College 4 Anxiety en anxiety disorders Flashcards
Overlap depressie en angst
In PFC en motorische cortex.
Uit zich in gebrek aan slaap, concentratie, vermoeidheid, arousal en psychomotorische componenten.
Angststoornissen
- Gegeneraliseerde Angststoornis (GAD)
- Sociale angststoornis (SAD)
- PTSD
- Paniekstoornis
Angst
-
Fear/angst (acute reactie)
Verbonden met amygdala-centered circuit.
Paniek en fobie. -
Worry/zorg (achtergrondruis)
Verbonden met corico-striato-thalamo-cortical circuit (CSTC).
Angst, obsessies, angstige verwachtingen.
Over het algemeen: overactieve amgydala (maar ook connectie andere hersencentra).
Overactieve amygdala
Stimuleert alle onderstaande gebieden:
● ACC & OFC → gevoelens van angst
● Pediagueductal gray (PAG) → vermijdingsgedrag (fight/flight; motorische reacties)
● Hypothalamus → endocriene output; amygdala → hypothalamus → HPA-as
○ CRH (hypothalamus) → ACTH (hypofyse) → cortisol (bijnieren) → meer energie beschikbaar (→ allostatic load)
● Parabrachial nucleus (PBM) → kortere en snellere ademhaling
● Locus ceruleus → kern in hersenstam met noradrenerge cellichamen; zorgt voor autonome regulatie (bloeddruk, hartslag, zweten, trillen, …)
● Hippocampus → amygdala en hippocampus kunnen elkaar wederzijds versterken (PTSS)
Vermijding
Gerelateerd aan Pediaqueductal gray (PAG) (it’s gray and running away).
Dit gebied heeft te maken met vermijdingsgedrag; fight, flight, freeze (motorische reacties).
Fight/flight
Dorsale/dorsolaterale PAG gestimuleerd en vindt sympathische activatie van NA en adrenaline plaats. Ook worden glucocorticoiden geproduceerd en krijg je een verhoogde hartslag (tachycardia), want je moet in actie komen.
Freezing (kan zinvolle reactie zijn)
Ventrale/ventrolaterale PAG gestimuleerd en is er zowel sympathische als parasympathische activatie (wissel indien nodig). Je hebt zowel bradycardia als tachycardia.
Ook worden acetylcholine, glutamaat en serotonine afgegeven.
Endocriene output van angst
Een overactieve amygdala stimuleert hypothalamus en zorgt voor meer cortisol afgifte –> meer energie beschikbaar.
Zorgt voor verhoging allostatic load over langere tijd (meer kans op CAD, DMT2, beroerte).
Ademhalingscentrum
Overactieve amgydala –> stimuleert Parabrachial nucleus (PBN)
- verhoging ademhaling, want je moet wegrennen
- korte ademhaling, hyperventilatie,
- verergering van astma
- gevoel van verstikking
Autonome output van angst
Actieve amygdala stimuleert locus ceruleus (= kern in hersenstam met noradrenerge cellichamen)
- Zorgt voor autonome output –> activeren van bloeddruk & hartslag en tremor, zweten, verhoogde hartslag, hyperarousal, nachtmerries.
- Langere periode te actief –> allostatic load.
Hippocampus
De amgydala en hippocampus kunnen elkaar wederzijds versterken.
Herinneren of een ‘niet pluis gevoel’ kunnen zorgen voor herbelevingen of andersom. Dit is ook onderdeel van PTSS.
Neurotransmitters fear/angst
5HT, GABA, glutamaat, CRF/HPA, NE en voltage-gated ion channels.
Neurotransmitters worry
5HT, GABA, glutamaat, DA, NE voltage-gated ion channels.
CSTC loops
Gaan over worry en zijn een hersencircuit dat de uitvoering van beweging, gewoontevorming en beloning controleert.
GABA
Is de belangrijkste inhibitoire neurotransmitter van het brein.
De GABA receptor bestaat uit 5 verschillende subunits waar o.a. GABA, alcohol en benzodiazepines (tegen angst) aan kunnen binden.
Productie GABA
Wordt gemaakt uit het aminozuur glutamaat.
GAD is een enzym dat glutamaat omzet in GABA. VIAATs zijn transporters die GABA opslaan in vesicles waar het bewaard wordt tot afgifte in de synaps
Terminatie GABA
Een deel van GABA kan worden heropgenomen door een heropname transporter GAT en terug in vesicles gestopt door VIAAT, een ander deel wordt gedeactiveerd/afgebroken in de synaps door GABA-T (GABA transaminatie enzymen).
2 typen postsynaptische receptoren waar GABA aan kan binden
- Ligand-gated ion kanalen
- G-protein linked receptor
Ligand-gated ion kanalen
= ion kanalen die open/dicht gaan door binding van een ligand.
-
GABA-A (receptor complex)
1. Ongevoelig voor benzo’s → continue lichte inhibitie / tonische remming
2. Gevoelig voor benzo’s → periodische boost van inhibitie/remming - GABA-C (receptor compex)
= remmende chloride kanalen (Cl-) –> meer negatieve deeltjes (Cl-) de cel in: hierdoor wordt de kans op een actiepotentiaal kleiner.
G-protein linked receptor
-
GABA-B
-> calcium en kalium; betrokken bij pijn, geheugen en stemming.
Agonisten
Diazepam, Flunitrazepam, Lorazepam, Oxazepam, Phenazepam, Temazepam (pammetjes).
Antagonist
Flumazenil (werkt effect van diazepams tegen).
Nuttig als je iemand wakker/alert wil krijgen; opheffen van bewustzijnsverlaging; tegengif voor overdosis diazepam.
NAM (negative allosteric modulator) doet niks met GABA, maar zorgt ervoor dat benzo’s niet kan binden (! GABA kan dus wel gewoon binden).
GABA-A receptoren
-
Ongevoelig voor benzodiazepines
(Reageert wel op alcohol, maar niet op benzo’s.)
- extrasynaptisch
- tonische remming -> continue lichte remming -
Wel gevoelig voor benzodiazepines
(Reageert op benzodiazepine)
- postsynaptisch
- periodische boost van remming: er komt opeens een grote hoeveelheid geladen deeltjes in de cel als je benzo’s neemt
- invloed op slaap en angst
- abnormale expressie wordt geassocieerd met epilepsie
Benzodiazepine
Is een PAM (positive allosteric modulator) voor GABA. Het bindt op en andere plek dan GABA op de receptor, en als het samen met GABA bindt versterkt het het effect.
Bijwerkingen: effect neemt af en kans op verslaving en ontwenningsverschijnselen. Alleen korte termijn gebruik.