Défi 3 Mission 3 Flashcards
1
Q
Aandacht
A
L’attention
2
Q
De toenadering
A
Une avance
3
Q
Zachtheid, vriendelijkheid
A
La douceur
4
Q
Het versieren van iemand
A
la drague
5
Q
een kledingstuk
A
un habit
6
Q
Een kledingsstuk
A
Un habit
7
Q
Een blik
A
Un regard
8
Q
Fijnzinnigheid
A
La subtilité
9
Q
Gemeenschappelijk
A
Commun(e)
10
Q
Geloofwaardig
A
Crédible
11
Q
Benaderen
A
Approcher
12
Q
Overeenkomen met
A
Correspondre á
13
Q
Verklaren
A
Déclarer
14
Q
Iemand versieren
A
Draguer
15
Q
Rood Worden
A
Rougir