DCD Flashcards
1
Q
Wat is DCD? (inleiding)
A
- moeilijkheden bij taken motorische vaardigheden
- onhandig, stuntelig, moeizaam, minder coördinatie
- motorisch leerproces is verstoord
- geen aantoonbare medische aandoening noch verstandelijke beperking
2
Q
Hoe herkennen we de hoofdkenmerken van DCD?
A
- aard = erg verscheiden
- soms reeds bij de eerste mijlpalen
- soms pas veel later duidelijk
- meestal duidelijk vanaf de kleuterleeftijd (knippen, plakken, turnen)
3
Q
Wat zijn de hoofdkenmerken van DCD?
A
- ‘andere’ motorische ontwikkeling
- kwaliteit van bewegingen is anders
- soms zwakke prestaties op alle motorische vlakken
- enkel fijnmotorisch
- enkel grofmotoorisch
- aanpassen van eigen bewegingen aan bewegend voorwerp
- houding
- evenwicht
- complexere opeenvolging van bewegingen
- moeite met automatiseren en integreren van handelingen
- leren schrijven, aankleden, eten, …
4
Q
Wat weet je nog van DCD?
A
- heterogene groep!!
- vaak invloed op andere ontwikkelingsdomeinen
- belemmert dagelijks functioneren
- levenslang: koken, boodschappen, job, opvoeding, autorijden, …
5
Q
Wat zijn andere kenmerken van DCD?
A
- ruimtelijk-visueel
- executieve functies
- planning en organisatie
- tijd inschatten
- aandacht en concentratie
- problem-solving
- flexibiliteit in denken
- sociaal emotionele ontwikkeling
- zelfbeeld
- uitgesloten
- terugtrekken of externaliserend (stil of clownesk of storend)
- faalangstig
6
Q
Wat zijn signalen van DCD in de kleuterklas?
A
- te zwakke of te gespannen potloodgreep
- problemen op grof motorisch vlak
- leren hanteren van een schaar, stift, bestek, … gebeurt niet spontaan en moet expliciet aangeleerd worden
- verhoogde afleidbaarheid
- leren minder uit beweging door afwezigheid of verminderd kinesthetisch gevoel
- traag bij het uitvoeren van taken
7
Q
Wat zijn signalen van DCD in de lagere school?
A
- handschrift
- motorische onhandigheid
- moeite met overschrijven van het bord
- moeite met meervoudige instructies
- tragere aandachtsspanne en verwerkingscapaciteit
- LO: vaak plagerijen
- oriëntatie in tijd en ruimte
- visueel ruimtelijke vaardigheden
- orde en structuur
- algemeen gering organisatievermogen
- geheugen
- spreken
- sociale vaardigheden
8
Q
Wat zijn signalen van DCD in het secundair?
A
- moeite met overschrijven van het bord en maken hierbij veel fouten
- spelling: concentratie voor lettervorming en -verbindingen vraagt veel energie
- zwakke automatisatie van tafels en eenvoudige bewerkingen
- moeite met het gebruik van een gradenboog, passer, … bij het schetsen en tekenen van figuren
- moeite met ruimtelijke figuren, voorstellingen, indelingen, …
- moeite met zinsbouw en -ontleding (vreemde talen)
- moeite met kaartlezen, zwak oriëntatievermogen, moeite met reliëfvoorstellingen (Aardrijkskunde)
- moeite met oefeningen met snelle opeenvolgingen, evenwichtsoefeningen en coördinatieoefeningen; problemen met zich zelfstandig aankleden (LO)
9
Q
Wat zijn sterktes van leerlingen met DCD?
A
- humor
- lef
- doorzetten
- zorgzaam
- vindingrijk
- flexibel
- goed in denken en praten
- gevoelig
- problemen oplossen
10
Q
Wat is de prevalentie van DCD?
A
- erg uiteenlopende cijfers
- 5-6%
- geslachtsratio 3 tot 7 keer meer bij jongens
11
Q
Wat is de prognose van DCD?
A
- stoornis verdwijnt niet
- sociaal-emotionele problemen
- verschillende moeilijkheden op latere leeftijd
- gunstige prognose?
- geen afwachtende houding afnemen! (“groeit er wel uit”)
- begeleiding kan cruciaal zijn om vaardigheden aan te leren en de secundaire kenmerken te voorkomen
- zorg op maat
12
Q
Wat met comorbiditeit/associatie met DCD?
A
- ADHD: 50% (2 richtingen)
- leerstoornissen: duidelijk in de praktijk, minder in de literatuur
- ASS: motorische problemen onderdeel van de stoornis ASS?
- slechts weinig zuiver DCD
13
Q
Wat met diagnostiek bij DCD?
A
- DSM-V criteria / ICD-10 definitie
- medische oorzaak uitsluiten (arts)
- multidisciplinair!
- motorisch onderzoek
- ergotherapeutisch onderzoek
- psychologisch onderzoek
- (logopedisch onderzoek)
- weinig aanmeldingen (uitzondering: schrijfmotorische problemen)
- vaak aangemeld in kader van andere stoornissen
- laat opgespoord
- geen algemene richtlijnen op vlak van: testen, ernst van de achterstand
14
Q
Hoe verloopt de intake bij DCD?
A
- algemene ontwikkeling:
- verschillende domeinen
- focus op motorische ontwikkeling en EF
- medische opvallendheden
- familiale anamnese
- informatie over schools functioneren
- eerder onderzoek?
15
Q
Welk pyschodiagnostisch onderzoek wordt er gedaan bij DCD?
A
- cognitieve vaardigheden
- aandacht en concentratie
- intelligentie: discrepantie verbaal en non-verbaal
- belevingsonderzoek
- observaties