
58
gesprek
conversation
59
luisteraar
listener
60
laten weten
let them know
61
voorstel doen
to make a proposal
62
iets beloven
to promise something
63
toets
test
64
onderstreep
to underline
65
overigens
incidentatlly / mellékesen
66
overigens niet erg
not a big deal anyway
67
toepassen
to apply
68
toevoegen
to add
69
slagen
to succeed
70
termen
terms / feltételek
71
herhalen
to repeat
72
onderwerp
topic
73
voornaamwoord
pronoun / névmás
74
lidwoord
article
75
lastig
difficult
76
spannend
exciting
77
ontspanning
relaxation
78
ontspannend
relaxing / pihentető
79
ontspannen
to relax
80
sterretje
asterix / csillagocska
81
tegenwoordig
nowadays
82
de tegenwoordige tijd
present simple
83
beschrijven
to describe
84
inschrijven
to register
85
inschrijven
to enrol / beiratkozni
86
eindelijk, ten slotte
finally (2)
87
vervolgens
thereafter
88
verder
further
89
daarnaast
in addition
90
bovendien
moreover
91
de bijbehorende oefening
the corresponding exercise / a megfelelő gyakorlat
92
wisselgeld
change (fn)
93
apparaat
device
94
grotendeels (2)
largely, mostly / nagymértékben
95
klank
sound
96
opgroeien
to grow up
97
zinvol
meaningful
98
tegelijk
at the same time
99
laag
low
100
leeg
empty
101
saai
boring
102
lui
lazy
