Chronische nierschade en chronische nierinsufficiëntie Flashcards

1
Q

Chronische nierinsufficiëntie (CNI)

A

Langdurige GFR verlaging (minimaal 3 maanden). Sprake van verlaagde nierfunctie en/of een of meer markers van nierschade (verhoogd albuminurie, afwijkend urinesediment, afwijkende elektrolyt- of zuur-base huishouding, afwijkend nierbiopt of structurele afwijkingen.
Meeste chronische nierziektes worden veroorzaakt door hypertensie of diabetes mellitus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

5 stadia van CNI

A
  1. Nierschade met normale/verhoogde GFR>90
  2. Nierschade met lichte GFR daling: 60-89
  3. Nierschade met matige GFR daling: 30-59
  4. Nierschade met ernstige GFR daling: 15-29
  5. Nierfalen <15 of dialyse
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Pathogenese bij hypertensie

A

Door hoge bloeddruk krijg je vasodilatatie afferent en neemt GFR per nefron toe, totale GFR neemt dan ook toe. is gunstig op korte termijn maar op lange is het schadelijk. De schade leidt tot sclerose (verbindweefseling) van glomeruli, leidt tot systemische hoge bloeddruk. Dat geeft weer hogere GFR per glomerulus en verlies van niermassa. Dus negatieve spiraal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Chronische nierinsufficiëntie bij diabetes mellitus

A

Intraglomerulaire hypertensie en glomerulaire hyperfiltratie.
Initiële stijging van GFR, tot ong. 7 jaar na ontstaan. Dan door nierschade en hyperfiltratie afname GFR, toename albumine in urine.
RAAS-remmer geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Functies angiotensine 2

A
  • Verhoging sympathische activiteit
  • Toegenomen tubulaire resorptie van Na, chloor en water
  • Aldosteronafgifte, stimuleert tubulaire resorptie verder
  • Arteriolaire vasoconstrictie
  • ADH afgifte, zorgt voor waterresorptie in verzamelbuis.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gevolgen chronische nierinsufficiëntie

A

Fosfaat wordt minder uitgescheiden en verminderde vitamine D activatie (daardoor verminderde Ca opname). Laag Ca en vitamine D en hoog fosfaat zorgt voor verhoogd afgifte PTH. Kans op atherosclerose bijvoorbeeld. Kalk kan neerslaan in bloedvaten en andere plekken in lichaam.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Anemie bij CNI

A

Treedt altijd op maar pas in laat stadium, want tekort aan EPO hormoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Medicatie CNI

A

RAAS-remmer voor hoge bloeddruk, vaak in combi met diureticum
Fosfaatbinder, vitamine D en eventueel PTH-remmer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer spreek je van chronische nierinsufficiëntie

A

Als een verminderde functie is van de nieren en/of tekenen van structurele renale afwijkingen gedurende minimaal 3 maanden aanwezig. Er zijn 5 stadia op basis van resterende GFR. Bij stadium 1 en 2 is persisterende micro-albuminurie/proteïnurie en/of erytrocyturie vereist.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

5 meest voorkomende oorzaken CNI

A

Renovasculaire ziekten (hypertensie en atherosclerose), diabetes mellitus, glomerulonefritis, systeemziekten (SLE) en onbekend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Verschil tussen (sub)acute en chronische nierschade

A
  • Snelheid waarmee plasmacreatinineconcentratie is gestegen. Gaat bij acuut veel sneller dan chronisch
  • Anamnetische gegevens; heeft iemand langere tijd klachten?
  • Aanvullend onderzoek via echografie. Kleine verschrompelde nieren duiden op chronische aandoening, gezwollen op acute oorzaak.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Aantal gevolgen chronische nierinsufficiëntie

A
  • Afwijkingen in calciumfosfaathuishouding. Proces atherosclerose versnelt en klepverkalking kan ontstaan
  • Hyper- of hypokaliëmie kan leiden tot hartritmestoornissen
  • Activatie RAAS leidt tot hypertensie, daarmee toename afterload waardoor linkerventrikelhypertrofie optreedt
  • Uremisch syndroom, bepaalde afvalstoffen blijven in bloed circuleren, verhoogde kans op pericarditis
  • Afwijkingen in EPO huishouding kan leiden tot anemie en daarmee onvoldoende zuurstoftoevoer naar organen. Kans op cardiale ischemie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Renale en renovasculaire hypertensie

A

Renale hypertensie: veroorzaakt door ziekte van nierenparenchym
Renovasculaire hypertensie: veroorzaakt door vernauwing in nierarterie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Oorzaken renale hypertensie

A
  • Te veel extracellulair volume
  • Te veel vasoconstrictie activiteit door RAAS overactiviteit
  • Te veel vasoconstrictie door overactiviteit sympathicus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Behandelen renale hypertensie

A

Afhankelijk oorzaak, 1e instantie orale ACE-remmer (want dan RAAS probleem)
Vervolgens diureticum in combi met zoutbeperkt dieet. B-blokker om te voorkomen dat bloeddruk uiteindelijk stijgt
Als reactie op bloeddruk daling kan plasmacreatinineconcentratie stijgen. GFR daalt dus filtratie creatinine ook.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Mogelijke oorzaken renovasculaire hypertensie

A

Atherosclerose, behandelen met medicatie.
Fibromusculaire dysplasie (FMD), zorgt voor lokale afsluiting nierarterie. Behandelen door dotteren

17
Q

Microalbuminurie

A

Als albuminewaarde tijdens 24 uursmeting enkele malen achter elkaar tussen de 30 en 300mg per dag ligt (mits geen sprake van koortsende of cardiovasculaire ziekte of zware lichamelijke inspanning.
Wijst op microvasculaire schade in de nier. Wijst bij diabetes mellitus of diabetische nefropathie

18
Q

Glomerulaire hyperfiltratie

A

Zorgt voor verhoogde GFR, ontstaat door verhoogde glomerulaire bloeddruk waardoor creatinineconcentratie in bloed daalt. Kan leiden tot nefronbeschadiging en slechtere nierfunctie