College 6 Inleiding “emerging infections in global village” Flashcards
wat zijn opkomende/emerging infecties?
Infectieziektes die:
- Recent zijn toegenomen in incidentie of geografische verspreiding
- Verspreid zijn naar nieuwe host populaties of host soorten (oa zoonosen)
- (recent zijn ontdekt of) zijn veroorzaakt door nieuwe ge-evolutioneerde ziekteverwekkers
Noem een voorbeeld van ziektes die:
- recent is toegenomen in incidentie
- recent is toegenomen in geografische verspreiding
- verspreid naar nieuwe gastheersoort
- recent ontdekt
- recent is toegenomen in incidentie: Q-koorts
- recent is toegenomen in geografische verspreiding: West Nile virus
- verspreid naar nieuwe gastheersoort: COVID-19
- recent ontdekt: humaan metapneumovirus
Waar komen de meeste emerging infecties vandaan?
> 60% van de opkomende ziektes in de humane populatie komen van dieren = Zoönose
- zoogdieren
- vogels
(warmbloedige dieren)
meest:
- vogels: ca 10 000 soorten
- knaagdieren: ca 2300 soorten
- vleermuizen: ca 1200 soorten
Wat is een Zoönose? Hoe gaat deze transmissie?
= Elke ziekte die gedeeld wordt door de mens en andere gewervelde diersoorten
Van dier op mens
- kip op mens: vogelgriep
- chimpansee op mens: AIDS
- Hond op mens: rabiës
Van mens op dier:
- mens op olifant: humane TBC (kan dan weer mensen ermee besmetten)
- Mens op fret: influenza
- mens op gorilla: RSV
Van welke diersoorten komen de volgende infecties?
- MERS = middle east respiratory syndrome
- H5N1 influenza
- Q-koorts
- Nipah virus
- puumala hantavirus
- MERS = middle east respiratory syndrome van dromedaris (vooral oude dikke mannen)
- H5N1 influenza: kip
- Q-koorts: geiten
- Nipah virus: vliegende hond (vleermuizen)
- puumala hantavirus: rosse woelmuis (ook endemisch in NL)
wat is er de afgelopen jaren te zien mbt de opkomende infecties?
Toename van zowel mens specifieke als zoonosen
En impact wordt groter vooral economisch gezien, maar ook in sterfte
Wat zijn de oorzaken van de toename van emerging infecites?
- meer dierhouderij: bvb Q-koorts
- Meer handel in dieren en dierlijke producten (van wilde en gehouden dieren): COVID-19
- klimaatopwarming: West Nile virus (verspreiding mug)
- meer uitbuiting van natuurgebieden (ebola)
- biodiversiteitsverlies bvb lyme
wat zijn de drie voornaamste redenen voor toename van verspreiding?
- meer reizen: SARS, MERS, COVID-19
- Meer handel in dieren en dierlijke producten: apenpokken
- Meer infectie van migrerende dieren: H5N5 influenza van vogels die verspreiden
Waarin kunnen de onderliggende factoren indelen op een systematische manier?
- globale/regionale factoren
- klimaat
- landgebruik
- dierhouderij - mbt leefomgeving
- habitat
- voedsel en water
- migratie - mbt populatiedynamica
- contact tussen soorten
- populatiegroei
- uitbreiding territorium - Mbt interacties
- dieren
- mensen
- vectoren
–> Centraal in de cirkel
nummer 1 is de buitenste de rand en bij hoger nummer steeds meer naar binnen in de cirkel
Wat kan de impact zijn van/voor NL mbt emerging infecties?
- kan opkomen in NL: H7N7 influenza en Q-koorts
- Kan verspreiden naar NL: H1N1 influenza (varkenshouderij Mexico), COVID-19
- onderliggende oorzaak mede uit NL komen: vraag om winterjas kragen van wasbeerhond vacht
wat zie je vaak in ontwikkelingslanden mbt emerging infecties?
Zijn vaak als eerste de klos
- ebola in west en centraal afrika
- COVID-19 in afrika: weinig vaccins
- hantavirus in Zuid-Amerika met een sterfte van 50%
- aviaire virussen zuid-oost Azië: mensen leven met dicht contact op besmette kippen (vogelgriep) en 50% sterfte
Wat zijn de vier grote aspecten van het aanpakken van emerging infecties?
- Goede surveillance
- Goed diagnose
- beperken van ziekte en dood
- onderliggende oorzaak meenemen
Wat kunnen we doen tegen opkomende infecties door goede surveillance?
Mens:
- Syndromic Surveillance bvb West Nile koorts
- NGS in rioolwater: COVID-19
- Oplettende ZKH-medewerkers: MERS.
- Internet: SARS
Dier: Vroege waarschuwing
- Kraaien en west nile koorts –> veel sterfte bij kraaien
- Rosse woelmuizen en hantavirus toename aantal woelmuizen waardoor meer kans ziekte
- MOEILIJK:
o Veel diersoorten
o Veel pathogenen
Hoe pakken we goede diagnose aan bij het bestrijden van opkomende infecties?
Wordt alsmaar sneller
- Bij mens EN dier –> liefst dus soort onafhankelijk waardoor snel schakelen
- virusgenoom: DNA en RNA
- viruseiwit: Ag
- Ag tegen virus: IgA, IgM, IgG
Hoe kunnen we zorgen voor het beperken van ziekte en dood?
- Quarantaine en isolatie: goede en snelle diagnose is hiervoor van belang!
- Vaccinatie (platforms): vaak helaas te laat (COVID-19, H1N1 influenza)
- Ondersteuning infrastructuur en zorg
- Isolatie capaciteit: bvb bij Ebola in Afrika
- IC-capaciteit in NL bij COVID-19
- Bescherming personeel: MERS en Zuid-Korea en Ebola in West-Afrika
- Therapie (kennis van pathogenese nodig bvb vaker trombose bij COVID-19