Eva 01.02 hete Flashcards
commitment / elkötelezettség (2)
inzet, verplichting
the topic
het onderwerp
how much money
in hoeverre geld
to lure / csábít, vonz
lokken
to tempt / megkísért, csábít
verleiden
job application / munka-pályázat
sollicitatie
chairman of the board
bestuursvoorzitter
glowing
gloedvol
to approach / megközelít
benaderen
I approach him / közeledek hozzá
ik benader hem
the board of directors
de raad van bestuur
to dine / vacsorázni
dineren
hundreds
honderduit
to disappoint (2)
tegenvallen, teleurstellen
disappointment (2)
teleurstelling, tegenvaller
bummer / dőzsölés
spelbreker
employee
werknemer
employer
werkgever
stimulus
prikkel
intrinsic / belső
intrinsiek
the faltering statements / az ingatag kijelentések
de haperende verklaringen
excessive / túlzott
buitensporig
government (2)
regering, overheid
to sharpen, to focus / kihegyezve
toespitsen zich
honor / becsület
ere
to recover
herstellen
investor (2)
belegger, investeerder
real estate investor
belegger in vastgoed
the bitter price
de wrange prijs
many
menigeen
fate (2)
noodlot, lot
to avoid
ontlopen
to light up
opsteken
it’s a lottery
sprake van een loterij
no man’s land
niemandsland
flip side / másik oldala
keerzijde
to threaten
dreigen
an uncontrollable disaster
een onbeheersbare ramp
to triple
verdrievoudigen
triplication
verdrievoudigen
at least
ten minste
the care
de zorg
to burden
belasten
the impending flood / a közelgő árvíz
de naderende overstroming
available
beschikbaar
script, scenario / forgatókönyv (4)
draaiboek, script, manuscript, scenario (2)
starting point
uitgangspunt
to point out
uitwijzen
to flatten / lelapul (egy trend pl.)
afvlakken
to ascend / felszáll (egy adat pl.)
doorstijgen
to take off, to ascend
opstijgen(2)
to descend
afdalen
to land
aanlanden
keep out the door
buiten de deur houden
opposition / ellenkezés
tegengeluid
comparison
vergelijking
not particularly
niet zozeer
but smarter
maar wel slimmer
clue
aanwijzing
brain volume / agytérfogat
hersenvolume
vascular damage / érrendszeri károsodás
vaatschade